Ik heb hiermee willen zeggen dat een en ander ons tot voorzichtigheid moet manen. Als de
wethouder dat aan zijn opvolger wil overbrengen, dan bestaat daar verder geen misverstand
meer over.
Volgens mij liggen de cijfers met betrekking tot Camminghaburen anders. Ik heb mij
daar uitdrukkelijk over laten informeren. Als wij doorgaan met de huidige verdichtingsnorm
in Camminghaburen dan praten wij over een lokatie in de orde van grootte van 4.000 wonin
gen. Ik praat dan inderdaad over 20 jaar, maar die termijn is dan op zijn vroegst. Als men
mijn visie, die op cijfers stoelt, volgt dan zouden die 200 woningen wel eens teveel kunnen
zijn en dat heb ik willen overbrengen. Nogmaals, ik beweer niets absoluuts. Ik geef trends
aan waarvan ik vind dat die voldoende belangrijk zijn om met zorg te worden gevolgd.
De heer Geerts (weth.): De boodschap is duidelijk overgekomen, mijnheer Niemeijer. Ik
heb niet willen zeggen dat u onzin vertelt, maar dat heeft u van mij ook niet gehoord. U
heeft uw zorg naar voren gebracht en wij hebben daar kennis van genomen.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 21a (bijlage nr. 321).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Onttrekking aan het openbaar verkeer van een gedeelte
van de Pypsterbuorren onder Boksum; instellen van beroep bij gedeputeerde staten.
De heer Buurman: B. en w. stellen in de raadsbrief dat zij, evenals in het verleden, ui
teraard gaarne willen deelnemen aan het overleg met Menaldumadeel. Ik zou in dit verband
toch wel nadrukkelijk het aspect van verkeersonveiligheid voor het langzaam verkeer op de
nieuw aangelegde parallelweg tussen Deinum en Boksum onder de aandacht willen brengen.
Er zijn daar geen op langzaam verkeer gerichte voorzieningen aangebracht. Wie is gaan kij
ken moet toestemmen dat de weg als gevaarlijk voor voetgangers, fietsers en bromfietsers
moet worden aangemerkt. Het lijkt mij toe dat Leeuwarden in ieder geval moreel verplicht is
hieraan in het overleg met Menaldumadeel de nodige aandacht te besteden. Overigens ga ik
akkoord met het voorstel van het college.
De heer Geerts (weth.): Aandacht besteden aan de door de heer Buurman gesignaleerde
problematiek is prima maar, zoals men zal begrijpen, daar hoort ook een prijskaartje bij. In
de raadsbrief van de gemeente Menaldumadeel heeft men kunnen lezen dat Leeuwarden niet
bereid was om mee te werken aan de aanleg van een on gelijkvloerse kruising op de Pypster
buorren, tenzij Menaldumadeel een zeer aanmerkelijk deel van de kosten voor haar rekening
zou nemen. Het verhaal is heel anders. Op een gegeven moment kwam het college van b. en w,
van Menaldumadeel met het verzoek of Leeuwarden zou willen meedenken over een oplossing
betreffende de Pypsterbuorren. Hoewel in het verleden van de kant van Menaldumadeel geen
bezwaar was gemaakt tegen afsluiting van de Pypsterbuorren, bereikten die gemeente signa
len van omwonenden dat afsluiting toch wel vervelend is. Wij hebben naar aanleiding van dat
verzoek aan de subsidiegevers gevraagd hoe de zaak precies zat en of zij bereid waren om
met andere oplossingen te komen. De subsidiegevers hebben gezegd dat de planontwikkeling
klaar is, dat wij verder geen subsidie krijgen en dat daar voldoende over is gepraat. Het
college van b. en w. van Leeuwarden heeft zich alsnog bereid verklaard de helft van de kos
ten van een eventuele aanleg van een tunnel voor rekening van onze gemeente te laten ko
men. Zo is de volgorde. Toen is het gemeentebestuur van Menaldumadeel naar huis gegaan.
Tijdens een besloten vergadering van de raad van Menaldumadeel is hierover beraadslaagd
en toen is gezegd dat men die andere helft van de kosten niet op wilde brengen en dat de
Pypsterbuorren toch afgesloten moest worden. Dat is de echte achtergrond van deze zaak.
Ik vind nog steeds dat het gemeentebestuur van Leeuwarden zich van de gemakkelijkste
kant heeft opgesteld. Het voorstel van b. en w. van Leeuwarden was - de raad had dat na
tuurlijk nog moeten goedkeuren - om de helft van de kosten te betalen van aanleg van een
tunnel in een weg die straks overgaat naar het rijk en dus rijksweg wordt. Ik dacht dat wij
heel soepel hebben gereageerd. Desondanks zijn wij nog steeds bereid om overleg te plegen,
maar ik vermoed dat dat weinig zal opleveren. Ik denk niet dat wij nog soepeler kunnen
zijn, tenzij de raad vindt dat wij de kosten van aanleg van die tunnel maar helemaal voor
onze rekening moeten nemen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
27
Punt 21b (bijlage nr. 323).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Buitengewone aflossing rijksleningen ten behoeve van de
financiering van de woningbouw en financiële medewerking inzake herfinanciering van deze
buitengewone aflossing.
