36
Binnenkort komt er een nieuwe Wet personenvervoer, die inhoudt dat gemeenten die hun
openbaar vervoer uitbesteden aan openbaar vervoermaatschappijenzoals Leeuwarden aan
de FRAM, een eigen budget krijgen, waarmee zij maar moeten zien rond te komen. Hoe stelt
Leeuwarden zich dit voor? Het is van belang dat het huidige voorzieningenniveau van het
openbaar vervoer minstens gehandhaafd blijft.
11.4 Onderwijs.
Het college wijst terecht op het feit dat onder meer het personeel van de op pagina 11-20 ge
noemde scholen onder zware werkdruk staat en ook in de komende periode zal staan, als ge
volg van te laat vastgestelde uitvoeringsmaatregelen en -voorschriften. In dit verband lijkt
het mij dienstig te wijzen op een conclusie waartoe de socioloog drs. A.J.H. van Ginkel,
verbonden aan de Erasmusuniversiteit te Rotterdam, dezer dagen kwam. Ruim 1 op de 3 leer
krachten in het voortgezet onderwijs voelt zich niet langer geschikt als leraar. Door de hou
ding van en de omgang met de leerlingen zijn zij zo teleurgesteld, afgeknapt of uitgeblust,
dat zij cynisch en onpersoonlijk worden in hun optreden en emotioneel uitgeput raken. Het
afknappen van de leraren wordt vooral veroorzaakt door de confrontatie met de leerlingen in
de klas. Wij zien hierin weer een verontrustend bewijs dat het fout gaat wanneer ouders het
erbij laten zitten, niet leiden en begeleiden, te weinig omzien naar hun kinderen en geen
ouderlijk gezag meer uitoefenen, een gezag dat de kinderen broodnodig hebben. Dan blijft
het dweilen door de onderwijskrachten, terwijl de kraan bij de ouders open blijft staan.
Ouders, maatschappelijke krachten en politieke groeperingen oefenen een funeste invloed
uit op kinderen door onafgebroken te volharden in een intolerante protesthouding. Dat gaat
kinderen niet voorbij. Kinderen zien scherp. Het gaat mij ook te ver dat kinderen gebruikt
worden voor demonstratiedoeleinden.
In het beleidsplan ontbreekt elk spoor van bezorgdheid over de gevolgen van de proce
dure met betrekking tot de Herstructurering en Fusie in het Voortgezet Onderwijs (de Hefvo-
procedure). En dat terwijl, wanneer het wetsvoorstel door de Tweede Kamer wordt aanvaard,
in geheel Friesland in 1991 40% van alle scholen voor voortgezet onderwijs zullen verdwijnen.
Voor de steden Leeuwarden, Heerenveen, Drachten en Sneek geldt een percentage van 24.
Alle reden om bezorgd te zijn over de overlevingskansen van dit onderwijs. Wij hebben be
grepen dat de VNG heeft berust in de 45-norm en daarmee teruggekomen is op het standpunt
zoals verwoord is in de motie van de gemeenteraad op 28 januari jl. Wij hebben aan een en
ander vorm gegeven in de volgende motie
Motie VI
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op
16 december 1985
kennis genomen hebbende van het wetsvoorstel van de minister van
Onderwijs om in het kader van de Hefvo de opheffingsnormen van
scholen voor Voortgezet Onderwijs te verhogen tot 45 en na 1991 tot 60,
overwegende dat
- de gemeenteraad zijn verontrusting over de verhoging van de
opheffingsnormen heeft geuit in een motie van 28 januari 1985;
- als gevolg van de voorgenomen verhoging na 1991 bijna de helft
van alle scholen voor Voortgezet Onderwijs in Friesland zal worden
gefuseerd, herschikt dan wel opgeheven;
- onder meer de VNG zich tegen bovenstaande normen heeft uit
gesproken in de resolutie van de Onderwijsmanifestatie van
30 maart 1985 te Leeuwarden;
- tot dusver niet is aangetoond dat een opheffingsnorm van 45 of
60 onderwijskundig noodzakelijk is (zie rapport Provinciale
Onderwijsraad (POR) november 1985);
- vernomen is dat de VNG thans akkoord is gegaan met een hogere
opheffingsnorm zonder dat hiervoor onderwijskundige gronden
voorhanden zijn (zie schrijven Beried Fuortset Underwiis Fryslan
dd 28 november 1985),
spreekt zijn verontrusting uit over het feit dat de VNG haar oude uit
gangspunt heeft verlaten, besluit de VNG te verzoeken terug te keren
naar haar eerder ingenomen standpunt in dezen en alle mogelijke invloed
uit te oefenen bij de regering en de volksvertegenwoordiging om tot
dusdanige normen te komen dat de aantasting van het Voortgezet
Onderwijs in Friesland tot een uiterste beperkt blijft."
De motie is mede ondertekend door mevrouw De Jong en de heren De Beer en Sijbesma.
(De heer Niemeijer: Ik vind de motie wel wat protesterig.Er zit in ieder geval geen agitatie m.
