8 De heer Janssen: De heer Duijvendak heeft gevraagd of de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften niet een politieke beslissing heeft genomen. Ik kan de leden van de commissie - de meerderheid - niet in het hart zien of er wel of geen sprake is van een politieke beslissing. Het is echter niet zo dat de meerderheid heeft gezegd dat een en ander "coüte que coüte" niet moet doorgaan. Er zijn weloverwogen stukken gelezen en - dat heb ik in eerste instantie ook tegen de heer Duijvendak gezegd - er is kennis genomen van de pleit nota. De gespecificeerde begroting van 1984 was bekend. Men beschikte dus over gedetail leerde gegevens, die tijdens de zitting nog werden aangevuld. De meerderheid van de Raads adviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften heeft gezegd dat het niet aantoonbaar is dat er meer dan f. 3.000,op het kleed moet komen en dat de raad onzorgvuldig heeft gehandeld. Op die gronden heeft de meerderheid van de commissie dit advies uitgebracht. De heer Duijvendak heeft het gehad over een soort discriminatie. De commissie heeft zich daar beslist niet aan schuldig gemaakt. Wij hebben de feiten beoordeeld. Wanneer die beoor deling in de ogen van de heer Duijvendak discriminerend uitvalt, dan spijt mij dat, maar het is heus niet zo dat er binnen de commissie van discriminatie sprake was. Mevrouw Vlietstra heeft mij ervan beschuldigd dat ik de commissie niet hard genoeg ver dedig, tenminste zo kwam dat op mij over. Ik heb al gezegd dat de commissie de f. 3000, een redelijk bedrag vindt. Men heeft zich gebaseerd op argumenten die over en weer tijdens de zitting over de tafel zijn gegaan. Mevrouw Vlietstra moet van mij aannemen dat ik tijdens de zitting geprobeerd heb mensen te overtuigen en zich achter mijn standpunt te stellen, maar er was daarvoor geen meerderheid te vinden. Er is uitvoerig gesproken over de stukken die tijdens de zitting ter tafel lagen. De commissie heeft een besluit genomen en een advies gegeven. Ik vind het jammer dat een en ander in de raad overkomt als zou de commissie wat doordrammerig bezig zijn op gronden die niet sterk genoeg zijn. Het is wel zo dat de Stichting Lesbisch Archief Leeuwarden op papier heeft aangetoond dat zij meer geld nodig heeft. Boven dien is het zo dat het Lesbisch Archief een grote eigen bijdrage heeft. Maar deze feiten zijn niet van voldoende invloed geweest op het uitbrengen van het advies van de meerderheid van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften. Mevrouw de Jong staat achter het meerderheidsstandpunt van de commissie. Ik dank haar namens de commissie voor het vertrouwen dat zij daarin heeft. Ook de heer Buurman dank ik voor het vertrouwen dat hij stelt in het advies van de commissie. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Het voorstel van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften wordt aangenomen met 20 tegen 16 stemmen. (Tegen het voorstel stemmen van de fractie van de PvdA de dames Brandenburg-Sjoerdsma, De Haan-Laagland, Jongedijk-WellesVisscher-BouwerVlietstra en Wielinga-Graansma en de heren Bron, Janssen, Kessler, Meijerhof, Schade en Timmermans, alsmede de leden van de PAL-fractie) Punt 5. Rondgezonden mededelingen. Sub A t.e.m. D. De berichten en de rapporten worden voor kennisgeving aangenomen. Sub E. De Voorzitter: Aan de orde is thans: Brief van 2 april 1985 van de heer W.J.H. Drent inzake toewijzing taxivergunning. Mevrouw Brandenburg-Sjoerdsma: Deze aangelegenheid is al meerdere malen in de raad aan de orde geweest. Ik wil de zaak op dit moment in algemene zin benaderen. Ik zou u, mijnheer de voorzitter, namens alle raadsfracties willen vragen of u toe wilt zeggen dat in de eerstkomende vergadering van de Commissie voor Bestuurlijke Aangelegenheden de verorde ning betreffende het taxivervoer op de agenda zal worden geplaatst en dat de portefeuille houder voor verkeerszaken daarbij aanwezig zal zijn. Wij kunnen dan praten over verande ringen in de verordening met betrekking tot het taxivervoer en over het gevoerde en te voeren taxibeleid. De Voorzitter: Ik wil die toezegging graag doen. Dit punt zal op de agenda worden ge plaatst van de eerstkomende vergadering van de Commissie voor Bestuurlijke Aangelegenheden De brief wordt voor kennisgeving aangenomen met inachtneming van de toezegging van de voorzitter. 