32 Ik wil beginnen met het maken van een opmerking in de richting van de PvdA-fractie. Haar standpunt verbaast mij, in die zin dat in de besloten vergadering van de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden door de daar aanwezige fractieleden van de PvdA benadrukt werd (in eerste instantie) dat het beter was om het meldpunt niet bij de gemeente onder te brengen en tenslotte, als dat wel het geval zou zijn, dat ook een dergelijk meldpunt bij een andere instelling moet worden gerealiseerd. De zogenaamde en/en-constructie. Ik wil niet uitgebreid uit de notulen van die vergadering citeren, maar het voorgaande staat er duide lijk in. Wat dat betreft vind ik het jammer dat wij niet gekomen zijn tot een en/en-construc- tiewant dat zou in ieder geval beter zijn dan wanneer het meldpunt alleen bij de gemeente wordt ondergebracht. Ook in de reactie van het Frysk Anti-Faksisme Komitee (FAFK- de PvdA is daar ook in vertegenwoordigd - wordt gemotiveerd waarom het meldpunt niet bij de gemeente zou moeten worden ondergebracht. Wat dat betreft had ik gehoopt dat het geluid van het FAFK veel be ter gehoord zou zijn. Ik heb een aantal argumenten genoemd waarom ik vind dat het meldpunt niet bij de ge meente moet worden gerealiseerd. Ik zal proberen een en ander verder te verduidelijken. Als je zo'n meldpunt wilt instellen, dan kun je kijken naar wat de ervaringen in andere ste den in Nederland dienaangaande zijn. Wanneer je dat doet, dan ben je er niet met de conclu sie van ons college om het meldpunt bij de gemeente onder te brengen. Het is namelijk ge bleken dat het in een aantal gevallen in andere steden fout is gegaan. Zowel bij de voorbe reiding van het beleid op het gebied van anti-racisme als bij de uitvoering daarvan is het belangrijk om de organisaties er voortdurend bij te betrekken. In dit verband kunnen voor beelden van grote steden worden aangehaald, waarbij in eerste instantie door b. en w.'s zelf beleid geformuleerd is maar daarna teruggefloten zijn door betrokken organisaties die van mening waren dat, wanneer er beleid moet worden gevoerd, dat met hen en niet zonder hen moet. In Amsterdam heeft een en ander ertoe geleid dat, los van de gemeente, door de orga nisaties zelf een ander meldpunt tegenover dat van de gemeente is opgezet. Dergelijke situ aties moeten wij te allen tijde in Leeuwarden vermijden. Een ander punt is dat de wethouder zegt dat de belangrijkste functie van het meldpunt de voorbeeldfunctie is. Ik twijfel er erg aan of die functie nou de belangrijkste functie van dit meldpunt zou moeten zijn. Volgens mij moet de belangrijkste functie van het meldpunt zijn het ondersteunen van de mensen die gediscrimineerd worden en het bekijken wat er met die klachten gedaan kan worden. De politieke verantwoordelijkheid van de gemeenteraad hoeft niet per se tot uitdrukking te komen door het meldpunt bij de gemeente onder te brengen. Je kunt als gemeente heel goed laten zien dat je ergens voor staat, dat je het anti-racisme belangrijk vindt door daar geld voor uit te trekken en er voor te zorgen dat er terugkoppeling van de meidtelefoon naar de gemeente toe plaatsvindt, dat je als gemeente aangaande die klachten ook beleid kunt voeren en dat je een gemengde werkgroep instelt waarin zowel mensen zitten van de kant van de gemeente - ambtenaren en de wethouder - als uit de etnische organisaties zelf. Ik denk dat je, als je het over een voorbeeldfunctie hebt voor de gemeente, ook een voor beeld zou kunnen geven in het serieus nemen van de groepen waar je het over hebt en dat je niet tegen de zin van de groepen in iets doet, maar dat je met de groepen samen iets doet. Op een avond van het Fries Anti-Racisme Overleg, waar de wethouder ook gesproken heeft, is dit onderwerp expliciet aan de orde geweest. De discussie concentreerde zich ei genlijk alleen maar op dit punt, namelijk waar het meldpunt moet worden ondergebracht. In een brief van het Fries Anti-Racisme Overleg die alle fracties hebben gekregen - ik zal niet uit de brief citeren - wordt uitdrukkelijk uitgesproken dat de gemeente voor deze instantie niet de plaats is om het meldpunt onder te brengen. Als je het hebt over het serieus nemen van de organisaties dan zou je met elkaar naar genoemde brief kunnen kijken. Ik heb gezegd dat een dergelijk voorstel door links en rechts in deze raad gedragen zou moeten worden, in die zin dat er sprake moet zijn van eenstemmigheid. De wethouder con stateert dat alleen PAL tegen dit voorstel is. Ik vind dat eigenlijk een wat te gemakkelijke constatering. Want ik denk dat niet alleen PAL tegen dit voorstel is. Ik heb er al op gewe zen dat in ieder geval de reactie van het Fries Anti-Racisme Overleg in een heel andere richting wijst, wat ook het geval is met de reactie van het FAFK. Wat dat betreft vind ik dat PAL zich in goed gezelschap bevindt van al die organisaties die dagelijks hebben te maken met discriminatie en waarover iedereen hier zulke roerende woorden gesproken heeft. Het is dus te gemakkelijk om te zeggen dat PAL tegen is en dat alle andere fracties voor zijn, als je niet kijkt naar het maatschappelijk veld waar je het in feite over hebt. Het veld heeft zich expliciet over deze zaak uitgelaten. Ik vind het dan nogal wat dat de raad denkt daartegen in te moeten gaan en daarmee goed beleid denkt te voeren. Het verschil van mening heeft misschien voor een deel betrekking op de vraag wat on der "onafhankelijk" wordt verstaan. Als je het hebt over een mooi onafhankelijk