12
waarbij vee! detailinformatie is gegeven. Ik wil bij de behandeling van dit voorstel in de raad volstaan
met het maken van een opmerking over een drietal punten, die ook door de voorgaande sprekers aan de
orde zijn gesteld. Er is gesproken over meer nieuwbouw/woningbouw in de binnenstad. Tot nu toe heb
ben wij in de binnenstad eigenlijk alleen maar HAT-eenheden gebouwd. Onze fractie zou graag zien,
dat is ook wel eerder in de raad aan de orde geweest, dat er meer gezinswoningen worden gebouwd. Er
moet in de binnenstad een evenwichtiger verhouding tussen woningtypes ontstaan. Wat dat betreft heeft
tot nu toe echter de financiële wal het schip gekeerd.
Een ander punt is de inrichting van de Kleine Kerkstraat, waarop de heer Timmermans ook al is in
gegaan. Wij vinden de stijl van de huidige inrichting plezieriger aandoen - de inrichting is ook functi
oneler als men naar het winkelcentrum loopt - dan de inrichting zoals die is aangegeven in het rapport.
Het laatste punt, misschien wel het moeilijkste punt, betreft de panden van de firma Meijer. Wij
kunnen een aantal dingen doen. In de eerste plaats de situatie laten zoals die is en afwachten wat er in
de toekomst gaat gebeurenMisschien doet het particulier initiatief iets, zoals het bedrijfsleven of de
winkeliers. Maar daarmee lossen wij de stadsvernieuwing op dit punt niet op. In de tweede plaats kan
de gemeente het initiatief nemen. Het zou het prettigst zijn wanneer de volledige winkelfunctie dan
gehandhaafd zou blijven. Ook wat dit betreft zitten wij weer met het probleem van de financiën. Naar
aanleiding van de behandeling in de commissie en persoonlijke gesprekken met een aantal mensen heb ik
de indruk dat er erg zorgvuldig op dit punt is ingegaan en dat de zaak erg zorgvuldig is afgewogen.
Onze fractie wil op dit punt het voorstel zoals dat in het rapport is aangegeven volgen.
De heer IMiemeijer: Ook ik wil graag iets zeggen over het uitvoeringsplan Nieuwesteeg/Oude Doe-
lesteeg. Ik kan mij in grote lijnen aansluiten bij datgene wat de heer Timmermans heeft gezegd. Mijn
fractiegenoot, de heer Van der Wal - ik vervang hem op dit moment -, heeft in de commissie in grote
lijnen al aangegeven hoe wij over dit plan denken. Een en ander sluit aardig aan bij het verhaal waar
ik zonet naar heb verwezen. Ook bij ons ligt het knelpunt bij het gebied Kleine Kerkstraat oostzijde.
De in het rapport gedachte ontwikkeling van dit gebied vervult ons met zorgen. Er zijn in de binnenstad
meer plekken waar de 20e-eeuwse architectuur, en dan met name de architectuur uit dit decennium,
een dusdanig overheersend karakter gaat krijgen dat men zich zorgen gaat maken over de toekomstige
ontwikkeling van de binnenstad. Het karakter van onze binnenstad is historisch en moet een bredere tijd
omspannen. Dat betekent dat wij op de nu aan de orde zijnde plek weinig behoefte hebben aan nieuw
bouw, te meer daar er op dit moment een stel pandjes staat dat qua karakter en sfeer voortreffelijk vol
doet in het profiel van de straat en in de straat zelf. Er is ons veel aan gelegen dat de panden worden
gehandhaafd.
De begane grond van deze panden dient zonder meer een winkelfunctie te krijgen. Wat dat betreft
wil ik mij aansluiten bij datgene wat de Winkeliersvereniging Kleine Kerkstraat daarover zegt, namelijk
dat er behoefte is aan dit type winkelruimte voor een betrekkelijk lage prijs. De panden zijn goed gesi
tueerd. Wij willen ervoor pleiten dat op de begane grond van de panden de winkelfunctie gehandhaafd
blijft. Boven de winkels moet ruimte komen voor wonen, hoewel dat inderdaad moeilijk wordt. De heer
Timmermans heeft een aantal mogelijkheden genoemd waarbinnen financiering gezocht kan worden. Dat
eist een verdere uitwerking, maar volgens mij is er wat dat betreft na vaststelling van dit uitvoerings
plan nog wel ruimte. Wij leggen dus uitdrukkelijk prioriteit bij het zojuist door mij genoemde. De kwa
liteit van de panden is slecht, maar niet zo slecht dat ze moeten worden gesloopt. Gezien de plek in de
binnenstad moeten wij ook met dit feit werken.
