49 700.000,is. ledereen kan aanvoelen dat die gewoon veel te hoog is. Wij willen het college vra gen, naast het verzoek dat ik zonet heb gedaan, om zo snel mogelijk - wij denken daarbij aan een ter mijn van een halfjaar - de mogelijkheden te onderzoeken om te komen tot herstel van de woningen door middel van een andere constructie dan waar nu aan wordt gedacht. Er kan bijvoorbeeld contact worden opgenomen met een woningbouwvereniging of een particulier. Van dat laatste hebben wij in onze stad ook voorbeelden, zoals een coöperatieve architecten werkplaats. Er zullen waarschijnlijk meer mogelijkheden zijn. Het moet in ieder geval mogelijk zijn om de kosten, die nu begroot zijn op 700.000, naar beneden te brengen. Dat is een aanbeveling. Op mijn verzoek wil ik graag ant woord van het college. De heer Buurman: De ruimteproblemen bij het gemeente-archief zijn bekend en daar zal een oplos sing voor gevonden moeten worden. Maar of het voorstel van b. en w. nu in de aangegeven richting moet worden gezocht, waag ik te betwijfelen. De panden Grote Kerkstraat 21 tot en met 25 zijn aange kocht in het kader van de stadsvernieuwing met de bedoeling de woonfunctie te herstellen. De financië le uitkomst daarvan is nog onzeker. Hoe verwerken wij de te verwachten onrendabele top? De schrik slaat mij om het hart wanneer alleen de verbouwkosten al rond de twee ton per woning zouden komen te liggenIs het nu niet beter het totale alternatief inclusief de woonhuisfunctie eerst uit te werken? Het voorstel komt bij mij wat onvoldragen over. Wie geeft de garantie dat de uitvoering van het archiefplan geen onvoorziene gevolgen heeft voor de mogelijkheden om te zijner tijd de panden te verbouwen tot woningen? Ik constateer dat het betoog van de heer Ten Hoeve aardig strookt met het mijne. Voorts zou ik het college willen vragen of het pand van de antiquair aan de overzijde van het archief - dat pand is te koop - alsnog in de beschouwing betrokken kan worden. Tenslotte nog een opmerking over de redactie van de raadsbrief. Daarin staat vermeld dat een drie tal alternatieven onhaalbaar is gebleken. Het tweede in de raadsbrief genoemde alternatief luidt: "ge bruik van de Noorderkerk, thans in gebruik bij de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt als archiefbewaar plaats; De bedoeling is wel duidelijk, mijnheer de voorzitter, maar het is wel een beetje vreemd weergegeven, een beetje "nuver". De heer Sterk: Onze fractie is ook tevreden met het raadsvoorstel betreffende de uitbreiding van de archiefruimte. Wij vinden die uitbreiding noodzakelijk en wij stemmen daar ook mee in. Een ander punt is - de heer Ten Hoeve heeft daar ook al een heel verhaal over gehouden - dat wij een koppeling willen met de 7 woonhuizen. Ik wil eerst de reactie van de wethouder afwachten hoe de ze zaak bij hem overkomt, maar ik kan wel zeggen dat ook onze gedachten uitgaan naar een koppeling van beide zaken. Wij hebben namelijk het idee dat bij gelijktijdige uitvoering de zaak goedkoper zal zijn. Ik wacht het antwoord van het college af. Mevrouw Van Dijk—van Terwisga: De voorgaande sprekers hebben alles al gezegd wat ik ook had willen zeggen. Wij kunnen natuurlijk instemmen met het alternatief van een samenhangend plan ten aanzien van de renovatie van de panden Grote Kerkstraat 21 tot en met 25 met beneden een archief ruimte. Maar wij zouden ook liever een gelijktijdige uitvoering zien. Ik wacht graag het antwoord van de wethouder af alvorens ons standpunt kenbaar te maken. De heer Van der Wal: Mijn fractie is het eens met de gekozen oplossing voor de huisvestingsnood van het gemeente-archief. Wij