73 Met name ook op langere termijn kunnen er problemen komen. Het bestuur van het Krea- tiviteitscentrum heeft in een gesprek met mij gesteld dat het de verlaging van de subsidie vervelend vindt, maar dat het wel zekerheid wil waar in 1986 op gerekend kan worden. Wij kunnen in ieder geval rekenen op lagere inkomsten; dat staat ook in het sociaal-cultureel programma dat wij hebben vastgesteld. Daar staat namelijk in dat het Kreativiteitscentrum er rekening mee dient te houden dat de door het centrum georganiseerde cursussen in 1986 niet meer dan wel voor een aanzienlijk geringer deel voor subsidie in aanmerking komen. Een en ander heeft alles te maken met de prioriteitsstelling van het Ministerie van WVC. De zaak wordt in 1986 nog ingewikkelder, omdat het Ministerie van WVC en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) koppelsubsidies hebben. Het Ministerie van WVC wil alleen betalen als het Ministerie van SZW ook betaalt en omgekeerd. In 1985 lukt het ons vermoede lijk nog wel om een deel van de subsidie van het Ministerie van SZW binnen te krijgen. Maar of dat in 1986 lukt is zeer de vraag. Desalniettemin wil ik de toezegging doen om na te gaan - dat zou ik samen met wethouder Heere kunnen doen - in hoeverre er in 1986 toch projecten voor Mensen zonder Werk ook bij het Kreativiteitscentrum zijn te organiseren. In de eerste plaats zal dat kunnen door de dis cussie over inkomensafhankelijke tarieven te starten en na te gaan in hoeverre binnen het reguliere pakket wellicht overhevelingen mogelijk zijn. Ook kunnen wij nog eens nagaan in hoeverre er uit de subsidiestroom voor projecten Mensen zonder Werk een deel voor dit doel kan worden betrokken. Per slot van rekening stoppen wij er ook nog altijd f. 5.000,eigen gemeentelijk geld in. In ieder geval is dat een punt dat wij nog moeten nagaan. Ik wil wat dat betreft dan ook wel de suggestie meenemen van mevrouw De Haan om een bepaald per centage af te spreken tussen sociaal-cultureel werk en meer werkgerichte activiteiten. Ik denk overigens dat dat niet een keihard percentage moet zijn, omdat wij dan in de problemen kunnen komen met de flexibiliteit van de mensen. Maar op zich zelf lijkt het mij geen slechte zaak om daar wat duidelijker in te zijn dan tot nu toe het geval is. Al met al voor 1986 zijn er problemen, voor 1985 houdt het college vast aan het standpunt dat wij dit bedrag moeten inleveren De heer IJestra: Het zal uit mijn betoog duidelijk zijn dat wij geen behoefte hebben aan de PAL-motie. De heer Boelens; Wij hebben in eerste instantie gezegd dat wij instemmen met het voor stel van het college. Wij hebben ons gerealiseerd dat wij bij de behandeling van het Pro gramma Sociaal-cultureel Werk 1986 in het kader van de prioriteitsstelling op deze zaak terug kunnen komen. Mevrouw De Haan-Laagland: De wethouder heeft niet zoveel nieuwe argumenten ge noemd. Wat dat betreft kan ik het kort houden. Ik wil toch op één uitlating van de wethou der ingaan. Hij heeft de redenen genoemd waarom juist met betrekking tot het Kreativiteits centrum de korting is doorgevoerd, namelijk dat een en ander aansluit bij de prioriteitsstel ling van het rijk en bij die van de gemeente zelf. Volgens mij is er wat dat betreft een mis verstand in het spel. De wethouder kijkt dan naar de instelling waar kunstzinnige vorming en amateuristische kunstbeoefening inderdaad niet zo'n hoge prioriteit hebben. Maar deze projecten vormen natuurlijk een aparte taak van het Kreativiteitscentrum. Het werken met jongeren en werklozen heeft binnen het gemeentelijk apparaat juist wél een heel hoge priori teit. Ik vind dat de wethouder daaraan te gemakkelijk voorbijgaat. Een deel van onze fractie zal de motie van PAL ondersteunen. De heer Duijvendak; Ik ben wat verbaasd over de reacties van de wethouder en van het CDA. Ik vind dat de wethouder nogal gemakkelijk doet over het niet laten doorgaan van deze cursussen in de tweede helft van 1985. Hij zegt dat dat nu eenmaal zo is en dat wij de zaak voor 1986 nog maar eens moeten bekijken. Mevrouw De Haan heeft terecht gezegd dat binnen het collegeprogramma prioriteit wordt gesteld aan werklozen en aan cursussen voor werklo zen. Je kunt dan volgens mij niet zeggen dat iets wat voor deze grote groep mensen belang rijk is - het gaat naar mijn weten om meer dan 100 mensen - in de tweede helft van 1985 wegvalt en dat er eind 1985 nog eens zal worden bekeken wat er in 1986 gedaan kan worden. Het lijkt mij veel logischer om te zeggen dat wij nu nog een keer f. 9.000,voor de cursus sen