118
raadsperiode te behandelen. Op 21 april wordt de laatste vergadering gehouden waarop de
raad in de huidige samenstelling bijeen komt en dan zou dus een besluit kunnen worden ge
nomen over de subsidiëring van Cambuur over een reeks van jaren, want dat zou een struc
turele oplossing betekenen. Als wij vinden dat er niet moet worden gesubsidieerd, dan heeft
het ook weinig zin deze f. 250.000,beschikbaar te stellen, want dat is dan weggegooid
geld.
Kortomop twee vragen wil ik graag een antwoord hebben voordat ik verder reageer.
Hoe kijkt het college aan tegen het verstrekken van een garantie en hoe kijkt het aan tegen
de suggestie om voordat de periode van het sluiten van contracten enzovoort aanbreekt aan
de raad voor te stellen om een structureel subsidie, lopende over meerdere jaren, beschik
baar te stellen, zodat Cambuur op een iets langere termijn weet waar men aan toe is?
Mevrouw De Jong: Mijn partij is heel duidelijk geweest over de subsidie van Cambuur.
Ik heb zelfs een jaar of vier geleden een motie ingediend om de subsidie in deze beleidspe
riode af te bouwen. Daar kan dus geen twijfel over bestaan. Het is nu zo dat er voor het
seizoen 1986/1987 nog een bedrag van f. 87.000,beschikbaar is. Voorgesteld wordt nu een
eenmalig exploitatiesubsidie van f. 250.000,beschikbaar te stellen. Uit de gegevens die het
college heeft ingewonnen bij de KNVB blijkt dat de subsidie die de 18 clubs in de eerste di
visie ontvingen ligt tussen de f. 5.000,en f. 367.000,Het gemiddelde subsidiebedrag was
rond f. 120.000,Cambuur vindt dat er een gemeentelijk subsidie benodigd is van rond
f. 350.000,per jaar. Ik wil heel duidelijk stellen dat ik een discussie over het al dan niet
subsidiëren van Cambuur in de komende periode niet afwijs. Waar ik echter de grootste
moeite mee heb en waar ik ook tegen zal stemmen is het eenmalige karakter van dit voorstel.
Ik krijg gewoon het gevoel dat een en ander door dit voorstel over de verkiezingen heen
wordt getild en dat dan wel wordt bekeken wat er verder moet gebeuren. Ik vind dat niet
reëel. Als wij vinden dat de subsidie voor Cambuur voor de komende tijd aan de orde moet
worden gesteld, dan ben ik van mening dat dat ook moet worden afgezet tegen andere ge
subsidieerde clubs en dat er gewoon een keuze moet worden gemaakt. Ik ben dus tegen het
voorstel dat nu voor ons ligt. Nogmaals, ik sta er in principe niet afwijzend tegenover een
en ander nog eens aan de orde te stellen, maar dan moet daarbij wel worden betrokken wat
wij wel en niet willen en ten koste waarvan het gaat.
De Voorzitter: Ik ben vergeten het te zeggen, maar u zult wel hebben begrepen dat de
op uw tafel liggende stukken mee in de beschouwingen kunnen worden betrokken.
De heer De Beer: Op bladzijde 2 van de raadsbrief staat in de laatste alinea dat, gelet
op de beschikbare tijd, de Commissies voor Sport en Recreatie en Financiën niet meer kon
den worden gehoord. Dat is een trieste constatering, want het college was natuurlijk al lang
op de hoogte van de problemen die zouden ontstaan bij een totale afbouw van de subsidie.
Ik verwijs wat dat betreft naar de brief van 9 april 1985 en naar de uitspraken van de ver
gaderingen in 1982. Waarom heeft het college dit probleem niet eerder onder ogen gezien?
