10 Op basis van de financiële onderbouwing en de herkomst van de parkeerders is gekomen tot een voorkeursmodel. Mijn fractie kan zich daarin vinden. In het voorkeursmodel ligt wel een aantal gevoelige gebieden, het Oldehoofsterkerkhof en de Amelandsstraat. Ik kan mij volledig aansluiten bij datgene wat de heer Ten Hoeve daar over heeft gezegd. Voor ons is op dit moment een van de klemmende problemen hoe wij voorzien in de tijde lijke parkeermogelijkheden. Over een jaar zijn wij het Oude Veemarktterrein voor dit doel kwijt. Op veel kortere termijn hebben wij al het Hoeksterend tijdelijk ingeleverd, omdat daar ook werkzaamheden moeten worden verricht. Ik sluit mij aan bij wat de heer Dubbelboer heeft gezegd, namelijk dat wij graag op zo kort mogelijke termijn een rapportage willen heb ben, via de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening, welke mogelijkheden het college in dit verband ziet. Wij zijn benaderd door de Initiatiefgroep Wonen in de Binnenstad en ik heb thuis een brief gekregen van een aantal bewoners van de Fonteinstraat. Een en ander geeft ons op dit moment geen aanleiding om concrete voorstellen te doen. Wel verzoek ik het college om de brieven in de verdere besluitvorming te betrekken. De heer Buurman: Ik stel vast dat de raad vanavond geen definitief standpunt inneemt, maar dat wel in grote lijnen dient te worden aangegeven hoe de parkeerproblemen moeten worden opgelost. Mijn fractie staat positief tegenover de aanwijzing van het voorkeursmodel zoals dit is weergegeven in de Studie vervangende parkeervoorzieningen Oude Veemarkt van de Dienst Stadsontwikkeling. Wel plaats ik een kritische kanttekening bij de verdeling van het aantal parkeerplaatsen over de drie in de binnenstad geplande parkeerlokaties Ik ben het wel eens met de aangegeven aantallen parkeerplaatsen voor het Park-and-Ride- terrein en het Fonteinland. Deze zijn beide redelijk nauwkeurig vast te stellen. Ik wil ook nog een opmerking kwijt naar aanleiding van de brief van 10 april jl. van de bewoners van de Fonteinstraat. Hun bezwaar lijkt mij niet sterk. Parkeren op het Fonteinland is gratis en dichterbij dan het parkeren in de Fonteinstraat. Waarom zouden, bij voldoende parkeerge- legenheden op het Fonteinland, de bezoekers en het personeel van de kantoren in de buurt in de Fonteinstraat gaan parkeren? Ik keer terug naar mijn kritische kanttekening. De verdeling van de overige 510 parkeer plaatsen over de drie in de binnenstad geplande lokaties lijkt mij discutabel. Er worden spe cifieke nauwkeurigheidssuggererende aantallen per parkeerterrein genoemd. Deze aantallen worden ook precies aangehouden bij de omvang en de inrichting van de drie terreinen. Dit is gebeurd op grond van een enquête, bezettingsopnamen, ervaringscijfers, schattingen en intensiteitstellingen bij de in- en uitgangen van de Oude Veemarkt. Op grond hiervan wor den conclusies getrokkenwaarbij - zie pagina 3 van bijlage 1 - onderscheid wordt gemaakt tussen centrum en overig deel binnenstad. Maar deze parkeerders kunnen in alle delen van de binnenstad hun bestemming hebben. Het is dan ook niet te voorzien op welke van de drie terreinen zij hun auto zullen parkeren. De stap van de conclusies over de bestemming van de parkeerders - pagina 3 van bijlage 1 - naar de gewenste geografische herverdeling van de parkeerplaatsen - pagina 4 - is onduidelijk. Deze stap wordt gezet op grond van intensi- teitengegevensdie naar het mij voorkomt uit de losse pols worden opgesplitst. Een vage onderbouwing waar de parkeerders vandaan komen en waar zij de stad zijn