2 punt omschrijving bijlage blz. 11. Verkoop van een in het bestemmingsplan Wirdum-Marwerd gelegen perceel bouwterrein aan Van der Werf's Bouwbedrijf BV, gevestigd te St. Nicolaasga. 139 32 12. Onttrekking aan het openbaar verkeer van de Pijpbakkerssteeg en verkoop van deze steeg aan een tweetal gegadigden. 140 32 13. Ruilovereenkomst met betrekking tot aan het Noordvliet gelegen grond met Boelens Glas Beheer BV, gevestigd te Leeuwarden. 144 32 14. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke or dening voor het plangebied Wielenpölle. 145 32 15. Vaststelling van het bestemmingsplan Breedstraat. 141 32 16. Vaststellen van het tracé van de Oostergoweg. 122 41 17. Financiële medewerking ten behoeve van groot-onderhoudsplan voor 224 flatwoningen in De Meenthe in het kader van het werkgelegen heidsplan Terugploegen van uitkeringsgelden voor 1984. 147 55 18. Financiële medewerking ten behoeve van de verbetering van 14 na oorlogse woningen te LekkumHempens, Wirdum en Wytgaard van de woningstichting Leeuwarden/Leeuwarderadeel. 148 56 19. Financiële medewerking ten behoeve van een groot-onderhoudsplan voor 195 woningen in Aldlan-West van de woningstichting Sint Joseph in het kader van de regeling Terugploegen van uitkeringsgelden. 149 56 20. Financiële medewerking ten behoeve van groot-onderhoudsplan voor 63 voor-oorlogse woningen aan het Cambuursterpad van de woning stichting Sint Joseph in het kader van de regeling Extra werkgele genheidsgelden 1984/1985. 150 56 21. Instellen van een algemene goederen- en warenmarkt op het Wilhelmi- naplein. 132 56 22. Gemeentelijke medewerking bij de verbouw van drie accommodaties van de Stichting Kinderdagverblijven. 142 56 23. Goedkeuring van een bestuursbesluit van de Stichting Het Nieuwe Stadsweeshuis inzake het verlenen van een zakelijk recht aan de NV Nederlandse Gasunie. 131 57 24. Beschikbaar stellen krediet voor de tussenschoolse opvang. 151 57 25. Vaststellen afvloeiingsregeling voor het openbaar basisonderwijs. 146 63 26. Wijzigen van de Verordening op de heffing en invordering van leges. 114 63 27. Wijzigen van de gemeentebegrotingen van de Dienst Stadsontwikke ling, de Dienst voor Reiniging en Brandweer en het Woningbedrijf voor het dienstjaar 1985. 152 65 De Voorzitter: Ik open de vergadering. De heren Bijkersma en Miedema komen vanmid dag iets later. Zij moeten namelijk een vergadering bijwonen in Dokkum. Mevrouw Jongedijk komt vanavond wat later ter vergadering, omdat zij uit Den Haag moet komen. Punt 1. De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. 3 Punt 2. Rondgezonden mededelingen. Sub A, B en C. De berichten, de rapporten en de brief worden voor kennisgeving aangenomen. Sub D. De Voorzitter: Dit punt luidt: Brief van 7 maart 1985 van het bestuur van de Stichting Kinderdagverblijven, waarin het bestuur er op aandringt om de door de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) aangekondigde herziening van de tabel van ouderbijdra gen in Leeuwarden niet in te voeren. De heer Duijvendak: Het college zegt in het antwoord onder punt D van de mededelingen dat deze aangelegenheid verder aan de orde zal komen in de Commissie voor Welzijnsaangele- genheden. Hoewel ik het niet eens ben met de inhoud van de brief die b. en w. zullen sturen aan het bestuur van de Stichting Kinderdagverblijven, zal ik daar nu niet op ingaan maar dat in de commissie doen. Ik wil deze aangelegenheid echter wel aangrijpen om een motie in te dienen waarin wij ons überhaupt uitspreken tegen de voorgenomen verhoging van de bij dragen, met name voor de ouders met de laagste inkomens, omdat de besluitvorming ter zake op dit moment in de Tweede Kamer nog niet is afgerond. Wij kunnen wat dat betreft dus onze invloed daar laten gelden. Ik wil het verder kort houden en de motie voorlezen. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op maandag, 22 april 1985, overwegende dat: - de aangekondigde herziening van de ouderbijdrage voor het kin derdagverblijf een enorme verhoging betekent voor juist de men sen met de laagste inkomens; - kinderopvang een basisvoorziening is en dus geen onoverkomelij ke financiële drempels mag kennen, spreekt uit de aangekondigde herziening van de tabel van ouderbij dragen af te wijzen, draagt b. en w. op de Tweede Kamer en de minister van WVC van deze uitspraak op de hoogte te stellen." De motie is mede-ondertekend door Sido Siemonsma. De Voorzitter: De motie is niet geheel buiten de orde, maar is die niet wat voorbarig nu de hele handel ook nog in de commissie aan de orde komt? (De heer Duijvendak: Wij praten er pas in de commissie over wanneer de besluitvorming in de Tweede Kamer achter de rug is. Wij stellen nu voor om die besluitvorming te beïnvloeden. Het lijkt mij nu het juiste moment om dat te doen.) Goed, de motie is voldoende ondersteund en maakt deel uit van de beraad slagingen. De heer Heere (weth.): In de overwegingen van de motie staat dat kinderopvang een ba sisvoorziening is. Wij hebben daarover in de raad in het verleden een en andermaal uitvoerig gesproken. In de discussie over de vraag welke voorziening wij met betrekking tot de kin deropvang zouden moeten kiezen, een specifieke voorziening, een algemene voorziening of een basisvoorziening, heeft de raad vastgesteld dat er sprake moet zijn van een algemene voorziening. Ik heb geen reden er vanuit te gaan dat het college er inmiddels anders over denkt. Met de voorzitter ben ik van mening dat de motie, zeker op de wijze waarop die is inge diend, prematuur is. Ik geef er de voorkeur aan eerst de discussie te voeren in de commis sie en daarna de balans op te maken teneinde antwoord aan het bestuur van de Stichting Kinderdagverblijven te kunnen geven. In het preadvies zoals wij dat onder punt D van de mededelingen hebben verwoord is ook nog niet een definitief standpunt van het college aan gegeven. Er staat namelijk: "Tevens hebben wij het bestuur bericht dat wij bezien welke mo gelijkheden aanwezig zijn om eventueel over te gaan tot een gefaseerde invoering van de herziene (voet van de) tabel." Met andere woorden, er is nog ruimte aanwezig, die wellicht in de commissie kan worden opgevuld. Ik ben van mening dat de motie door de raad om de door mij genoemde redenen niet moet worden overgenomen De heer Duijvendak: Ik kan mij voorstellen dat de wethouder zich wat overvallen voelt door de motie. (De heer Heere (weth.): Dat heb ik niet gezegd.) Ik heb de motie ingediend, omdat ik vind dat de besluitvorming in de Tweede Kamer de verkeerde kant dreigt op te

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 2