6 aspecten daarvan ingaan. De verkiezingsuitslag leverde één grote winnaar op, namelijk de PvdA. Een stijging van 15 naar 18 zetels in de raad. De overige partijen, met uitzondering van GPV/RPF/SGP en D'66, verloren. De procedure rond de college vorming startte met een uitnodiging van de PvdA aan alle fracties in deze raad om hun mening kenbaar te maken ten aanzien van de collegevorming. Ik denk dat de PvdA daarmee vooruitliep op de wijziging die de Gemeentewet ons straks biedt. In onze ogen althans een uiterst correcte wijze van han delen. Nadat de PvdA kennis had genomen van de verschillende fractie-standpunten heeft zij ervoor gekozen om in eerste instantie onderhandelingen over de college vorming te openen met het CDA. De keuze voor het CDA was gebaseerd op de volgende argumenten. Gebleken is, zo stelde de PvdA, dat met het CDA een groot deel van het collegeprogram waarin de PvdA een grote inbreng zou hebben is te realiseren. Het huidige CDA-program stond dich ter bij het PvdA-programma dan in het verleden. Het tweede argument was het punt van de goede contacten die het CDA zowel op provinciaal niveau als op rijksniveau heeft. De keuze van de PvdA viel, zoals is te begrijpen, niet overal even goed. Met name de constatering dat het CDA-program dichter dan vorige jaren bij de PvdA-uitgangspunten stond gaf reacties. De heer Buurman bijvoorbeeld achtte een dergelijke verschuiving geen goede zaak. De heer Bijkersma sprak uit dat het CDA weer verder in de armen werd gedre ven van de PvdA. Hij vroeg zich dan ook af of de burgers zullen worden geconfronteerd met een links beleid, waarin het CDA als was is in de handen van de PvdA. Mijnheer de voorzit ter, naar aanleiding van deze reacties wil ik iets zeggen over de wijze waarop in een partij als het CDA een gemeenteprogram tot stand komt. Misschien is het leerzaam. Reeds in het vroege voorjaar van 1985 is door het CDA-bestuur een vijftal werkgroepen ingesteld om bouwstenen aan te dragen voor het nieuwe program. Tientallen mensen zijn daarmee intensief en enthousiast avonden bezig geweest. Er werden initiatieven ontwikkeld en voorstellen gedaan. Dat alles is gebundeld en vervolgens gestuurd naar de wijkafdelin- gen van onze partij, waarvan wij er in onze stad vier hebben. Een en ander is daar uitvoe rig met de leden besproken, er zijn amendementen opgesteld, ingediend, besproken en ge wijzigd. Tenslotte heeft het bestuur zich er diepgaand over beraden. En dan komt de uit eindelijke algemene ledenvergadering, die zich over een dergelijk program en de ingediende amendementen uitspreekt. Ik denk dat dat een gang van zaken is zoals die hoort in een de mocratische partij. Ik vertel deze procedure omdat het program waarmee het CDA de verkie zingen inging een CDA-program was en er daarbij geen sprake was van opschuiving naar welke kant dan ook. Overigens, mijnheer de voorzitter, in de tijd gesproken was het CDA- program er eerder dan dat van de PvdA. Dus als er al geschoven is.maar daar ga ik niet vanuit. Nu werd van PvdA-zijde de keus voor het CDA onder meer gemotiveerd met programma tisch dichter bij elkaar. Ik denk dat die constatering juist is. Ten aanzien van tal belangrij ke beleidsterreinen denken wij voor wat de praktische aanpak betreft gelijk of is er sprake van slechts accentverschillen. De hoofdprioriteiten van zowel het CDA-program als het PvdA-program komen voor het overgrote deel overeen. Dat zo zijnde leverde het maken van een collegeprogram niet al teveel problemen op. Opmerkingen als: het CDA schuift op, het CDA geeft alles toe, het CDA is als was in de handen van de PvdA, zijn dan ook niet ge stoeld op feiten. Wil dat dan zeggen dat het nu voorliggende