9 Sub F. De beschikking wordt voor kennisgeving aangenomen Sub G, H en I. De verzoeken en de brieven worden in handen gesteld van b. en w. om preadvies. Sub J. Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w. Sub K. De Voorzitter: Dit punt luidt: Brief van 10 april 1985 van de Vereniging Dorpsbelang Hempens-Teerns over de motie van 4 april 1985 van de ledenvergadering over de bouw van acht woningwetwoningen in Hempens. De heer Niemeijer: De ledenvergadering van de Vereniging Dorpsbelang Hempens-Teerns spreekt haar verontrusting en verontwaardiging uit over het uitblijven van huizenbouw in Hempens. Ik kan mij voorstellen dat deze verontrusting en verontwaardiging niet helemaal worden weggenomen met het thans voorgestelde antwoord van b. en w. De toezegging aan het eind van het antwoord is namelijk redelijk vaag: "Wij streven er thans naar de bouw in de tweede helft van dit jaar een aanvang te laten nemen". Ik besef dat deze materie op dit mo ment dermate complex is dat zich hier geen duidelijker toezegging laat afdwingen. Als de raad genoegen neemt met het voorgestelde antwoord, dan brengt dat de verplichting met zich mee dat wij in de komende vergadering van de Commissie voor de Volkshuisvesting nadruk kelijk worden geïnformeerd over de stand van zaken op dat moment omtrent de voortgang. Wat dat betreft zijn er met name problemen over de financiën inzake de stichtingskosten en de brug. Ik neem aan dat de toetsing van de stichtingskosten en de verdere afhandeling om tot een aanvaardbaar niveau te komen zich binnen normale procedures afspelen. Een en ander lijkt mij niet echt problematischtenzij de wethouder daar anders over denktmaar dat hoor ik dan straks wel. Een ander probleem is de bereikbaarheid van het bouwterrein voor bouwverkeer en de kwestie van de brug. Ik heb de indruk gekregen dat wij bij een van de onderdelen van de stichtingskosten, de grondkosten, de normgrondkosten hanteren. Als dat waar is, dan is de vraag in hoeverre dat reëel is. Normgrondkosten gaan uit van een norm in een normale situa tie en bij een normale bereikbaarheid. Die situatie doet zich hier niet voor. Ik vind het de plicht van de gemeente om dit soort plaatsen wel normaal ontsluitbaar te maken. In hoeverre speelt deze problematiek door de gehele problematiek met betrekking tot de stichtingskosten heen? Hanteren wij inderdaad de normgrondkosten en zo ja, moeten wij die in deze situatie handhaven? Ik zal in de Commissie voor de Volkshuisvesting op deze kwestie terugkomen en wil dan graag geïnformeerd worden over de voortgang. De heer Sterk: Onze fractie kan instemmen met het voorgestelde antwoord van b. en w., maar heeft naar aanleiding daarvan nog wel een paar vragen. Is er op dit moment al overeen stemming met de Genie over de aanleg van een baileybrug? Is er ook iets te zeggen over de extra kosten welke gepaard gaan met de aanleg daarvan? Het zal het college bekend zijn dat in deze omgeving een aantal vrije sectorkavels ligt. De daarop te bouwen woningen worden niet geschakeld gebouwd. Over het algemeen ligt dat bij de woningwetwoningen anders. Kan het bouwverkeer ten behoeve van die vrije sectorwoningen ook gebruik maken van de baileybrug? Hoe lang kan deze brug blijven liggen, gelet op het feit dat de vrije sectorwo ningen niet geschakeld gebouwd worden? Wij weten allemaal dat de bestaande brug niet ge schikt is voor zwaar verkeer. Kan de baileybrug blijven liggen tot het moment waarop de be staande brug is gerenoveerd of een nieuwe brug is geplaatst? Ik ben het met de vorige spreker eens dat punten als huren, stichtingskosten, enz. eens besproken moeten worden in de Commissie voor de Volkshuisvesting. De heer Geerts (weth.): Er zijn een paar problemen die opgelost moeten worden. Het zijn relatief grote problemenals je bedenkt dat het hier om acht woningen gaat Allereerst liet probleem van de stichtingskosten. Hempens heeft, mede in verband met de school, ook behoefte aan gezinswoningen. Maar de woningstichting Leeuwarden-Leeuwarde- radeel zegt dat, als je de woningen wilt verhuren - men denkt dat de belangstelling dienaan gaande niet zo groot is -, dan de huur nooit boven f. 450,per maand uit mag komen. De relatie tussen het bouwen van grote woningen en de huur van maximaal f. 450,per maand

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 5