4
Sub C, D en E.
De notitie en de brieven worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub F t.e.m. I.
De verzoeken en de brieven worden in handen gesteld van b. en w. om preadvies.
Sub J.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Sub K en L.
De beroepschriften zijn in handen gesteld van de Raadsadviescommissie voor de Beroep
en Bezwaarschriften om advies.
Sub M en N.
Besloten wordt overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 4a (bijlage nr. 392).
Benoeming leden van het bestuur van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden.
Voordracht van het bestuur van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden:
1. de heer J.B.F. Bary;
2. de heer Y.J. Engelsma;
3. de heer H.M. Hettinga.
Benoemd worden de voorgedragenen met algemene stemmen.
Punt 4b (bijlage nr. 393).
Benoeming lid Commissie Emancipatie-aangelegenheden.
Voordracht van de Leeuwarder Vrouwenraad Tot Opbouw:
- mevrouw F. Zwart-Koopmans.
Benoemd wordt de voorgedragene met algemene stemmen.
Punt 4c (bijlage nr. 416).
Benoeming in diverse commissies en in de raad van de Regio Friesland-Noord.
Aanbeveling van burgemeester en wethouders:
1. lid Commissie voor Regio-aangelegenheden:
de heer E.M. Janssen.
2. lid Commissie voor het Onderwijs:
de heer E.M. Janssen.
3. lid Commissie Volksgezondheid en Maatschappelijke Dienstverlening:
de heer E.M. Janssen.
4. lid Commissie voor Welzijnsaangelegenheden:
de heer E.M. Janssen.
5. lid Bestuurscommissie van het Gemeentelijk Studiefonds:
de heer E.M. Janssen.
6. lid Bestuurscommissie van de Schooladviesdienst:
de heer E.M. Janssen.
7. afvaardiging naar de raad van de Regio Friesland-Noord:
de heer E.M. Janssen.
Benoemd wordt de aanbevolene met algemene stemmen.
Mevrouw Jongedijk-Welles en de heer Dubbelboer vormden met de voorzitter het stembu
reau.
De Voorzitter: Er is bericht van verhindering wegens ziekte van mevrouw Branden
burg-Sjoerdsma en de heer Buurman.
5
Punt 5 (bijlage nr. 397).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Aankoop van het perceel met opstallen Familie van der
Weijstraat 57.
Mevrouw Visscher-BouwerVoor ons ligt het voorstel tot aankoop van de woning Familie
van der Weijstraat 57. Als men de raadsbrief goed leest dan blijkt dat het doel van deze
aankoop is de afbraak van de woning en van de twee daarnaast gelegen in ons bezit zijnde
woningen. Het gaat nu niet meer om 135 woningen maar om, zoals uit de raadsbrief blijkt,
145 woningen. Ik neem aan dat deze uitbreiding zal plaatsvinden op het terrein waar nu nog
bedoelde drie woningen staan. Er heeft kennelijk een planwijziging plaatsgevonden, waarbij
het aantal nieuw te bouwen woningen zal worden uitgebreid ten koste van deze drie wonin
gen. In feite wordt dus voorgesteld om drie goedkope woningen af te breken in ruil voor
tien nieuwe, dure woningen waar wij geen enkele behoefte aan hebben.
Toen het oorspronkelijke plan van 135 woningen in de Commissie voor de Ruimtelijke Or
dening aan de orde was, is duidelijk gesteld dat men de bewuste drie woningen wilde hand
haven. Men vond de plaats waar de woningen staan een aantrekkelijk punt, terwijl de wo
ningen ook iets laten zien van de oorspronkelijke situatie. Noodzaak tot afbraak van deze
woningen is niet in de commissie aan de orde geweest. Tijdens de behandeling van dit
raadsvoorstel in de Commissie voor het Grondbedrijf bleek dat de planwijziging niet in de
Commissie voor de Ruimtelijke Ordening aan de orde is geweest. Er schijnt de afgelopen
week wel een rondschrijven over deze kwestie te zijn verstuurd; een werkelijk overleg hier
over is echter nauwelijks meer mogelijk.
Een meerderheid van onze fractie vindt dat wij moeten vasthouden aan het oorspronke
lijke plan van 135 woningen en dat de drie bewuste woningen niet moeten worden afgebro
ken. Wij stellen daarom voor, indien de raad vanavond besluit tot handhaving van de drie
woningen, om de bewoners, met wie reeds is onderhandeld, de keus te laten tussen verhui
zen of huren of kopen van hun woning. Wij doen onzes inziens daarmee niemand onrecht aan.
Ik wil ter verduidelijking nog even zeggen dat wij wel voor de aankoop van de woning
Familie van der Weijstraat 57 zijn. De plannen dienaangaande zijn namelijk in een te ver sta
dium om alsnog te worden gewijzigd. Er kan met de mensen worden gepraat en hun de keuze
worden gelaten tussen blijven of verhuizen. Wij kunnen de woningen altijd nog verkopen.
Waar het ons om gaat is dat afbraak van de drie woningen moet worden voorkomen. Ik heb
de volgende motie gemaakt.
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 2
december 1985,
besluit, gezien het oorspronkelijke uitgangspunt van het bouwplan
van St. Joseph op het terrein Kingma/Timmermans de drie vooroor
logse woningen aan de Familie van der Weijstraat te laten staan, de
ze woningen thans niet af te breken en vast te houden aan het aan
tal nieuw te bouwen woningen van 135, zoals in het oorspronkelijke
plan is vastgesteld."
De motie is mede-ondertekend door de heer Meijerhof. (De Voorzitter: De motie is voldoende
ondersteund en maakt deel uit van de beraadslagingen.)
De heer Van der Wal: Wij ondersteunen het betoog van mevrouw Visscher en ook haar
motie. Er schijnt een brief te zijn gestuurd naar de leden van de Commissie voor de Ruimte
lijke Ordening, maar die heeft mij om de een of andere reden niet bereikt. Ik heb daarop
dus ook niet kunnen reageren. Ik heb begrepen dat het bewuste plan de volgende keer in
de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening aan de orde komt. Wij worden nu geconfronteerd
met voorliggend voorstel. Wij zullen voor de motie van mevrouw Visscher stemmen.
De heer Pruiksma: Voordat onze fractie een reactie geeft op de motie van de PvdA,
wachten wij graag eerst de reactie af van de wethouder. Wij zijn wel benieuwd naar de even
tuele financiële consequenties van het gevolg geven aan de motie en de eventueel bestem-
mmgsplanmatige aspecten. 135 nieuwe woningen zouden dan als het ware rond drie bestaan
de woningen worden gebouwd.
Mevrouw De Jong: Bedoeld schrijven heeft mij wel bereikt, maar ik heb niet gereageerd.
Ik heb mij namelijk niet gerealiseerd dat het daarbij ging om deze drie woningen, ten aan
zien waarvan wij uitdrukkelijk hebben besloten dat die zouden blijven staan. Eerlijk gezegd
kad ik niet in de gaten dat hetgeen schriftelijk aan de leden van de Commissie voor de
Ruimtelijke Ordening is voorgelegd een volledige planafwijking was. Na de uiteenzetting van
mevrouw Visscher en naar aanleiding van hetgeen ik inmiddels zelf heb uitgezocht, zal ik de
mgediende motie van harte ondersteunen.
Ik wil het college vragen om, als het weer dergelijke plannen heeft, die niet door middel