Ik vind de inrichting van de Kleine Kerkstraat eigenlijk best goed. Het stoepenkarakter is nog aan
wezig, zij het dat dat wel wat vervormd is door betonbanden in plaats van individuele stoepen. Er is nu
nog sprake van een driedeling, namelijk een strook langs de gevel en een wat neutrale binnenzone
waarop het verkeer en dergelijke zich afspelen. Wij vinden een uitdrukkelijke herinrichting nauwelijks
noodzakelijk. Wij hebben twijfels bij het voorstel zoals dat gedaan wordt en ook bij de tweedeling die
in het straatje dreigt te ontstaan. Er is momenteel sprake van een vloeiend geheel en er is ons veel aan
gelegen om dat zo te houden.
Ik wil het hierbij laten.
De heer Buurman: Ik wil een vraag stellen over het kostenelement. Misschien wil de wethouder
daar nog even op ingaan. Wanneer wij aan de panden in de Kleine Kerkstraat de dubbelfunctie "wonen/
winkel" toekennen, vloeien daar dan ook hogere kosten uit voort? Zo ja, kan de wethouder zeggen hoe
hoog deze kosten zijn?
Mevrouw De Jong: Ik ga grotendeels akkoord met het uitvoeringsplan Nieuwesteeg/Doelesteeg.
Ook bij mij ligt het knelpunt bij de Kleine Kerkstraat, die een stukje karakteristiek en kwetsbaar Leeu
13
warden is. Waar mogelijk moeten de panden gehandhaafd worden. Wij zullen zeker naar de mogelijkhe
den dienaangaande moeten zoeken.
Mijn partij vindt de herinrichting van de Kleine Kerkstraat niet nodig
De heer Geerts (weth.): De heer Timmermans en een aantal andere sprekers hebben waardering uit
gesproken voor dit rapport. Er is een belangrijk stuk werk tot stand gekomen. Het rapport stelt ons in
staat om weer een stukje stadsvernieuwingsbeleid bij de rijksoverheid in te dienen. Dit stadsvernieu
wingsbeleid kan in ieder geval een rol spelen bij het eventuele overgangsbeleid waarvan ook wij hopen
mee te profiteren. Overigens, als je daar de laatste berichten over hoort, dan hoef je niet al te opti
mistisch te zijn. Maar goed, wij hopen dat dit rapport ertoe mag bijdragen dat wij de nodige financiële
middelen, buiten het sieutelgeld - om het zo maar even te noemen -, nog van de rijksoverheid krijgen.
Er heeft uitgebreid overleg plaatsgevonden met de bewoners. Het overleg heeft op een goede wijze
plaatsgevonden en het resultaat is dit rapport. Er zijn drie punten aan de orde gesteld.
In de eerste plaats de panden langs de Bagijnestraat. De heer Timmermans zegt terecht dat wij het
er met elkaar over eens kunnen zijn dat de panden slecht zijn. Ik wil wel zeggen dat de panden erg
slecht zijn. De gevels van de panden zijn nog niet zo slecht, maar over de rest hoef je niet zo erg lang
te praten. Je hoeft ook niet zo erg veel kennis te bezitten om te kunnen concluderen dat de rest inder
daad erg slecht is. Dat gegeven hanterend kan je het volgende doen. Wij kunnen de gevels laten staan
en daar achter een inbouwpakket realiseren. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat er wat grotere wonin
gen zijn te realiseren. Wij kunnen daar echter ook nieuwbouw plegen - financieel gezien zal dat de
goedkoopste oplossing zijn, gegeven het beeld dat ik zonet schetste - en een en ander in het kader van
de HAT-regeling financieren. Het gaat hier dus heel nadrukkelijk om een door financiën bepaalde op
stelling. Financieel gezien springen wij er met deze oplossing het beste uit. Er kan natuurlijk worden
uitgesproken dat het pand zoals het er staat zo belangrijk is dat er maar voor een iets minder goedkope
oplossing moet worden gekozen. De projectgroep en het college hebben dat niet uitgesproken, want die
hebben deze keuze, bepaald door de financiën, gemaakt.