De heer Dubbelboer: De herfinanciering van een aantal leningen tegen een lagere rente
dan in het verleden gangbaar was spreekt onze fractie zeer aan. Wij staan daar positief te
genover. In het verleden hebben wij eens gezegd dat wij als gemeente nogal garant staan
voor een aantal leningen en hebben toen gevraagd wat wij daar verder mee doen. Deze zaak
wordt nu opnieuw actueel. Het gaat om nogal behoorlijke bedragen en een wijziging in de
systematiek. Wij stonden weliswaar garant voor de leningen, maar werden vervolgens totaal
in de rug gedekt door het rijk. In de nieuwe systematiek staan wij als gemeente garant voor
deze leningen tot een bedrag van 120 miljoen gulden. De vraag die opnieuw bij ons opkomt is
de volgende. Zou het toch niet zinvol zijn om nog eens een keer te overwegen deze 120 mil
joen gulden op de markt te verzekeren?
In het besluit staat onder punt III, sub b,: "ten aanzien van de te verlenen garanties
worden Burgemeester en Wethouders gemachtigd met de onder a. genoemde woningcorpora
ties overeenkomsten aan te gaan waarin zodanige voorwaarden en bepalingen worden opge
nomen die in het belang van de gemeente nodig worden geoordeeld;" Onze fractie is be
nieuwd om welke voorwaarden het precies gaat en wil die wel graag horen.
De heer Pruiksma: Onze fractie is het van harte eens met de strekking van het voorstel.
Evenals de heer Dubbelboer heb ik ook een opmerking over de herfinancieringsmiddelen. In
het raadsvoorstel staat dat de onderhandelingen nog worden gevoerd. Wij wachten de resul
taten daarvan met belangstelling af.
De redactie van het besluit roept, los van de opmerking dat het taalkundig onder punt
III, sub b, en punt V, sub a, wat uit de hand is gelopen, toch wat vragen op. Wij begrijpen
best wat de strekking is, maar wij willen expliciet opgemerkt hebben dat de voorwaarden en
bedingen die in het belang van de gemeente nodig worden geoordeeld, voorwaarden en be
dingen zijn die leiden tot een lager rendement op de leningen. Dat staat er niet met zoveel
woorden, maar omdat het om een raambesluit gaat wil ik namens onze fractie opgemerkt heb
ben dat wij althans dat ermee bedoelen. (De Voorzitter: De wethouder begrijpt het niet.) In
het besluit staat onder punt III, sub b,: "ten aanzien van de te verlenen garanties worden
Burgemeester en Wethouders gemachtigd met de onder a. genoemde woningcorporaties over
eenkomsten aan te gaan waarin zodanige voorwaarden en bepalingen worden opgenomen die
in het belang van de gemeente nodig worden geoordeeld;" In het besluit onder punt V, sub
a, staat nog een keer iets dergelijks. Onze fractie leest hetgeen daarin staat als volgt. Bij
de herfinanciering gaat het uitsluitend om leningen met een lager rendement dan het be
staande. Maar dat staat niet in het besluit en ik wil dat graag opgemerkt hebben.
De heer Geerts (weth.)Ik heb in de richting van de heer Pruiksma al ja gezegd, dus
die zaak is rond.
Wat hier aan de hand is is dat er een enorm voordeel bereikt kan worden voor de corpo
raties en het Gemeentelijk Woningbedrijf door rijksleningen om te zetten in leningen op de
kapitaalmarkt. De rente van die leningen is momenteel bijzonder laag. Als wij de leningen
kunnen omzetten dan zullen de rentelasten van de corporaties aanmerkelijk geringer zijn dan
op het ogenblik het geval is. Door de bank genomen kan dat wel 1£% schelen. Momenteel
worden er onderhandelingen gevoerd die met name gaan over de hoogte van de rente. Dat
zijn de voorwaarden waarover wij het hier hebben. De onderhandelingen worden gevoerd
voor de gezamenlijke corporaties en worden gecoördineerd door de gemeente. Wij kunnen
daarmee bereiken dat wij met de geldgevers tot een zo laag mogelijke rente komen.
Dan het risico. Het is inderdaad een feit dat de gemeente op dit moment niet garant
staat voor deze leningen. Voor leningen op de kapitaalmarkt moet dat wel. De facto is de
zaak anders. Tussen het rijk en de gemeente bestaat een rekening-courant overeenkomst.
De te betalen rente van de lening wordt automatisch overgeschreven. De gemeente moet
maar afwachten of de corporaties ook op die rekening-courant zullen storten, want dat zou
welmoeten. De facto komt het er op neer dat de gemeente op dit moment al garant staat. Wat
dat betreft kun je zeggen: formeel is er een wijziging in de regeling, de facto is er geen
wijziging in de regeling. Het risico wordt voor de gemeente feitelijk niet groter, maar wij
kunnen alleen met elkaar bereiken dat de gezamenlijke corporaties aanmerkelijk minder rente
hoeven te betalen. Het voordeel kunnen wij dan gebruiken voor bijvoorbeeld groot onder
houd.
Ik vind dit voorstel een heel goede zaak, omdat dat bijzonder nuttig is voor de volks
huisvesting.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.