collegeprogram bij uitstek een CDA-prograra is? Natuurlijk niet, mijnheer de voorzitter. Het collegeprogram is een resultaat van de coali tiebesprekingen. De verhoudingen in deze raad zijn bekend. Er zijn 18 PvdA-raadsleden en 9 CDA-raadsledenDe verhouding is dus 2:1. Wie wel eens coalitiebesprekingen heeft bijge woond, hetzij op gemeentelijk hetzij op ander niveau, weet wat er dan aan de hand is. Bestuurlijk zitten er in dit collegeprogram zaken waarvan het CDA liever had gezien dat zij op een andere wijze waren geregeld. Maar één ding wil ik duidelijk stellen, namelijk dat het CDA vanaf het begin van de onderhandelingen heeft gezegd dat de PvdA winnaar is en dat dat tot uiting zal moeten komen door de opstelling/inhoud van het collegeprogram en de portefeuilleverdeling. Het CDA kan zich in dit collegeprogram voldoende vinden. Naast een duidelijke rode draad loopt er ook zeker een groene draad doorheen. Niemand hoeft te denken - dat zeg ik er maar even bij - dat wij kleurenblind zijn. Met betrekking tot de college vorming nog het volgende. De overeengekomen portefeuil leverdeling heeft onze instemming. Natuurlijk betreuren wij het dat wij een aantal belangrij ke beleidsterreinen zijn kwijtgeraakt, maar achten dat gelet op de verkiezingsuitslag ge rechtvaardigd. Wat betreft het aantal wethouders, mijnheer de voorzitter, wil ik opmerken dat het uit eindelijk is uitgekomen op vijf. Zoals bekend had deze optie onze voorkeur. Mijnheer de voorzitter, in het hele proces van de college vorming heeft de PvdA in Leeu warden zich een goed onderhandelaar betoond. De PvdA in Leeuwarden heeft ook getoond dat zij een partij is die goed met macht om kan gaan. Mijn fractie heeft daarvoor veel waar dering. Wij zien de komende periode met veel vertrouwen tegemoet. Ik dank u wel. 7 De heer Bijkersma: Mijnheer de voorzitter, dames en heren leden van deze raad. Het is zinvol om in het kader van de wethoudersverkiezingen en het collegeprogram enige zaken naar voren te brengen. Zaken welke te maken hebben met de procedure en het samengestel de program. Wat betreft de procedure het volgende. Ik wil in de eerste plaats naar voren brengen dat de zo open mogelijke wijze van onderhandelen een vooruitgang is vergeleken met een aantal jaren geleden. De VVD-fractie heeft daar waardering voor. Of de resultaten van de onderhandelingen ook de waardering hebben gekregen van onder andere de PvdA-kiezers waag ik vooralsnog te betwijfelen, omdat de lijstaanvoerder van deze partij immers beloofd had te zullen koersen op een PAL/PvdA-college als deze combinatie minstens 21 zetels zou behalen. Niet dat wij nu zo'n college, mijnheer de voorzitter, zouden toejuichen - verre van dat -, maar verkiezingsbeloften scheppen toch wel verplichtingen. Ondanks het feit dat de VVD vanaf het begin geen directe signalen van de PvdA ont ving omtrent een eventuele deelname van ons in het te vormen collegehebben wij het toch als positief ervaren dat deze partij niet direct een blokkade tegenover de VVD heeft opge worpen. Meer kritiek heb ik daarom in de richting van het CDA in deze kwestie. Het CDA stelt in zijn verkiezingsprogram, bladzijde 7, dat het van oordeel is dat het te vormen colle ge moet kunnen rekenen op een zo breed mogelijke steun in de raad. Daarbij past naar mijn gevoel geen uitsluiting van de liberalen in dit college. Het was dan ook niet correct dat het CDA bij de onderhandelingen tot twee maal toe naar voren bracht niet te willen denken aan deelname van de VVD in het college van b. en w. van Leeuwarden. Daarover staat een en ander geschreven in de notulen. Het is zeker geen goede stellingname geweest. Immers de VVD had extra kunnen zorgdragen