ondersteunen het verzoek van de PvdA tot uitstel van dit voorstel. De eventueel door de heer Ten Hoeve nog in te dienen motie zullen wij steunen. Ook de aanbeveling van de heer Ten Hoeve om een andere constructie voor de woningen te vinden, om daarmee mogelijkerwijze de onrendabele top te dekken, ondersteunen wij. De heer Kessler (weth.): Ik zal een poging doen om aan te geven wat de argumenten van het colle ge geweest zijn om wel met dit voorstel bij de raad te komen. De voorgeschiedenis is bekend en zal ik niet herhalen. Ook is bekend dat wij gestreefd hebben naar een geïhtegreerd plan-ontwerp: archief aan de achterkant van de panden en woningen aan de voorkant daarvan en daar boven. Helaas bleek bij de uitwerking van dat plan dat er een onrendabele top resteert van zes 6 zeven ton. Een aantal sprekers heeft al gememoreerd dat de totale bouwkosten twee ton per woning bedragen. Met name die onrenda bele top heeft het college doen besluiten om af te zien van het voorgestelde plan. Waarom? Omdat de onrendabele top gefinancierd dient te worden uit het fonds stadsvernieuwing, dat, zoals bekend is, zo langzamerhand wat aan het eind van zijn Latijn is. Dat zal zeker het geval zijn als de decentralisatie van de stadsvernieuwing van kracht wordt. Wat dan wel? Het college heeft besloten om op dit moment in eerste instantie te kijken in hoeverre er wellicht 50 andere kandidaten zijn om wat met deze panden te doen. In dat verband sluiten wij ook aan bij de sug gestie van de heer Ten Hoeve. Het gaat om andere kandidaten buiten de gemeentelijke kring. Gedacht kan worden aan woningbouwverenigingen, bouwondernemingen of misschien de stichting voor studenten huisvesting. Maar een en ander dient nog onderzocht te worden. Die beslissing genomen hebbende, blijft de vraag over: wat te doen met het archief? In principe zijn er dan twee mogelijkheden. Uitstel len, streven naar een ge'ihtegreerd plan, of het project in twee fasen knippen en alvast beginnen met het archief. Wij hebben voor dat laatste gekozen en ik zal de twee belangrijkste argumenten aangeven waarom wij dat gedaan hebben In de eerste plaats hebben wij geen zekerheid over de termijn waarop met de woningen begonnen kan worden. Het kan zijn dat in de komende maanden ineens met een belegger of een woningbouwver eniging contacten gelegd worden en afspraken gemaakt worden om die woningen op te knappen. Het kan ook zijn dat dat langer op zich laat wachten. Die kans is zeker aanwezig, omdat dat type onderhande lingen vaak lang duurt. Het kan ook zelfs zijn dat wij na verloop van tijd tot de conclusie moeten ko men dat het ons niet lukt om de zaak aan iemand anders dan de gemeente over te dragen. Dat betekent dat wij als gemeente de woningen zelf zullen moeten opknappen en dat wij een aanzienlijke onrendabe le top - misschien niet van zes 6 zeven ton; als wij met het plan gaan stoeien zou er van dat bedrag misschien wel wat af kunnen - dienen te accepteren. Vanwege de onzekerheid over de termijn waarop een en ander in kannen en kruiken is, hebben wij besloten het project in twee fasen te knippen. Uiter aard is het daarbij zo dat wij, mocht blijken dat er binnen een periode van bijvoorbeeld een aantal maanden tot een halfjaar serieuze kandidaten zijn om wat met die woningen te gaan doen, op dat mo ment wel degelijk bereid zijn om dat project aan elkaar te koppelen. De kans dat dat gaat gebeuren is niet op voorhand verzekerd en daarom hebben wij ook gezegd dat wij in principe akkoord zijn met het in twee stukken knippen van het project. Daarmee accepteren wij dat de totale uitvoering wellicht wat duurder