uittrekken, want dat is helemaal niet zo'n groot bedrag. Daarmee houd je dan bij het Kreativiteitscentrum de bereidheid om mee te denken wat je voor 1986 zou kunnen realiseren. Er is een aantal momenten waar wij daarover met elkaar kunnen praten. Bij de kunstnota gaan wij praten over de plaats van het Kreativiteitscentrum. Wij gaan ook praten over inko mensafhankelijke tarieven. Bij het sociaal-cultureel programma gaan wij daar opnieuw over praten. Wij kunnen ook mogelijkheden binnen het budget van het Kreativiteitscentrum bekij ken. Ik vind het dus heel onlogisch om te zeggen dat wij de cursussen in de tweede helft van 1985 maar laten lopen en dat wij er pas in 1986 serieus naar gaan kijken. Als je bij de be 74 treffende groep mensen prioriteiten legt, dan stap je daar niet zo gemakkelijk overheen. Ik wil ook nog een opmerking in de richting van het CDA maken. Het CDA omarmt in de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden voortdurend deze groep mensen en vertelt voortdu rend hoe belangrijk de recreatieve aspecten en projecten zijn voor werklozen. Het gaat om een bedrag van f. 9.000,waarmee wij activiteiten overeind kunnen houden. Ik snap niet dat het CDA dan nu zo gemakkelijk zegt: laat de cursussen maar lopen en laten wij maar eens kijken wat wij in 1986 kunnen doen. Al met al ben ik het niet eens met de argumentatie van het college. Ik had een wat stevi ger argumentatie verwacht. Wij handhaven onze motie. (De heer Boelens: Ik wil graag even interrumperen, mijnheer de voorzitter. Bij de behandeling van het Programma Sociaal-cultu reel Werk 1985 hebben wij als fractie gesteld dat wij wellicht met betrekking tot de uitgangs punten die gekozen worden een prioriteit zullen toekennen aan het aspect van de kunstzinni ge vorming en dan desnoods ten laste van het opbouwwerk. Toen hebben wij voorstellen ge daan. Bovendien zijn er toen besluiten genomen. Wij willen op dit moment geen hap-snap be leid voeren.) Een hap-snap beleid? U houdt de lopende cursussen voor werklozen niet eens overeind! Wat is dat nou voor prioriteitsstelling? De heer Kessler (weth.): Mevrouw De Haan heeft het gehad over de prioriteitsstelling. Ik wil er nadrukkelijk op wijzen dat wij binnen alle projecten voor Mensen zonder Werk een prioriteit hebben gelegd bij werkgerichte activiteiten. Op zich zelf kunnen wij daar in 1986 nog best eens naar kijken. De heer Duijvendak heeft het over een heel onlogische stapHet is maar net hoe je dat inschat. Ik vind in ieder geval dat er geen sprake is van een onlogische stap. Wij hebben een geringer bedrag dat wij kunnen uitgeven en dan zullen wij moeten bezuinigen. Overi gens wijs ik er op dat het gemeentelijk aandeel in alle projecten voor Mensen zonder Werk al veel groter is dan wij eigenlijk op de begroting hebben staan. PAL stelt voor het gemeente lijk aandeel te verhogen van f. 196.537,-- tot f. 205.660,--. Regulier hebben wij maar f. 140.000,f. 150.000,-- tot onze beschikking. Het verschil tussen dat bedrag en de f. 196.537,proberen wij al uit alle hoeken en gaten, onder anderen uit het werkgelegen- heidsfonds, te pakken te krijgen. In die zin denk ik dat wij als college wel degelijk ook een heel duidelijke prioriteitsstelling hebben voor alle projecten voor Mensen zonder Werk. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie. De motie van de heren Duijvendak en Siemonsma wordt verworpen met 22 tegen 13 stem men. (Voor de motie stemmen van de fractie van de PvdA de dames De Haan-Laagland, Jongedijk- Welles, Visscher-BouwerVlietstra en Wielinga-Graansma en de heren Bron, Ten Hoeve, Schade en Timmermans alsmede de leden van de PAL-fractie Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezegging van de wethouder. Punt 28 (bijlage nr. 114). De Voorzitter: Dit punt, luidende Wijzigen van de Verordening op de heffing en invor dering van leges, is afgevoerd van de agenda. Het voorstel zal eerst worden behandeld in de Commissie voor de Financiën. Punt 29 (bijlage nr. 127). De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijzigen van de gemeentebegroting en de begroting van de Dienst voor het Marktwezen en de Frieslandhal voor het jaar 1985. Ik wijs er op dat punt 1 Wijzigen van de Verordening op de heffing en invordering van leges, genoemd op bladzijde één van de raadsbrief onder Gemeentebegroting, vervalt in verband met het afvoeren van agendapunt 28. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. De Voorzitter sluit, om 00.25 uur, de vergadering.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 36