onderzoeks instituut dat voor de "witte" maatschappij prachtig op een rij zet hoe mensen gediscrimineerd worden, dan moet zo'n instituut inderdaad ergens worden ondergebracht. Maar dat is niet wat wij onder onafhankelijk verstaan. Wij verstaan daaronder het opzetten van een laag 33 drempelige instelling waar klachten terechtkomen van mensen die gediscrimineerd worden en waarmee ook iets wordt gedaan. Dus niet een instelling die mogelijkerwijs zelf ook bij enige vorm van discriminatie is betrokken. In de raadsbrief wordt toegegeven - ik vind dat te recht - dat bij enkele gemeentelijke instellingen in een aantal gevallen wellicht ook sprake is van discriminerende handelingen. Net zoals burgers onderling en instellingen zich daaraan schuldig maken, is dat ook het geval bij de gemeente. Als je dat constateert, dan kom je ook niet onder de constatering uit dat de gemeente dus niet de goede plaats voor het meldpunt is. Onafhankelijkheid betekent dus niet zover mogelijk af van de mensen die gediscrimineerd worden, maar - in onze ogen - het leveren van een bijdrage aan de strijd van de mensen die gediscrimineerd worden. Het steunen van die mensen is belangrijker dan het krijgen van een overzicht hoe het er met de discriminatie voor staat. Hoe denken wij daar een overzicht van te krijgen op het moment dat wij van die hoge drempels opgooien? Hoge drempels weder om naar aanleiding van wat de organisaties zelf schrijven. Zij schrijven namelijk dat de ge meente een hoge drempel heeft en een instituut is dat ver weg staat van de mensen die met discriminatie hebben te maken. Denken wij dat wij op die manier een goed beeld krijgen van wat zich met betrekking tot discriminatie in Leeuwarden afspeelt? Waarom denken wij dat wij het beter weten dan de mensen over wie wij het hebben? De PvdA-fractie noemt twee argumenten voor onderbrenging van het meldpunt bij de gemeente. Het eerste argument is het snel kunnen realiseren en het tweede argument is het snelle contact met het openbaar ministerie. Snel kunnen realiseren klopt. Maar weegt dat op tegen het feit dat je ingaat tegen de mening van betrokken organisaties? Ik vind dat een heel vreemde afweging. De organisaties hebben in brieven aangegeven dat dit punt wat hen betreft niet het hoofdpunt is van anti-racistisch beleid. Zij zijn er niet allen op tegen, maar zij vinden dat er geen sprake is van een hoofdpunt. En als een en ander zou doorgaan, dan moet dat in overleg met hen. Zij staan er niet om te trappelen. Moeten wij dan vanavond in een noodtempo zo'n besluit nemen, dit punt uit de concept-nota Etnische groepen in Leeu warden lichten en daarmee zeggen dat dat zo goed voor die organisaties is? Het tweede argument is het snelle contact met het openbaar ministerie. Akkoord. Ook het openbaar ministerie/de politie, zal in bedoelde werkgroep vertegenwoordigd zijn. De et nische groepen waar wij over praten houden wij buiten die werkgroep. Zijn snelle contacten met die groepen dan niet belangrijk? Is het niet belangrijk dat die groepen zelf ook in dat overleg zijn vertegenwoordigd. Is het niet belangrijk dat die groepen zelf ook meepraten over wat er gebeurt met al die vormen van discriminatie die niet meteen te herleiden zijn tot strafbare feiten, maar ten aanzien waarvan je wel met elkaar moet praten wat je er dan mee doet? Is er bijvoorbeeld sprake van een bepaalde systematiek? Zijn er bepaalde instellingen die bepaalde groepen systematisch discrimineren, zonder dat dat meteen aan het licht kan worden gebracht? Zijn er bij de federatie Eendracht en het Centrum voor buitenlanders Sa- lam dan geen mensen die daarmee ervaring hebben? Zou je die mensen ook niet moeten be trekken bij de afhandeling van die klachten? Met andere woorden, een gemengde werkgroep biedt volgens ons juist heel veel voordelen. In die werkgroep zou ook het openbaar ministe rie/de politie, een rol kunnen spelen. Volgens ons is dat geen argument om vanavond een besluit te nemen. Uit ervaringen in andere steden blijkt dat het overgrote deel van de klachten die bij de commissie op tafel komt, die dus door de meidtelefoon worden opgenomen, de niet strafbare feiten zijn. Het gaat juist om feiten die niet zo gemakkelijk via de politie of het openbaar mi nisterie die weg kunnen vervolgen in de strafrechtelijke sfeer. Het gaat juist om die andere vormen van discriminatie die wij boven water willen krijgen. Ik snap niet hoe men dat zou willen en kunnen doen buiten de betrokken organisaties om. Goed, het zal duidelijk zijn dat ik daarover een motie heb gemaakt die ik nu zal voorlezen. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 24 juni 1985, overwegende dat - een meldpunt voor racistische discriminatie een instrument kan zijn in een beleid met betrekking tot het bestrijden van racisme en discriminatie; - de betrokkenheid van organisaties van etnische groepen bij opzet en uitvoering van een dergelijk meldpunt hiervoor een essentiële voorwaarde is; - het voorliggende b. en w.-voorstel tot het instellen van een meld- telefoon bij de gemeente en het in het leven roepen van een lou ter ambtelijke werkgroep voor (de advisering over) de afdoening van meldingen niet overeenstemt met hierover geformuleerde ideeën en wensen van organisaties van etnische groepen, besluit - niet nu te besluiten tot het onderbrengen van het meldpunt op de gemeentesecretarie, maar in een nader overleg met betrokken or ganisaties een plaats hiervoor te bepalen;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 17