zal worden. Alleen de vraag is in welke mate dat duurder is. Je kunt er over twisten of uitvoe ring in één fase zo'n gigantisch voordeel oplevert als gesuggereerd wordt. Ik denk dat dat niet zo hoeft te zijn. In de tweede plaats speelt het argument naar het archief zelf toe. Geconstateerd is en kan worden dat wij met dit plan al een aantal jaren onderweg zijn. De principe-beslissing is twee jaar geleden ge nomen. Vorig jaar is er een discussie over geweest. Het is belangrijk om een stuk duidelijkheid te creë ren. Nu wordt die duidelijkheid ook wel gegeven door raadsleden. Zij zeggen - daar ben ik blij om - dat wij ons geen zorgen hoeven te maken, want het geld blijft er heus wel en de principe-oplossing die gekozen is is in principe ook akkoord. Desalniettemin zijn er toch andere argumenten om met dit plan te beginnen. Dat wil zeggen, er zijn niet alleen argumenten qua duidelijkheid, maar er is ook een heel duidelijk argument wat betreft de urgentie van dit project. Ik zal daar wat verder op ingaan. Het ar chief kent op dit moment nog slechts een beperkte reserve-capaciteit. Je kunt zeggen dat het archief bijna vol is. Dat raakt het in 1986 helemaal, omdat er dan in ieder geval twee dingen gaan gebeuren. Ten eerste komt het archief van de gemeente Leeuwarderadeel van voor 1944 naar het stadsarchief. Ten tweede dient een afspraak van een aantal jaren geleden geëffectueerd te worden met het Diaconessen- huis om zijn archief over te hevelen naar het stadsarchief. Als gevolg van dat ruimtegebrek is op dit moment dan ook al besloten om actieve acquisitie van particuliere archieven te stoppen. Je kunt dat wel e.ven stopzetten, maar om dat voor langere tijd te doen is jammer, omdat dat betekent dat je zeer interessante archieven niet in het stadsarchief kunt onderbrengen. Er is nog een ander punt dat met die urgentie te maken heeft en dat komt voort uit het feit dat op dit moment binnen de secretarie-afdeling Interne Zaken een speciale overeenkomst is getroffen met be trekking tot de stukken die nu in de kluis van het stadhuis zijn opgeborgen. Die kluis moet worden ont ruimd, omdat daar andere plannen mee zijn. De stukken kunnen niet erg lang meer in die kluis blijven. Met andere woorden, ook die stukken zullen overgeheveld moeten worden naar het gemeente-archief. Dan is er nog een knelpunt dat te maken heeft met de situatie in de studiezaal van het gemeente archief. Die situatie wordt steeds klemmender. Op dit moment vindt de raadpleging van de fiches en de originele stukken gezamenlijk plaats. Dat werkt heel verstorend. Ook wat dat betreft vinden wij het belangrijk dat op korte termijn toch met de bouw van de aanvulling van het archief wordt begonnen. Daarbij dient in acht te worden genomen dat met de bouw ongeveer een periode van een jaar gemoeid zal zijn als wij nu de beslissing nemen om het project in twee stukken te knippen. Het zal dus toch nog een aantal maanden duren voordat het archief feitelijk kan verhuizen. Je zit dan in de periode eind 1985 begin 1986. Dit waren voor het college de argumenten om te zeggen dat wij de gok maar moeten wagen om het project in twee stukken te knippen. Ik denk daarbij overigens dat er weinig echte problemen hoeven te zijn bij het eventueel aanbieden van het project aan derden. Het archiefdeel dat nu in het plan is op genomen is heel duidelijk afgescheiden van de woningen, want dat zit aan de achterkant daarvan. Er zijn heel duidelijke en heldere afspraken te maken met eventuele gegadigden. Ik wil het hierbij laten, mijnheer de voorzitter.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1984 | | pagina 26