30 regio's Noord en Noordoost worden samengevoegd, maar wel in de regio's Oost en Zuidoost. Dat neemt niet weg dat te betreuren blijft dat men niet een grotere schaal heeft willen kie zen. U weet dat wij als een van de argumenten voor het kiezen van een voldoende draagvlak steeds hebben gezegd dat wij vinden dat je er vanuit moet kunnen gaan dat ook de hogere overheid, de rijksoverheid, bij het kiezen van de begrenzingen van haar gedeconcentreerde rijksdiensten rekening houdt met de geregionaliseerde gebieden zoals wij die in Nederland kennen. Er zijn, terwijl de hele regionalisatie nog van de grond moet komen, al wat signalen die ons het ergste doen vermoeden. Elders in de provincie is er de kwestie van de inspectie voor het basisonderwijs, die ineens moet worden opgedeeld in een genabuurde provincie, om precies te zijn Dongeradeel in de richting van de inspectie Zuidhorn. Het is mij bekend dat de betrokken afdeling van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, waar de brief geconcipieerd is, verteld moest worden dat er inmiddels een Wet gemeenschappelijke regelin gen is die de zaak in een andere context plaatst. Ik heb van een ander departement gehoord dat er signalen zijn dat je eigenlijk veel beter de Corop-gebieden (Coördinatiecommissie re gionaal onderzoek programma), de arbeidsmarktgebieden, zou kunnen hanteren als een in delingscriterium. Inmiddels heb ik vernomen - dat is wel heel erg pikant, omdat de Wet ge meenschappelijke regelingen ressorteert onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken - dat er een hele discussie is tussen de Hoofdinspectie Brandweerwezen en de afdeling Openbare Orde en Veiligheid van dat ministerie over de vraag hoe je nu eigenlijk die gebiedsindeling moet maken. Daarbij zegt de een dat je moet aanhaken bij de geregionaliseerde gebieden, terwijl de ander zegt dat er een heel andere schaal nodig is. Als dat de lijn is waarin wij te recht gaan komen, dan zou het wel eens zo kunnen zijn dat regio's ontaarden in keurslijven voor gemeentebesturen, zonder dat daar een behoorlijke tegenprestatie van de hogere over heid tegenover staat. Wij moeten wat dat punt betreft verschrikkelijk attent zijn. Het is zaak om in dit verband - dat mag ook wel eens met gedeputeerde staten worden doorge ploegd - met elkaar één lijn te trekken. Als de vraag van de heer Bijkersma tendeert in de richting van: geef mij eens precies de financiële consequenties aan, dan moet ik zeggen dat ik dat niet kan. Ik meen te hebben aangeduid waar wij mee te maken hebben bij het kiezen voor drie of vier regio's. Het gaat om een centenkwestie en bovendien om een kwestie van de te kiezen schaal. Die schaal kan je wel eens verschrikkelijk voor de voeten lopen, wanneer je straks ook van hogere overhe den het nodige aan tegenprestatie verwacht. De heer Bijkersma: Ik ben u dankbaar voor uw antwoord, mijnheer de voorzitter, want i bent zeer uitvoerig geweest. U hebt in uw antwoord gezegd dat het van grote waarde is dat deze raad zich uitspreekt zodat u zich geruggesteund weet in uw initiatieven. Het spijt mij eigenlijk dat de CDA-fractie geen reactie geeft op deze raadsbrief. Maar ik ga.er vanuit dat deze fractie hetgeen in de raadsbrief staat onderschrijft. De heer Sijbesma: Het gaat hier om een herhaling van de discussie in de vergadering van de raad van 11 maart. In eerste instantie had ik niet zoveel behoefte om te reageren, maar dat neemt niet weg dat wij ons kunnen vinden in deze raadsbrief. Naar aanleiding van het antwoord van de voorzitter wil ik nog wel de volgende opmer king maken. Wij hebben ons in de vorige discussie heel duidelijk op grond van argumenten uitgesproken voor een verdeling van de provincie Friesland in drie regio's. Wij hebben aan gegeven waarom er geen vier regio's moeten komen, met name vanwege de kleine schaal. Bo vendien