2
punt omschrijving bijlage blz,
9. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke ordening voor
de percelen Mr. P.J. Troelstraweg 147-2 en 147-1 (noordelijk deel) te Leeu
warden. 206 9
10. Woonomgevingverbetering Achter de Hoven/Vegelin en aanleg gedeelte fietspad
Kerkepad ten noorden van de Potmarge. 193 9
11. Reconstructie kruising Wirdumerdijk, Zaailand en Nieuweweg. 190 9
12. Aanleg ontsluitingsweg nabij de Mr. P.J. Troelstraweg. 188 10
13. Aanleg keerlus c.a. op de Tijnjedijk. 189 10
14. Beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de renovatie van het com
plex 84 woningen Schapestraat e.o. van het Gemeentelijk Woningbedrijf. 202 H
15. Garanderen van een geldlening van de woningstichting St. Joseph. 203 11
16. Stadsverv/arming. 187 J]
17. Begrotingen van het Openbaar Lichaam Afvalverwijdering Friesland voor de ja
ren 1984 en 1985. 207 24
18. Gemeentelijk commentaar bij de Planningsnota Voorzieningen geestelijk- en li
chamelijk gehandicapten in Friesland 1985-1988. 208 25
19. Vernieuwen van het dak van het clubgebouw van de scoutinggroep Schout bij
Nacht Doorman. I97 26
20. Ontbinding van de Stichting Operagezelschap Forum. 191 26
21. Verzoeken om medewerking ingevolge artikel 72 van de Lager-onderwijswet
1920, juncto artikel 183 van het Besluit buitengewoon onderwijs 1967 en artikel
50 van de Kleuteronderwijswet. 194 26
22. Beschikbaar stellen van een krediet voor de voorbereiding van de verbouwing
van het schoolgebouw Emmanuel Murandstraat 37 ten behoeve van de Vrije
School, de Michaëlschool201 26
23. Wijziging Algemeen Ambtenarenreglement. 200 27
24. Vaststellen begroting 1984 van het Centrum voor Beroepsoriëntatie en Beroepsoe
fening (CBB). 209 29
25. Brief van de Stichting Fonds Bedrijvigheid inzake het aanbod om ten behoeve
van jonge werklozen een aantal werkverenigingen op te zetten. 211 29
26. Gemeentelijk beleid ten aanzien van de "echte" minima. 214 29
27. Gebruik politiepost in de binnenstad. 204 42
28. Preadvies inzake de brief van het bestuur van Wonen in de Binnenstad, inzake
een ontheffing voor een sexinrichting in het pand Herenwaltje 5 te Leeuwarden. 205 43
29. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woningbe
drijf, de Dienst voor Reiniging en Brandweer, de Dienst Stadsontwikkeling en de
Dienst voor Sport en Recreatie voor het dienstjaar 1984. 213 43
De Voorzitter: Ik open de vergadering. Er is bericht van verhindering binnengekomen van de heer
Buurman wegens ziekte en van de heer Kessler wegens vakantie. Mevrouw Vlietstra komt iets later ter
vergadering
Op de tafels is neergelegd een brief van de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) dd. 21 mei
1984, die betrekking heeft op agendapunt 26. Ik stel voor deze brief, voor zover daaraan behoefte be
staat, te betrekken bij de behandeling van dit agendapunt.
Punt 1.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
3
Punt 2 (bijlage nr. 210).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Advies inzake de beslissing op het beroepschrift van de heer TjPop-
ma.
De heer Janssen: De Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften heeft ten aanzien
van het bezwaarschrift van de heer Popma geen eensluidend advies uitgebracht. De grootst mogelijke
meerderheid van de commissie adviseert het bezwaarschrift van de heer Popma gegrond te verklaren. Al
leen ik adviseer de bezwaren van de heer Popma ongegrond te verklaren. De appellant is ook reeds eer
der aan het woord geweest in een vergadering van de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening. Een en
ander heeft noch in die commissie noch in de raad tot een ander standpunt geleid. Bovendien vind ik de
bezwaren die b. en w. aanvoeren tegen dit bezwaarschrift zeer reëel. De oude toestand voor het af
branden van pakhuis Rusland was niet slechter dan de nieuwe toestand zal worden.