binnengekomen. Mijns inziens moet er dan ook niet strak worden vastgehouden aan de precieze aantallen parkeerders per geplande lokatie. Het werkelijk gebruik van de parkeerterreinen zou er wel eens heel anders uit kunnen komen te zien. Een andere opsplitsing van de 510 parkeerplaat sen over de drie lokaties zou misschien ook best kunnen functioneren, waarbij tevens meer mogelijkheden ontstaan de betreffende terreinen in te richten. De parkeerders voor wie de plaats van het parkeren niet zoveel uitmaakt zoeken na verloop van tijd het parkeerterrein met de meeste ruimte wel op. Samenvattend stel ik dus dat op grond van de in het rapport genoemde onderzoeken en gegevens mijns inziens niet kan worden gesuggereerd dat er op de tientallen nauwkeurig 220 parkeerplaatsen in het westelijk deel van de binnenstad, 90 parkeerplaatsen in het noor den en 200 parkeerplaatsen in het zuidoostelijk deel van de binnenstad moeten komen. De suggestie om een betere onderbouwing te bewerkstelligen door middel van nieuwe onderzoe ken zal ik maar niet doen, want daarvoor is geen tijd en geen geld. Wel zou ik het college in overweging willen geven minder strak vast te houden aan de gewenste verdeling van de 510 parkeerplaatsen, waardoor oök meer mogelijkheden c.q. oplossingen ontstaan. Tot slot nog iets over de motie van de VVD-fractiewaarop het college straks zal rea geren. Ik heb ook de eerste constatering van de motie, namelijk dat het Oldehoofsterkerkhof van historische waarde is, in mij om laten gaan. Maar ik zou graag willen weten of, wanneer in één laag onder de grond zou moeten worden geparkeerddat extra kosten met zich mee zal brengen in verband met de druk van het grondwater en dergelijke. 11 Mevrouw De JongHet was te voorzien dat de vestiging van Aegon in Leeuwarden con sequenties zou hebben. Ik ben het eens met het standpunt van het college om af te zien van parkeerplaatsen op het Oude Veemarktterrein. Ook ik wil het college alle lof toezwaaien voor de snelle rapportage om te komen tot vervangende parkeerruimte. Het rapport is duidelijk, hoewel - dat voeg ik er meteen uitdrukkelijk aan toe - taakstellend. De vraag waar wij de financiële dekking vandaan halen blijft in nevelen gehuld en is voor mij een zeer duister punt. Ik zal de parkeervoorzieningen waar ik het mee eens ben niet noemen. Voor mij blijft een struikelblok het door het college voorgestelde parkeerdek op het Oldehoofsterkerkhof. Het college stelt dat het geheel nu rommelig en niet fraai is. Ik ben het daar volstrekt mee eens, maar ik vind dat de situatie juist op deze kwetsbare plek niet nog slechter moet worden gemaakt. Ik ben dan ook van mening dat met name deze plek een betere invulling verdient dan nu wordt voorgesteld. Wat dat betreft wil ik mij aansluiten bij wat vorige sprekers hebben genoemd, namelijk op het Hoeksterend een parkeergarage op nemen in de bebouwing. Ik vind dat een beter alternatief dan het Oldehoofsterkerkhof invul len zoals het college dat voorsteltwant dat brengt bovendien enorme financiële consequen ties met zich mee. Ik heb geen moeite met de parkeervoorziening aan de Amelandsstraat, mits die is opge nomen in de bebouwing. Ik ben ook tegen een tijdelijke parkeervoorziening, omdat "tijdelijk" nog weieens een vrij definitief karakter wil krijgen. Ik ben het ook eens met het parkeerterrein op het Fonteinland. Wel wil ik het college vragen aandacht te schenken aan de brief van de bewoners van de Fonteinstraat en die in de overwegingen te betrekken. Ik maak mij zorgen over de tijdelijke parkeerplaatsen die toch op vrij korte termijn moe ten