11.510.03 Emancipatie-activiteiten.
Zo lang mijn fractie in de raad is vertegenwoordigd heeft zijop een eenzaam niveaude
strijd aangebonden tegen de emancipatiegedachte zoals deze in de overheidssfeer wordt aan
gehangen. Heeft overigens emancipatie in deze vorm wel een zo breed maatschappelijk draag
vlak als wordt verondersteld? Statistieken wijzen niet in deze richting. Wat dat betreft spijt
het mij dat ik bij de behandeling van de emancipatienota door ziekte verhinderd was. Ik had
graag mijn bijdrage geleverd. Een ritseling van verzet is gekomen van de enige CDA-ster in
ons midden. Het zal u niet verwonderen dat ik haar bewonder - verder zal ik niet gaan -
om haar moed in politiek opzicht.
Het is waardevol bij één doelstelling stil te staannamelijk het doorbreken van de beeld
vorming in termen van het mannelijk en vrouwelijk zijn. Het is met name dit beleidsonderdeel
waaruit het dwingende karakter van het emancipatiebeleid duidelijk wordt. De maatschappe
lijke instituties moeten volgens de emancipatiegedachte worden ingedamd. De overheid is
daarbij, wat haar taak betreft, ver van huis. Dat wordt duidelijk als wij zien welke terreinen
worden betreden waar die beeldvorming ontstaat, namelijk het gezin, het onderwijs, de
kerken, levensbeschouwelijke instellingen, dé media, de taal, de wetenschappen en de kun
sten. Dit is dus vrijwel het hele terrein van het maatschappelijk leven. Op al deze terreinen
zou de overheid de beeldvorming moeten gaan veranderen. De gelijkheidsidee wordt de hele
vrije samenleving opgedrongen. Men wordt gedwongen gelijk te zijn. Als het met zachte
aandrang niet lukt door wet- en regelgeving te baseren op de emancipatiegedachte, dan
moet het maar met harde maatregelen als het rechtstreeks beïnvloeden van de ideeënwereld
van de burgers. Om met Von Goethe's Erlkönig te spreken: "Und bist du nicht willig, so
brauch' ich Gewalt". Er wordt naar gestreefd dat veranderende maatschappelijke opvattingen
tot uitdrukking zullen komen in onderwijsleerplannen, schoolwerkplannen, leermiddelen,
toetsen en examens en dat leerkrachten en leerlingbegeleiders zich bewust worden van deze
veranderingen. Daaraan wordt toegevoegd dat dit alles zal geschieden met inachtneming van
de terughoudende taak van de overheid met betrekking tot de inhoud van het onderwijs.
Dat zal waar wezen, maar wie eerst zulke ambitieuze plannen heeft ontvouwd, heeft per defi
nitie alle terughoudendheid al laten varen.
11.530. 07 Ijshal.
Bij het behandelen van het beleidsplan 1987-1991 zal de toekomst van de ijshal aan de orde
komen. Hierop anticiperend spreken wij uit dat, wanneer het duidelijk is dat de variabele
kosten niet gedekt kunnen worden door de opbrengsten, met andere woorden, wanneer de
verliezen niet binnen aanvaardbare grenzen blijven, de raad geen ander besluit zal kunnen
nemen, gezien het feit dat de vraag niet voldoende is, dan de ijshal te sluiten. Er dient een
duidelijke grens te zijn en wanneer deze constant wordt overschreden houdt alles opAan de
hal zal dan een andere bestemming moeten worden gegeven.
11.530.09 Subsidiëring beroepsvoetbal.
De bewoordingen in het beleidsplan ten aanzien van de subsidiëring van beroepsvoetbal heeft
duidelijke trekken van een Januskop (een hoofd dus met een dubbel aangezicht), met andere
woorden, de raad kan er alle kanten mee op: vooralsnog neen, wellicht ja. Of, om in voetbal
termen te blijven: de wedstrijd wordt beëindigd, maar ja, als wij zo om ons heen kijken zou
den we ook wel een voorzet kunnen geven. Dan kan de raad alsnog scoren. Nu, dit is ook
gebeurd. Zie punt 1-c van de agenda. Mijn fractie houdt vast aan de oorspronkelijke opzet
om de directe subsidie gefaseerd af te bouwen. Wij zien meer in de bevordering van de spor
tieve recreatie en de amateuristische sport. Sportclub Cambuur zal met het veranderend
getij de bakens moeten verzetten.
11.550.00 Parken en plantsoenen milieuvriendelijk groenbeheer.
De laatste tijd komt het alternatief groenbeheer nogal in de belangstelling te staan. In de
pers en door milieugroepen wordt veel aandacht besteed aan deze zaak. Ook heeft de minister
onlangs op enkele chemische onkruidbestrijdingsmiddelen een gebruiksverbod gelegd. Steeds
meer wordt de mens geconfronteerd met de schadelijke effecten op het milieu, zowel bij de
fabricage als bij het gebruik. Ik moet zeggen dat het gebruik van onkruidbestrijdingsmidde
len ons niet om het even is. Waar mogelijk willen wij zuinig en verantwoord met Gods schep
ping omgaan. Ook de gezondheid van hoveniers is in het geding en moet ons ter harte gaan.
Het lijkt ons dan ook een goede zaak dat onze gemeente kennis neemt van deelnota 2 van
november 1984, met de titel "Om it grien" van Boarnsterhimeen nota waarin de mogelijk
heden zijn opgenomen om te komen tot het toepassen van niet-chemische methoden. Ook de
gemeente Sneek is hiermee bezig. Uiteraard zal binnen een bepaald financieel kader moeten
