20 mening dat dit eigenlijk in taakstellende zin zou moeten worden opgelost, dus intern bij de Dienst Stadsontwikkeling. Ik zou de wethouder dan ook willen verzoeken de mogelijkheden in dezen aan te geven. In tweede instantie kom ik hierop eventueel nog terug. De heer Duijvendak: Ik wil eerst een opmerking maken over de wijze van behandeling van deze bijstelling van de begroting 1985 en met name over de voorbereiding in de commis sie. Wij zijn van mening dat deze voorbereiding niet goed is geweest, in die zin dat het daar waar het gaat over een technische bijstelling van de begroting voor de hand ligt om het al leen te behandelen in de Commissie voor de Financiën, maar dat belangrijke punten die gaan over (extra) uitgaven bij besluiten die niet door de raad gesanctioneerd zijn niet alleen in de Commissie voor de Financiën moeten worden behandeld maar ook in de verschillende com missies op dat specifieke terrein. Vandaar dat na mij de heren Meerdink en Van der Wal zul len spreken, met uw goedkeuring, mijnheer de voorzitter. Ik kan nog wel zeggen dat wij met de punten waarover de zojuist genoemde fractiegenoten niet zullen spreken akkoord kunnen gaan. Mevrouw De Jong: Ik wil ook iets zeggen met betrekking tot het organisatie-onderzoek DSO/BMT en de ijshal. 3. Algemene adviesorganen. Wij hebben voor dit onderzoek een krediet uitgetrokken en daarna een aanvullend kre diet, waarbij duidelijk is gesteld dat de grens is bereikt. Nu wordt er weer een aanvullend krediet gevraagd. Ik ben van mening dat niet alleen de grens is bereikt, maar dat die ook heel duidelijk is overschreden. Ik vind dan ook dat de DSO nu voor het aanvullende bedrag in de eigen begroting ruimte moet zoeken. Ik ben van mening dat een grens duidelijk een grens is. 9. IJshal. Voor de ijshal wordt weer een bedrag van f. 100.000,gevraagd. Ik had de neiging hier tegen te stemmen. Ik ben mij er echter van bewust dat dit eigenlijk onmogelijk is nu het ijs seizoen weer begonnen is. Ik ga dan ook nog akkoord met deze f. 100.000,— maar ik ben wel van mening dat deze zaak op zo kort mogelijke termijn aan de orde moet worden gesteld, waarbij duidelijk moet worden gemaakt hoe de zaken er voor staan. In ieder geval moet de sluiting van de ijshal bespreekbaar worden gemaakt, zodat de situatie straks niet nog meer uit de klauwen gaat lopen. De heer Buurman: Diverse sprekers hebben het al gehad over het onderzoek DSO/BMT, Ik wil er ook nog iets over zeggen. 3. Algemene adviesorganen. Het gaat hierbij om een bedrag van f. 70.000,Ik heb een en ander trouwens ook al aangekaart in de Commissie voor de Financiën. In de vergadering van 20 augustus 1984 heb ik er op gewezen dat het krediet onvoldoende is bewaakt en nu blijkt dat de budgetbewaking opnieuw heeft gefaald. Er zit nu niets anders op dan dat de dienst dit bedrag zelf ophoest. Zo eenvoudig werkt dat! De heer Van der Wal: Ook ik wil iets zeggen over het onderzoek DSO/BMT en over de ijshal. 3. Algemene adviesorganen. Het gaat hierbij om een tweede overschrijding van het krediet. Ik wil er niet veel woor den meer aan vuil maken, maar het is wel een treurige zaak, te meer ook omdat men er ner gens iets over kan vinden in de stukken. Bovendien is een en ander niet in de Commissie voor het Grondbedrijf, die dit onderzoek begeleidt, aan de orde geweest, terwijl ik mij meen te herinneren dat dit als een omissie is erkend bij de vorige kredietoverschrijding. Toen is door wethouder Geerts toegezegd dat dit soort dingen in de Commissie voor het Grondbedrijf zullen worden behandeld. De vraag is waar deze verhoging door is veroorzaakt. Als je de rapporten van de DSO met betrekking tot het organisatie-onderzoek leest, dan zie je dat er legio werkgroepen binnen de DSO - gedeeltelijk zijn ook secretariemedewerkers ingescha keld, maar die schrijven geen tijd, dus dat merk je niet - zijn ingesteld, waaruit de conclu sie kan worden getrokken dat er heel wat interne vergaderuren aan het organisatierapport worden besteed. Waaruit worden die gelden gedekt? Krijgen wij pakweg over een jaar weer een overschrijding van de onderzoekskosten? Wij hebben de vorige keer tegen het beschik baar stellen van het krediet gestemd. Wij vonden toen ook al dat een en ander binnen de taakstelling van de DSO moest worden opgelost en wij blijven die mening toegedaan. 