voor goede contacten met het bedrijfsleven dat ook hier, mijnheer de voorzitter, nog steeds de kar moet trekken bij het bestrijden van de werkloos heid. Niet onbesproken wil ik laten de helaas niet gerealiseerde uitbreiding van het college met één wethouder. Hoewel sommigen een en ander vanuit de financiële aspecten op korte termijn bezien, blijft mijn fractie op haar eerdere standpunt staan. Meer en meer zal de werkdruk op het dagelijks bestuur toenemen; mevrouw De Haan heeft daar ook al over ge sproken. Wij vrezen dat bij die toename een aantal belangrijke aandachtspunten naar achte ren zal verdwijnen. Kansen zullen gemist worden, kansen welke hadden kunnen leiden naar een meer financiële armslag van onze gemeente. Nogmaals breng ik naar voren dat hierbij de kost zeker voor de baat uit zou gaan. Omtrent het collegeprogram merk ik op dat het bijzonder gedetailleerd is. Maar dat kan ook niet anders, omdat het bijna een letterlijke weergave is van het PvdA-program, een en kele zinsnede uit het CDA-program daargelaten. De heer Koopmans heeft een uitvoerige beschouwing gegeven over de wijze waarop het program van zijn partij wordt samengesteld. Ik heb die les met genoegen aangehoord. Maar het gaat er natuurlijk niet om hoe je zo'n program maakt, het gaat erom hoe je iets van een partijprogram realiseert in het collegeprogram. Daar gaat het om, mijnheer Koopmans, maar daar bent u volgens mij aan voorbijgegaan. Ik wil stellen, mijnheer de voorzitter, dat het collegeprogram op zich niet geheel de goedkeuring van mijn fractie kan krijgen. Er is ook een aantal punten dat de VVD wel aan spreekt. Ik constateer ook dat een aantal punten uit ons program en naar aanleiding van za ken die wij in de loop der jaren in de raad naar voren hebben gebracht in dit collegepro gram is opgenomen. Wij hebben daar waardering voor. Maar er zijn ook punten in het colle geprogram opgenomen waarvan wij zeggen dat die onze keuze niet zijn. Wij zullen ons bij de verdere uitvoering van de voorstellen op grond van dit program dan ook laten leiden door de liberale uitgangspunten die in de raad zo vaak naar voren zijn gebracht. Wat betreft de te benoemen wethouders het volgende. Ons hebben de namen der kandi daten reeds bereikt. Wij zullen ons niet tegen enige kandidatuur verzetten, omdat de voor gedragenen immers het vertrouwen hebben van hun eigen partij. Ik wil in dit verband tot slot nog het volgende opmerken. Mevrouw De Haan heeft naar voren gebracht dat ook de ledenvergadering van haar partij betrokken is geweest bij de sa menstelling van het collegeprogram en het college op zich. Ik wil opmerken, mevrouw De Haan, dat het mij als bijzonder grievend is overgekomen dat in een PvdA-vergadering, waarbij werd gesproken over de college vorming, een persoonlijke aanval werd gedaan op een van de leden van mijn fractie, namelijk in mijn richting. Ik heb helemaal geen bezwaar tegen een aanval op politieke gronden - dat men het niet met mij eens is vind ik prima -maar een persoonlijke aanval past naar mijn gevoelen niet in een democratie. Persoonlijk gerichte aanvallen horen daar niet thuis. Ik wil het hierbij laten, mijnheer de voorzitter. De heer Duijvendak: Ik denk dat wij moeten stellen dat het vandaag feest is voor links Leeuwarden. De linkse meerderheid in deze raad is gegroeid van de 22 zetels die er reeds na de verkiezingen waren tot 31 zetels - alleen de VVD-fractie en de fractie van GPV/RPF/ SGP kunnen in deze raad nog als rechtse fracties worden aangemerkt - dankzij razendknap onderhandelen van de kant van de PvdA. Het CDA heeft niets, maar dan ook helemaal niets,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1986 | | pagina 4