32
voeren gemeentelijk beleid ook aandacht bestaat voor de verbete
ring van het maatschappelijk en lichamelijk functioneren van de
problematische harddrugsgebruiker ster
besluit
aan de lijst van beleidsuitgangspunten en doelstellingen toe te voe
gen dat het gemeentelijk drugsbeleid (ook) gericht is op het verbe
teren van het maatschappelijk en lichamelijk functioneren van pro
blematisch verslaafden."
De motie is mede-ondertekend door mijn fractiegenoot, de heer Meerdink.
Mijn tweede opmerking gaat over de aanhaking bij het CAD. Ik lees in de raadsbrief op
bladzijde 2 dat er overleg moet komen tussen de basisvoorziening en het CAD. Daarna staat
er letterlijk: zodat zij binnen een aangegeven kader op zo kort mogelijke termijn kun
nen beginnen aan het nader uitwerken van de randvoorwaarden. Mijn vraag aan de wet
houder is wat het kader is dat wij hier vanavond met elkaar vaststellen. Is dat alleen maar
het feit dat er een of andere vorm van organisatorische onderbrenging van de basisvoorzie
ning bij het CAD komt of leggen wij vanavond met elkaar vast dat de eindverantwoordelijk
heid van alles bij het CAD-bestuur komt te liggen? Tegen het laatste wil ik uitdrukkelijk be
zwaar aantekenen. Ik vind namelijk dat dat iets moet zijn wat duidelijk moet worden in het
overleg tussen de verschillende instellingen. Ik ben dan ook tegen hetgeen hierover op
bladzijde 61 van de nota wordt vastgelegd. Ik vind het wat dat betreft dan ook niet zo raar
dat de raad voorstellen doet tot het schrappen van stukken tekst, want het gaat tenslotte
om voorstellen die hier aan ons zijn voorgelegd. Als de wethouder echter kan toezeggen dat
het er alleen maar om gaat dat in het overleg wordt bekeken op wat voor manier de organi
satorische onderbrenging kan plaatsvinden, waarbij de identiteit van de basisvoorziening is
verzekerd, dan wil ik daarover nu geen motie indienen.
De heer Heere (weth.)De vraag van de heer Jansma zal naar ik aanneem door de voor
zitter worden beantwoord.
Met betrekking tot de aanhaking bij het CAD heeft de heer Duijvendak goed geformu
leerd wat onze doelstelling is, namelijk dat wij het CAD en alle anderen de gelegenheid ge
ven om nu eens te zeggen wat zij er van vinden en voorwaarden met elkaar te formuleren.
Ik heb het vertrouwen uitgesproken dat men daar ook wel uit komt. Dit betekent dat de
hierop betrekking hebbende letterlijke formulering inderdaad op deze genuanceerde wijze
mag worden gelezen.
Ik heb wel problemen met de motie. In de eerste plaats omdat het lezen van de motie en
het precies doorgronden van de betekenis er van op zo korte termijn in schrille tegenstel
ling staat met het feit dat vijf jaar werd gedaan over het vaststellen van het beleid. Boven
dien vind ik de formulering van de overwegingen niet zo zorgvuldig. Er staat: de in
de ontwerp-Nota drugsbeleid geformuleerde doelstellingen een eenzijdig accent leggen op de
onaanvaardbaarheid van harddrugs" - dat is niet zo - "en de ongewenstheid van problema
tisch harddruggebruikDat laatste is ook niet zo. In de nota staat namelijk dat harddrugs
verslaving ongewenst is. Dat is nogal een verschil. Wij hebben dat ook niet per ongeluk zo
geformuleerd en als daaronder dan vooral "problematisch gebruik" moet worden verstaan,
zoals door de heer Duijvendak en ook door mevrouw Vlietstra is gezegd, dan kom je mijns
inziens toch in andere formuleringen terecht. Ik heb al tot uitdrukking gebracht - de heer
Duijvendak heeft terecht geconstateerd dat dit in het verslag van deze vergadering ook zal
worden vastgelegd - dat er naast de wens tot terugdringing van verslaving ook aandacht is
voor "het stabiliseren van de toestand van de gebruiker". Ik zie dan ook eigenlijk niet goed
wat de motie nog toevoegt aan datgene wat er al staat. Dit constaterende is de formule in
deze raad dat de motie overbodig is.
De Voorzitter: Ik wil de heer Jansma zeggen dat ik graag bereid ben de niet van de
Commissie voor Openbare Orde deel uitmakende leden van de Commissie voor Volksgezond
heid en Maatschappelijke Dienstverlening uit te nodigen wanneer dit punt in eerstgenoemde
commissie aan de orde komt.