worden gerealiseerd. Het lijkt mij een vrij knellend probleem dat alle aandacht verdient. Wat betreft de motie van de VVD wacht ik eerst de reactie van het college daarop af. Wel wil ik alvast zeggen dat ik de in de motie voorgestelde oplossing vrij kostbaar vind. In dit verband wil ik nogmaals zeggen dat ik wat betreft de financiële dekking grote moeilijk heden zie. De heer Timmermans (weth.): Ik wil eerst wat algemene opmerkingen maken en daarna ingaan op de opmerkingen/vragen over de verschillende lokaties. Vrijwel alle fracties hebben het college lof toegezwaaid met betrekking tot de helderheid van het rapport en de snelheid waarmee dat tot stand is gekomen. Wij zijn erg dankbaar voor deze lof, maar ik denk toch dat die in eerste instantie de medewerkers van de Dienst Stadsontwikkeling toekomt. Wij zullen deze lof aan hen doorgeven. Alle fracties zijn met het college van mening dat het niet aangaat om openbare parkeer plaatsen op het Oude Veemarktterrein te realiseren. Ik denk dat wij, wanneer een dergelijke principiële beslissing door de gehele raad wordt aangedragen, op de goede weg zijn met be trekking tot de verdere uitwerking van deze zaak. Verschillende woordvoerders hebben aan gegeven dat de strekking van het voorliggende voorstel is dat wij taakstellend aangeven hoe gedacht wordt de ruim 800 parkeerplaatsen die op de Oude Veemarkt verloren gaan op de verschillende lokaties in de stad op te vangen. De heer Sijbesma heeft gezegd dat het voorstel waarover wij vanavond praten in het ver lengde ligt van het besluit van Aegon om zich in Leeuwarden te vestigen en een open einde heeft. Wij nemen, aldus de heer Sijbesma, telkens weer deelbeslissingenGedwongen door de tijd moeten wij deze werkwijze wel hanteren. Wij hebben nog niet alle informatie, maar komen daar later in de raad op terug. De heer Ten Hoeve heeft in algemene zin een voorbehoud gemaakt ten aanzien van de kosten zowel in positieve als in negatieve zin, althans kosten die hoger dan wel lager zijn dan is aangegeven. Hij vindt namelijk dat bij de keuze van de lokaties tegelijk wordt gekozen voor stedebouwkundig hoogwaardige oplossingen. Met andere woorden, de heer Ten Hoeve vindt datwanneer wij van mening zijn dat er een goede oplossing moet komenhet niet zo mag zijn dat wij ons vastpinnen op het bedrag dat in het rapport voor de verschillende loka ties is aangegeven. Het college kan die benadering volgen, hoewel de bedragen die in het rapport worden genoemd eerder taakstellend in bovenwaartse richting dan in neerwaartse richting moeten worden ervaren. Wij zullen uiteraard moeten streven naar de goedkoopst mogelijke oplossing voor de verschillende lokaties, met inachtneming van de stedebouwkundig kwalitatieve randvoorwaarden die de heer Ten Hoeve heeft genoemd. Alle woordvoerders hebben gesproken over de tijdelijke voorzieningen. Het zal duidelijk zijn dat wij met de vanavond aan de orde zijnde voorstellen voor de verschillende lokaties - hoe globaal die ook zijn - niet praten over een zaak die over anderhalf jaar integraal is geregeld. Wil je kunnen praten over tijdelijke voorzieningen, dan moet je eerst weten waar je de definitieve voorzieningen gaat realiseren, omdat die twee zaken elkaar anders in de weg staan. Daarom eerst praten over globaal de definitieve oplossing en daarna over de tij delijke oplossing waaraan op dit moment overigens al hard wordt gewerktHet zal duidelijk zijn dat er tijdelijke parkeervoorzieningen moeten komen die in voldoende mate aan de parkeer-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1986 | | pagina 6