Wanneer dit wel was gebeurd, dan zouden wij nu niet met zo'n gekunsteld voorstel zijn ge
confronteerd. Dan zouden wij nu een structureel subsidie kunnen verlenen en in staat zijn
de dekking aan te geven. De situatie is duidelijk. Met dit voorstel kan het stichtingsbestuur
niet uit de voeten en onze fractie evenmin. Namens de VVD-fractie zou ik willen voorstellen
zo spoedig mogelijk in de commissies die daarvoor geëigend zijn - de Commissie voor Sport
en Recreatie en de Commissie voor de Financiën - met een voorstel te komen om een meerja
rig subsidie voor de Stichting Sportclub Cambuur beschikbaar te stellen. Uit de cijfers is
wel duidelijk dat het nu voorgestelde bedrag van f. 250.000,de minimale subsidie is voor
deze vorm van passieve recreatie. Het is bijna ondenkbaar dat er gegevens los zouden kunnen
komen waardoor dit bedrag lager zou worden. Omdat wij het stichtingsbestuur niet langer in
het onzekere kunnen laten en ook gezien de opmerkingen die de heer Meijerhof heeft ge
maakt in verband met contractbesprekingen zowel met spelers als met trainers is ons voor
stel om zo spoedig mogelijk met een voorstel te komen - het zou reeds in de eerstvolgende
vergadering van de Commissie voor Sport en Recreatie op 9 januari kunnen worden behan
deld - voor een meerjarig subsidie, waarbij dan tevens kan worden gesproken over de even
tuele dekking van het bedrag.
De heer Meerdink: Bij de behandeling van het beleidsplan 1983-1987 heeft onze fractie
bij monde van Piet van der Wal het standpunt ingenomen dat de exploitatiesubsidie van
f. 356.000,per jaar gehandhaafd diende te worden gedurende deze beleidsperiode, zo lang
er voor Sportclub Cambuur geen alternatieve inkomstenbron voor handen was. De meerder
heid van de raad had een ander standpunt en besloot tot afbouw van de subsidie. Nu,
jaar later, blijkt dat het voor Sportclub Cambuur moeilijk is een sluitende begroting te ma
ken. Er zijn wellicht andere mogelijkheden om de inkomsten te vergroten, waarbij kan wor
den gedacht aan het verhogen van de toegangsprijzen, maar dat kan leiden tot een daling
van het bezoekersaantal, gezien de financiële positie van heel veel bezoekers. Ook kan wor
119
den gedacht aan het afstoten van een paar full-profs - of de full-profs, want zoveel zijn er
niet - of aan het minder betalen van de semi-profs, maar dat kan weer leiden tot een daling
van het prestatieniveau. Meer sponsoring zou wenselijk zijn, maar dat is tot nu toe niet mo
gelijk gebleken.
Als raad staan wij voor de vraag of wij wel of niet betaald voetbal in Leeuwarden willen.
Wat is betaald voetbal deze raad waard? Er van uitgaande dat Sportclub Cambuur zo lang
men in de eerste divisie voetbalt geen grotere sponsors zal kunnen vindenis de vraag aan
de raad of hij een zodanig financiële bijdrage aan Cambuur wil leveren dat men in de compe
titie een rol van betekenis kan spelen. De wethouder merkte tijdens de afdelingsvergadering
op dat wellicht het eerste divisieniveau ook bevredigend is. Dat kan inderdaad het geval
zijn, maar dan vergeet de wethouder onzes inziens het karakter van voetbal in competitie
verband. Het gaat er daarbij om de beste te zijn, ook en juist bij betaald voetbal. Onze
fractie meent daarom dat, wanneer de raad betaald voetbal in Leeuwarden belangrijk vindt,
ook naar de mogelijkheden moet worden gezocht om dit binnen zekere grenzen mogelijk te
maken. Natuurlijk zou het een goede zaak zijn wanneer Cambuur een grote sponsor vond.