Mevrouw Vlietstra: Ik vind de motie ook overbodig. De wethouder heeft heel duidelijk
aangegeven wat de intentie is van de uitgangspunten. Misschien is een en ander niet hele
maal duidelijk en systematisch weergegeven en kan daaraan bij de definitieve nota nog extra
aandacht worden gegeven. Wij zullen de motie dus niet steunen.
De hear Jansma: Ek wy sille de moasje net stypje, al wie it allinnich mar om't it hjir om
in üntwerp-nota giet dêr't mear dingen yn steane dêr't men oer fan miening ferskille kin.
Wy wolle graach earst de ynspraak öfwachtsje en dan ta in definitive ütspraak komme.
33
De heer Burg: De wethouder had al moeite met de snelheid van de motie, maar wij heb
ben hem nog niet eens onder ogen gehad.
Omdat de nota voorlopig wordt vastgesteld en zowel alle in's en out's als de op- en aan
merkingen van de heer Duijvendak daarin nog kunnen worden betrokken, hebben wij ook
geen behoefte aan de motie.
Mevrouw De Jong: Ook ik heb geen behoefte aan de motie. De wethouder heeft een dui
delijke uiteenzetting gegeven. De motie vind ik overbodig en voorbarig, gezien het voorlopi
ge karakter van de nota en de inspraakronde die nog moet komen.
De heer Duijvendak: Ik begin mij af te vragen waarom de nota nu wordt besproken. Als
eerst moet worden afgewacht wat er uit de inspraakronde komt, dan kan de nota nu net zo
goed niet worden besproken. Als van iedere aanvulling op de uitgangspunten bijvoorbeeld
wordt gezegd dat eerst de inspraak moet worden afgewacht, dan vind ik dat eerlijk gezegd
een tamelijk onbegrijpelijk argument.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie.
De motie van de heren Duijvendak en Meerdink wordt verworpen met 31 tegen 4 stem
men.
(Voor de motie stemmen de leden van de PAL-fractie.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de
door het college gedane toezeggingen.
De Voorzitter: Ik stel voor een heel korte pauze te houden. Na de pauze stel ik eerst
aan de orde de punten 32 en 41, want die moeten beslist vanavond worden afgehandeld.
Daarna kijken wij wel hoe ver wij komen.
De Voorzitter schorst, om 23.00 uur, de vergadering voor de tweede pauze.
De Voorzitter heropent, om 23.10 uur, de vergadering.
De heren Dubbelboer, Jansma en Niemeijer hebben inmiddels de vergadering verlaten.
De Voorzitter: Ik heropen de vergadering. Met uw goedvinden wil ik eerst agendapunt
32 aan de orde stellen. Daarna zou ik ook graag agendapunt 40 willen behandelen, want het
betreffende besluit moet namelijk worden goedgekeurd. Vervolgens komt agendapunt 41 aan
de orde.
Punten 32 en 40 (bijlagen nrs. 420 en 421).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 41 (bijlage nr. 418).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijziging diverse belastingverordeningen op de heffing en
invordering van belastingen en retributies.
De heer Duijvendak: Ik wil een paar korte opmerkingen maken en één vraag stellen met
betrekking tot deze raadsbrief.
Bladzijde 2, punt d. Legesverordening. Wij zijn het niet eens met het feit dat er geen
verhoging komt van de leges voor kansspel- en behendigheidsautomaten. Ook vinden wij dat
b. en w. niet voldoende beargumenteren waarom het maximumtarief voor de hinderwetleges
niet verhoogd dient te worden, vooral niet als je dat ziet in relatie tot hetgeen gesteld is op
bladzijde 3, punt h. Heffingen Dienst voor Reiniging en Brandweer waar de afvalstoffenhef
fing wel omhoog gaat. Waarom worden de bedrijven ontzien en de burgers zwaarder belast?
Ik heb nog een vraag over hetgeen gesteld wordt op bladzijde 4 over bedrijfscontainers.
Het college zegt dat het bij nader inzien toch gemeend heeft dat het kostenvoordeel in het
tarief tot uitdrukking gebracht zal moeten worden, hetgeen de gemeente dan een nadelig be
drag van f. 25.000,oplevert. Is dat in deze tijd, waarin wij werkelijk op alle centen zitten
te letten, wel een juiste beslissing?
De heer Kessler (weth.): De heer Duijvendak heeft gevraagd waarom de leges voor de
kansspel- en behendigheidsautomaten en de hinderwetleges niet zijn verhoogd. Een en ander
heeft te maken met het feit dat deze leges een aantal maanden geleden zijn verhoogd. Op
grond daarvan heeft het college gezegd dat wij deze leges het komende jaar niet weer verho-