22
ketels nu natuurlijk niet meer up-to-date. Ieder jaar wordt het rendement ietsje hoger en er
wordt nu wat het warmtetarief betreft vanuit gegaan alsof deze wijk dit jaar allemaal nieuwe
ketels had gekregen. Een en ander is naar onze mening niet helemaal reëel. Toch hebben wij
het advies van de Vestin willen volgen in die zin dat wij op basis van het Vestin-tarief be
reid zijn de prijs niet te verhogen maar gelijk te laten. Als wij het Vestin-tarief in zijn vol
ledigheid hadden gevolgd, dan had het warmtetarief 24 cent kunnen worden verlaagd. Ter
wijl de bewoners die niet in Camminghaburen wonen 2 cent per m3 meer moeten betalen leek
ons deze verlaging - de Commissie voor het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf was het daar
mee eens - niet reëel. Dat is de reden waarom wij hebben voorgesteld het bedrag van
f. 25,85 te handhaven. Als de heer Bijkersma zegt dat hij moet vaststellen dat de rest van de
bewoners van deze gemeente opnieuw een bedrag moet ophoesten om een en ander te betalen
dan heeft hij daarin gelijk. Het is echter niet zo dat wij bij een eerstvolgende wijziging in de
aardgasprijs de zojuist genoemde 2 cent en misschien nog een cent van vorig jaar alsnog
doorberekenen. Als er op welk moment dan ook opnieuw een gasprijsverhoging mocht komen,
dan zullen wij opnieuw moeten bezien of die moet worden doorberekend in het stadsverwar
mingstarief. Op dit moment stelt het college voor om op basis van het Vestin-tarief deze
prijs niet te verhogen en een en ander te doen zoals in de raadsbrief is vermeld.
De heer Bijkersma: De wethouder is volstrekt duidelijk geweest toen hij zei dat de rest
van de bewoners van deze gemeente f. 41.000,moet opbrengen om een en ander te betalen,
Dat komt omdat wij destijds deze ongelukkige beslissing - ik druk mij nu heel voorzichtig
uit - hebben genomen. De wethouder is echter niet duidelijk geweest wat de 2 cent verho
ging per januari 1986 betreft. Ik heb in eerste instantie al gezegd dat de bewoners in Cam
minghaburen volgend jaar dus toch nog wel iets boven het hoofd hangt. De wethouder heeft
dat min of meer via een omweg omzeild door te zeggen dat, als er een nieuwe gasprijs wordt
vastgesteld, opnieuw moet worden bekeken of die moet worden doorberekend in het stads
verwarmingstarief. Daar heb ik het echter niet over, ik heb het nu over de 2 cent verho
ging in januari 1986. In het besluit onder c staat dat het tarief wordt herzien bij een veran
dering in de prijs van het aardgas voor kleinverbruikers na 1 januari 1986. Dat betekent
dat de prijsverhoging van nu 2 cent alsnog wordt doorgevoerd. Voor het komende jaar is er
f. 41.000,gereserveerd. Ik zou wel eens willen weten waar nog meer geld vandaan moet
worden gehaald. Als dat er namelijk niet is dan zullen de bewoners van Camminghaburen
alsnog een extra verhoging moeten betalen, een soort "inhaaltarief".
De heer Van der Wal: Het argument van de wethouder om niet tot verlaging van het
warmtetarief over te gaan zal ik niet helemaal als van generlei waarde beoordelen, maar het
is natuurlijk wel zo dat het rendement nooit hoger kan worden dan 100%. Bovendien is het zo
dat aan de bestaande apparatuur verbeteringen kunnen worden aangebracht. Door middel
van een economizer kan men als particulier het rendement van het apparaat waarmee men
stookt ook verhogen. Een en ander zal per geval natuurlijk verschillend zijn, dat hangt ook
van het verbruik af. Toch lijkt het mij niet juist nu voor te stellen het tarief van f. 25,85 te
handhaven, alhoewel de Vestin lager uitkomt. Ik heb hiervoor dan ook een motie gemaakt die
als volgt luidt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 2
december 1985,
behandelende agendapunt 23,
besluit
onder I.c het tarief van f. 25,85 te vervangen door f. 25,61."
De motie is mede-ondertekend door de heer Duijvendak.
De heer Meijerhof: Ik wil mij aansluiten bij de opmerkingen die de wethouder heeft ge
maakt. Een en ander is ook op deze manier in de commissie aan de orde geweest. Toen is wel
enige twijfel uitgesproken omtrent de vraag of het Vestin-advies moet worden gevolgd, met
name omdat dat advies uitgaat van apparatuur die op dit moment zou worden geïnstalleerd en
een hoger rendement zou geven dan de apparatuur die nu in Camminghaburen aanwezig is.
Op basis daarvan zou men dus meer moeten betalen.