hebben wij aangegeven waarom er geen twee regio's moeten komen. Ik heb de raadsbrief kritisch gelezen. Er wordt daarin onder meer gezegd: "Met name zijn wij van mening dat het zaak is nog eens uitdrukkelijk kenbaar te maken dat een verdere opdeling van de regio's in het bijzonder van de huidige regio's Friesland Noord en Noord oost..." Wat mij betreft had dat laatste er niet bij gehoeven. Wij moeten ons argument staande houden wat betreft de aanliggende drie buurgemeentendie niet tot de nieuwe Regio Noord behoren. Wij moeten uit blijven gaan van drie regio's in Friesland. Mevrouw De Jong: Ik stem volledig in met deze raadsbrief. Het college kan zich wat dat betreft ook door de fractie van D'66 gesteund weten. De Voorzitter: Ik wil met name ingaan op de opmerking van de heer Sijbesma. Hij leest in de door hem geciteerde zin toch iets meer dan hetgeen wij bedoeld hebben daarin te leg gen. Wij hebben gezegd dat wij de oude argumenten moeten herhalen, omdat die nog hele maal overeind staan. Er is niets nieuws gebeurd. De bestaande argumenten zijn levensgroot overeind gebleven, alleen de provincie heeft geen duidelijke keus gemaakt en heeft een meerderheids- en een minderheidsstandpunt naar voren gebracht, van drie naar vier re gio's. Wat bedoeld is te zeggen met bedoelde zin is het volgende. Houd vast aan je oor spronkelijke argumenten. Maar als wij het dan helemaal toespitsen op het belang van Leeu warden, dan moet zeker in de regio's waar wij in eerste linie mee hebben te maken, Noord 31 en Noordoost, geen knipping plaatsvinden, want dat zou werkelijk helemaal de zaak onaan vaardbaar maken. Dat is de bedoeling. Wij houden consequent vast aan de argumenten die wij ook al in eerdere instantie naar voren hebben gebracht en waarover wij het hier met zijn allen eens geworden zijn. Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toe- zegging van de voorzitter. Punt 25 (bijlage nr. 293). De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van de Dienst voor Sport en Recreatie en de Dienst Stadsontwikkeling voor het dienstjaar 1985. Gemeentebegroting. Mevrouw De Jong: Ik wil een opmerking maken over punt 1. Risico-analyse Casolith BV, Achter de Hoven 116-bis te Leeuwarden. Is het gebruikelijk dat, wanneer er een opdracht wordt gegeven aan TNO, dan de verdeling van de kosten 50 50 is? Met andere woorden, de gemeente en het betreffende bedrijf ieder de helft van de kosten? Ik stem tegen het onder punt 3. Opstellen prognose van de verkeersintensiteiten op het hoofdwegennet in het jaar 1985 genoemde krediet van f. 420.000, De Voorzitter: Het antwoord op de eerste vraag van mevrouw De Jong is dat hetgeen staat onder punt 1 van de gemeentebegroting een produkt is van overleg. Als men dat on derhandelen wil noemen, dan mag dat. Van de andere opmerking van mevrouw De Jong hebben wij nota genomen. Mevrouw De Jong: Mag ik uit uw antwoord opmaken, mijnheer de voorzitter, dat er voor de verdeling van de kosten geen regels zijn? Zou de gemeente, als Casolith zou zeggen dat zij niets voor haar rekening neemt, dan voor het geheel aansprakelijk zijn? De Voorzitter: Wij kunnen verlangen dat bedrijven ons relevante gegevens aanleveren. In verband met de risico-analyse was er een wat verdergaand onderzoek nodig. Wij hebben gewoon met elkaar om de tafel gezeten en gezegd: dit zijn de kosten en wij vinden het een beetje te ver gaan dat wij die als gemeente helemaal voor onze rekening nemen; wij vinden dat u als bedrijf een eigen verantwoordelijkheid hebt en daar ook best een bijdrage in mag leveren. Dit is het resultaat. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat me vrouw De Jong wenst te worden geacht te hebben gestemd tegen onderdeel 3 van de ge meentebegroting. De Voorzitter sluit, om 22.40 uur, de vergadering.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 16