Min of meer hetzelfde valt te zeggen over de winkels die in de Kleine Kerkstraat aanwezig zijn. Ik
wil er overigens wel op wijzen dat het niet zo is, want dat beeld gaat namelijk wat ontstaan, dat er in
het rapport staat dat alle winkels maar moeten verdwijnen. Het gaat hier om acht winkels. In het rap
port staat dat vier winkels gehandhaafd zouden kunnen worden en dat overwogen zou kunnen worden,
gezien het bouwkundige geheel, om vier winkels als woonhuis te realiseren. Ik moet echter opmerken
dat wij nu wel over allerlei opstallen praten, maar dat die helemaal niet van ons zijn. Voordat wij al
lerlei mooie plannen kunnen uitvoeren, moeten wij de opstallen eerst wel aankopen. Ik kan dan nu ook
ingaan op de vraag wat wij hier gaan doen: gaan wij hier een actief of een passief beleid voeren. Wij
zouden namelijk ook kunnen zeggen dat de panden die er staan op een wijze in gebruik zijn die ons wel
aanstaat en dat de panden maar moeten blijven staan. Wij kunnen ook zeggen dat het toch wel nodig is,
gezien de staat van de panden, om als gemeente actief te opereren. Dat standpunt heeft het college in
genomen en daarom zijn deze panden op de verwervingslijst terechtgekomen. Ik was bezig met het ver
haal over de Kleine Kerkstraat en ik heb het ook gehad over een compromis. Vier winkels zullen als
winkels gehandhaafd blijven en van vier winkels zal een woonhuis worden gemaakt. Het winkelkarakter
van de panden die tot woonhuis worden verbouwd zou gehandhaafd kunnen worden. Daar zijn wel wat
oplossingen voor mogelijk. Dit standpunt is echter ook erg sterk financieel bepaald, want overal is een
prijskaartje bij.
De heer Buurman vraagt of het handhaven van de winkelfunctie hogere kosten met zich mee zal
brengen. Het antwoord daarop is: ja. Ik weet niet hoeveel hoger de kosten zullen zijn, want dat is niet
onderzocht. Of men nu nieuwbouw pleegt of de bestaande panden rehabiliteert, want daar gaat het in
de Kleine Kerkstraat om, het is duidelijk dat een winkelfunctie op die plaats met nieuwbouw nooit meer
rendabel is te maken, want er moeten daarvoor een heleboel kosten worden gemaakt. Wij zullen uit ei
gen middelen een deel van die onrendabele kosten moeten afdekken. Ik kan de raad verzekeren dat wij
erg veel moeite zullen hebben om met het geld, dat wij straks uit de reeds genoemde sleutel en de
eventuele overgangsmaatregel krijgen, het hele stadsvernieuwingsgebeuren, dat wij ons hebben voorge
nomen, te realiseren. Wij kunnen dus ook zeggen dat wij het wat kalmer aan moeten doen en een goed
evenwicht moeten gaan zoeken tussen datgene wat financieel mogelijk is en wat het meest gewenst is
wanneer wij voldoende financiële middelen zouden hebben. Wat hier voorgesteld wordt is een compro
mis.
Het derde punt betreft de inrichting. Alle sprekers hebben gezegd dat het karakter van de inrich
ting moet blijven zoals dat is. Er moet niet met molgoten en dergelijke worden gewerkt. Gezien de
unanimiteit die hierover in de raad bestaat willen wij dit verzoek wel overnemen. De heer Timmermans
heeft in dit kader terecht gezegd dat dit het resultaat is geweest van het overleg in de project- en con-