9. IJshal. Niet zo lang geleden is dit punt ook in de beheerscommissie, waarvan ik deel uitmaak, aan de orde gekomen. Toen is unaniem geconstateerd dat het moment dat het goedkoper is 21 de hal te sluiten dan hem open te houden is gepasseerd en dat er nu een beleidskeuze moet worden gemaakt omtrent de vraag of er structureel middelen voor de ijshal beschikbaar moe ten worden gesteld of niet. Een en ander valt echter buiten de taak van de beheerscommis sie, die geen kans ziet het tekort tot acceptabele hoogte terug te brengen. In de laatste zin over dit onderwerp staat te lezen dat b. en w. zich beraden omtrent mogelijke consequenties inzake het te voeren beleid. Er zal mijns inziens een discussie in de raad moeten plaatsvin den over het al dan niet open houden van de ijshal, terwijl er in het geval deze open blijft structureel voldoende middelen voor beschikbaar moeten worden gesteld. Wij doen daarover op dit moment dus nog geen uitspraak. Overigens is het wel zo dat de ijshal dit seizoen niet meer kan worden gesloten, terwijl hij om financieel technische redenen het volgend seizoen eigenlijk ook wel open moet blijven. Over wat er daarna moet gebeuren zal echter binnenkort een beslissing moeten worden genomen. De heer Meerdink: Ik wil kort ingaan op punt 18. FINANCIERING EN ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN (hoofdfunctie 9). 18. Herbezetting in verband met arbeidstijdverkorting (functie 922.03). Het gaat om de besteding van f. 501.000,ten behoeve van de herbezetting. Op 19 au gustus jl. besloot de raad aan de hand van een voorstel een deel van de herbezettingsmidde- len voor 1985 aan te wenden voor de uitvoering van het jeugdwerkplan. Nu wordt in het ka der van het bijstellen van de begroting een voorstel gedaan voor de aanwending van de ex tra herbezettingsmiddelen 1985. Ik vind het jammer dat dit voorstel niet aan de orde is ge weest in de Commissie voor de Werkgelegenheid. Wij moeten dus thans rauwelings over dit voorstel beslissen. Een deel van het geld krijgt onmiddellijk een bestemming. Misschien is het wel een goede bestemming, maar het is niet duidelijk of er nog andere aanwendingsmoge lijkheden bestonden. Graag zou ik daarover iets willen horen. Een groot deel van het geld, te weten f. 221.000,wordt gereserveerd. Te zijner tijd zal de raad nadere voorstellen ont vangen voor welke werkgelegenheidsbevorderende doeleinden dit bedrag kan worden aange wend, zo staat in de raadsbrief te lezen. Het lijkt er door deze formulering op alsof dit nog helemaal open staat. Ik wil er aan herinneren dat in de vergadering van 7 januari jl.bij de vaststelling van de Nota werkgelegenheid, door de wethouder in enigszins bedekte termen is toegezegd om ook voor de uitvoering van het vrouwenwerkplan herbezettingsmiddelen be schikbaar te stellen. Ik heb de wethouder daar vorige week ook al op gewezen. Ik wil het college vragen bij de verdeling van de resterende f. 221.000,met name aan de uitvoering van het vrouwenwerkplan prioriteit te geven. Overigens ben ik er benieuwd naar door welke wethouder dit punt wordt beantwoord, door de wethouder van Financiën of door de specifie ke "vak "-wethouders. De heer Meijerhof: Ook ik wil iets zeggen over punt 3. 3. Algemene adviesorganen. Onze fractie kan het college volgen. Desondanks wil ik zeggen dat overschrijding van het budget - een budget is toch taakstellend - in wezen niet mogelijk moet zijn; de overige sprekers zijn ook over dit punt gevallen. Ik zal enkele overwegingen noemen die er bij onze fractie toe hebben geleid dat wij toch het collegevoorstel willen volgen. Het moment waarop de overschrijding wordt gesignaleerd wordt natuurlijk bepaald door het informatiesysteem dat er is. Wij weten dat er bij de reorganisatie van de DSO wordt gestreefd naar een beter informatiesysteem. Toen het college er achter kwam dat het krediet werd overschreden was men al over het bedrag van f. 450.000,heen. Aan de andere kant is het zo dat het proces ook niet al te veel kan worden vertraagd. Er kan nu eenmaal niet worden gezegd: Jullie hebben nu genoeg gepraat, wij bedenken het verder wel voor jullie. Een derde punt dat ik wil noemen is de inconsequentie dat wel wordt gesproken over punt 3 - de overschrijding van de begroting met f. 70.000,maar dat hetgeen onder punt 2 staat vermeld buiten beschouwing wordt gelaten. Het gaat in dat punt om een taakstelling van f. 194.000,die ook fors is overschreden, zij het in gunstige zin voor de algemene dienst. Zelfs de kosten van buitengewoon verlof van de voormalige directeur Grondbedrijf van f. 28.000,konden uit deze post worden gefinancierd en dan blijft er nog een bedrag over van f. 56.000,Als die twee bedragen bij elkaar worden opgeteld zit men al boven de f 70.000,Als de punten 2 en 3 dus met elkaar in samenhang worden gebracht komt een en ander wel in een ander licht te staan. Een bijkomend punt is dat de DSO tijd schrijft, het geen niet door het gehele gemeentelijke apparaat plaatsvindt. Door deze interne kostenbere kening wordt zo'n dienst dus in feite gestraft. Met de andere in de bijstelling van de begroting 1985 genoemde punten kunnen wij in stemmen

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1985 | | pagina 11