De angst van de heer Bijkersma voor die 2 cent per januari 1986 is mij niet helemaal dui
delijk. In de raadsbrief staat namelijk duidelijk dat men, uitgaande van die 2 cent verhoging
per 1 januari 1986, op een bedrag van f. 25,61 uitkomt. Het voorstel is echter niet deze
f. 25,61 te berekenen maar f. 25,85, gemotiveerd zoals door de wethouder naar voren is ge
bracht. Dus met die 2 cent is rekening gehouden. (De heer Bijkersma: Dat is niet zo, want
er staat duidelijk in de raadsbrief dat de verwachte verhoging van de aardgasprijs per 1 ja
nuari 1986 wel doorwerkt aan de inkoopzijde van de stadsverwarming, maar niet aan de ver
koopzijde. Dus met die 2 cent is geen rekening gehouden.) Misschien kan de wethouder een
en ander nog toelichten. Ik lees de raadsbrief zoals ik zojuist naar voren heb gebracht en
zo is een en ander ook in de commissie aan de orde geweest.
23
U zult uit mijn woorden begrijpen dat ik geen behoefte heb aan de motie die op dit punt
door PAL is ingediend.
De heer Visser: Ook een stemverklaring van onze kant. Wij kunnen ons vinden in het
voorstel zoals dat is voorgelegd. Het is overeenkomstig het standpunt zoals dat ook door de
commissie is ingenomen en wij hebben dan ook geen behoefte aan de motie.
Mevrouw De Jong: Ik onderschrijf de woorden van de wethouder. Ik ben van mening dat
de prijs op een juiste manier is opgebouwd. Laten wij wel zijn, de ontwikkelingen in de ap
paratuur worden beslist niet om de paar jaar door de Leeuwarders gevolgd; dat kan financi
eel gezien ook niet. Ik veronderstel dat het percentage Leeuwarders dat een hoge rende
mentsketel heeft helaas niet zo groot zal zijn.
U begrijpt dat ik niet met de motie zal meegaan.
De heer Miedema (weth.): De heer Bijkersma heeft wat zorgen over die 2 cent. Onder c
wordt duidelijk vermeld hoe hoog het bedrag per 1 januari 1986 zal zijn. (De heer Bijkersma:
Daar is die 2 cent niet in berekend, wethouder.) Natuurlijk wel. (De heer Bijkersma: Nee,
wethouder, dat is niet waar, dat staat ook duidelijk in de raadsbrief. Daarin staat dat de
verwachte verhoging van de aardgasprijs per 1 januari 1986 wel doorwerkt aan de inkoopzij
de van de stadsverwarming, maar niet aan de verkoopzijde.) In de besluitvorming staat dat
de variabele vergoeding wordt herzien bij een verandering in de prijs van het aardgas voor
kleinverbruikers na 1 januari 1986. Het gaat dus om verhogingen die na 1 januari 1986
plaatsvinden. Het staat er heel correct en ik denk dat dit een misvatting van de heer Bij
kersma is.
De heer Van der Wal heeft gezegd moeite te hebben met de rendementsberekeningen en
hij vindt dat een bedrag van f. 25,61 moet worden berekend. Ik denk niet dat ik opnieuw
hoef in te gaan op hetgeen ik in eerste instantie heb gezegd. Wat ik nog wel naar voren wil
brengen is het volgende. In de tarieven voor de stadsverwarming is altijd het elektrisch ko
ken als een kostenpost meegerekend. Nu is er de laatste weken een duidelijke verlaging in
de kilowatt prijs voor elektriciteit te constateren, hetgeen voor een volgende vaststelling
van de stadsverwarmingstarieven wel eens erg gunstig zou kunnen zijn.
Ik heb geen enkele behoefte aan de motie die door de heer Van der Wal is ingediend en
ik ontraad die dan ook ten sterkste.
De heer Bijkersma: Ik wil graag een stemverklaring afleggen. Op grond van de door de
wethouder naar voren gebrachte argumenten met betrekking tot het rendement hebben ook
wij geen behoefte aan de motie.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie die door de heer Van der Wal
is ingediend.
De motie van de heren Van der Wal en Duijvendak wordt verworpen met 31 tegen 4 stem
men.
(Voor de motie stemmen de leden van de PAL-fractie
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 24 (bijlage nr. 391).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 25 (bijlage nr. 425).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Vaststellen van de Nota drugsbeleid.
De heer Burg: Hoewel de Nota Drugsbeleid een ontwerp-nota is, waarover de komende
maanden nog tot in details zal worden gediscussieerd door ons en alle belanghebbende in
stanties, en vooralsnog voorlopig zal worden aangenomen is het jammer dat de tijd van be
studering en voorlopige bespreking - het heeft vijf jaar geduurd voordat de nota is ver
schenen - zo kort is geweest. Ik vind het dan ook niet verstandig er in dit stadium al uitge
breid op in te gaan. Er wordt terecht geschreven over het vaststellen van de hoofdzaken.
Een aantal van deze hoofdzaken wil ik nu alvast even noemen.
Ten eerste wil ik de samenstellers van de nota complimenteren voor deze ook voor een
leek zo duidelijk leesbare en goede ontwerp-nota. Met name door het uitgebreide voorberei
dende werk van het Project Drugshulpverlening en -Preventie (PDP) en door de ingestelde
stuurgroep konden deze voor ons veelal ondoorzichtige zaken op een rijtje worden gezet.
Het betreft hier een problematiek, waarbij het goed is dat de gemeente ondanks alle studies