Alles tegen elkaar afwegende, ook het stadium waarin nu het bouwplan verkeert en het feit dat een
nieuw onderzoek vertragend zal werken, hebben mij en het grootste deel van onze fractie ertoe ge
bracht het bezwaar van de heer Popma ongegrond te verklaren.
Mevrouw Jongedijk heeft zich ook als spreekster aangemeld. Zij is het enige lid van onze fractie
dat zich van meet af aan, zowel in de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening als in de raad, tegen
wijzigingen op voorbereidingsbesluiten van het bestemmingsplan heeft verzet.
Ik verwacht dat ik ruime steun zal krijgen vanuit de raad ten aanzien van mijn advies om de be
zwaren van de heer Popma ongegrond te verklaren.
De heer Dubbelboer: De heer Janssen heeft het merendeel van de argumenten, die ik wilde noemen
om uit te leggen dat een deel van de WD-fractie het bezwaarschrift van de heer Popma ook ongegrond
wil verklaren, al aangevoerd. Zowel in de vergadering van de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening
als tijdens de behandeling van deze materie in eerste instantie in de raad heeft onze fractie in totaliteit
geen gehoor gegeven aan de bezwaren van de heer Popma.
Het merendeel van onze fractie, vier leden, wenst mee te gaan met het advies van de meerderheid
van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften. Mevrouw Van Dijk en ondergeteken
de zijn daar tegen en stemmen dus voor de ongegrondverklaring van het bezwaarschrift van de heer Pop
ma.
De heer Sijbesma: De behandeling van dit voorstel heeft in onze fractie nogal wat tijd gevraagd. Ik
zou in herhaling vallen wanneer ik de argumenten die wij aanvoeren zou opnoemen, want die zijn al
verwoord door de heren Janssen en Dubbelboer. Ook het grootste deel van onze fractie is tegen het ge
grond verklaren van dit bezwaarschrift. Twee leden van onze fractie zullen met het advies van de meer
derheid van de commissie meegaan.
De heer Van der Wal: Ik verkeer in de luxe positie namens onze gehele fractie te kunnen spreken.
Onze fractie blijft bij het standpunt dat zij heeft ingenomen bij het nemen van het voorbereidingsbesluit
en ten aanzien van de bezwaren die daartegen in de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening naar voren
zijn gebracht. Ik heb, als lid van de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening, toen uitgebreid gemoti
veerd waarom wij voor dit voorbereidingsbesluit zijn. Het voorbereidingsbesluit is, wat de gewraakte
delen betreft, in overeenstemming, qua rooilijn en hoogte, met het eerder na uitgebreide inspraak vast
gestelde bestemmingsplan. Wij kunnen erg goed begrijpen dat de appellant, nu zich een andere toestand
heeft voorgedaan, toetreding van meer lucht en licht wil. De belangen afwegende vinden wij dat echter
geen reden om van dit voornemen af te stappen. Wij zullen dus tegen het meerderheidsadvies stemmen
van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften.
Mevrouw Jongedijk—Welles: Ik heb uit de woorden van de heer Janssen begrepen dat ik eigenlijk
niets meer hoef te zeggen, maar ik wil toch een stemverklaring afleggen. Ik ben vanaf het begin tegen
dit plan geweest en dat blijf ik.
De heer Keuning: De Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften heeft enkele over
wegingen gewijd aan haar advies. Een van de grondslagen van dit advies is geweest dat het bestem
mingsplan Oldegalileën een bepaalde visie heeft en dat het plan nu door het afbranden van pakhuis Rus
land plotseling iets laat zien van een heel klein deelplan. Dit kleine deelplan is eigenlijk in strijd met
de uitgangspunten zoals die in het bestemmingsplan terecht zijn gekomen. De raadsadviescommissie is
van mening dat het eigenlijk passend is om eerst, voordat men maatregelen gaat treffen voor het nemen