Tot nu toe is dat niet gelukt, maar misschien lukt het wanneer Cambuur in de ere-divisie
voetbalt. Er is ooit een vijfjarenplan geweest, dat het helaas niet heeft gehaald. Of heeft
het college aanwijzingen dat er een grote sponsor aan zit te komen, want dat zou natuurlijk
ook kunnen? Onze fractie gaat er vanuit dat ook het college het betaald voetbal in Leeuwar
den wil behoudenbijvoorbeeld omdat het vindt dat de stad met de status van stadsgewest
een "echte" voetbalclub moet hebben. Dat aannemende staan wij voor de beoordeling van de
vraag of het voorstel van het college Cambuur voldoende mogelijkheden biedt om een goed
beleid te kunnen voeren. Onze fractie vindt dat niet. De herziening van de beslissing van
april 1983 wordt een jaar vooruitgeschoven. Op basis van zoveel onzekerheid zullen banken
Sportclub Cambuur geen krediet willen geven. Ook het aantrekken van spelers zou maar
voor een jaar kunnen gebeuren. Het risico is dat de prestaties niet zullen verbeteren en dat
de bezoekersaantallen verder terug zullen lopen. Daarmee wordt de kans vergroot dat het
betaald voetbal uit Leeuwarden verdwijnt. Onze fractie vindt het voorstel van het college
halfslachtig. Kennelijk is het college van mening dat het betaald voetbal in Leeuwarden moet
blijven bestaan, maar het wil geen definitieve uitspraak doen over de vraag hoeveel dat mag
kosten. Die uitspraak moet over de verkiezingen heen worden getild en ergens in het ko
mende jaar mag de nieuwe raad daar dan over beslissen.
De PAL-fractie handhaaft haar standpunt van 1983. Dat houdt ten eerste in een exploita
tiesubsidie voor Cambuur van f. 350.000,per jaar zo lang er geen voldoende alternatieve
inkomstenbronnen zijn. Tegengeworpen kan worden dat door een dergelijk subsidie sponsors
wel zullen afwachten om geld in Cambuur te steken. Wij denken dat sponsors wel met geld
zullen komen als Cambuur prestaties levert, want daarvan hangt belangstelling voor sponso
ring af en niet van de vraag of een gemeente wel of niet subsidieert. Wanneer sponsoring
plaatsvindt kan de gemeente overwegen de subsidiëring te beëindigen of op te schorten.
Ten tweede houdt het standpunt van de PAL-fractie van 1983 in dat de subsidie structureel
moet worden gegeven, althans met zekerheid voor een termijn van minstens drie jaar om het
Sportclub Cambuur mogelijk te maken een goed beleid te kunnen voeren dat er toe leidt dat
men zich met de eigen opbrengsten staande kan houden. Ten derde past het voorstel van
Sportclub Cambuur, gedaan in de brief van december 1985, namelijk een subsidie tussen de
f. 250.000,en f. 350.000,in de visie van onze fractie. Na afloop van het seizoen wordt
op basis van het resultaat de subsidie definitief vastgesteld met de hiervoor genoemde be
dragen als grenzen. Ik nodig het college uit dit standpunt over te nemen. In het alternatie
ve dekkingsplan 1986-1990 van PAL wordt aangegeven waar wij de dekking van deze struc
turele uitgave hebben gevonden. Wij hebben er moeite mee dat het college de dekking van
de door hem voorgestelde uitgave pas volgend jaar wil regelen. Wij vinden dat dit al op dit
moment moet gebeuren. Misschien kom ik in tweede instantie met een motie.
De heer Boelens: Onze fractie is bereid om op korte termijn f. 250.000,ter beschikking
te stellen. Wij hebben grote kritiek met betrekking tot de behandeling van dit voorstel. Het
is niet in de daartoe geëigende commissies geweest. Ik ben met de heer De Beer van mening
dat dat wel eerder had gekund. Er zijn in een vroegtijdig stadium door het bestuur van
Cambuur notities aan het college gestuurd. Er zijn ook gesprekken geweest met vertegen
woordigers van het college; daarover heeft het college de raad niet geïnformeerd. Wij zijn
van mening dat het college op een zo kort mogelijke termijn met een nieuw voorstel bij de
raad moet komen, nadat behandeling daarvan in de daartoe geëigende commissies - ik denk
daarbij aan de Commissie voor Sport en Recreatie en de Commissie voor de Financiën - heeft
plaatsgevonden. Daarbij wil ik ook de opmerking van mevrouw De Jong betrekken dat er dan
een afweging moet worden gemaakt. Verder kan het aspect worden meegenomen of er een
structureel subsidie moet worden verleend of niet. Daar willen wij ons nu nog niet op vast
leggen.