2
punt omschrijving bijlage blz.
8. Verkoop van een in het bestemmingsplan 't Nijlan gelegen perceel
bouwterrein aan de Stichting Bijzondere Hogere Landbouwschool
in Friesland, gevestigd te Leeuwarden. 193 4
9. Verkoop van een in het ontwerp-uitwerkingsplan Camminghaburen-
deelgebied II gelegen perceel bouwterrein aan H. Hondius,
wonende te Leeuwarden. 192 4
10. Verkoop van een in het ontwerp-uitwerkingsplan Camminghaburen-
deelgebied IXB gelegen perceel bouwterrein aan Giezen Vastgoed en
Beleggingsmaatschappij BV, gevestigd te Roden. 191 4
11. Verkoop van een in het bestemmingsplan Hempens gelegen grond-
strook. 194 4
12. Aangaan ruilovereenkomst met betrekking tot langs de noordzijde
van de Fahrenheitweg gelegen perceelsgedeelten. 190 4
13. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke
ordening voor een perceel grond aan de noordzijde van de Goutumer-
dyk te Goutum. 203 4
14. Verzoek om vergoeding van schade ex artikel 49 van de Wet op de
ruimtelijke ordening van Jabo BV te Leeuwarden. 196 5
15. Voeren van een rechtsgeding tegen L. Smit te Leeuwarden. 197 5
16. Gemeentelijke medewerking bij het realiseren van een drietal
speelvoorzieningen. 204 5
17. Ontwerp-programma basiseducatie 1987. 195 6
18. Vaststellen jaarrekening 1985 van de Stichting Cultureel Centrum
De Harmonie 206 n
19. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van de
Dienst Stadsontwikkeling, de Dienst voor Sport en Recreatie en
het Woningbedrijf voor het dienstjaar 1987. 205 15
De Voorzitter: Ik open de vergadering. Op 15 mei 1972 werd de heer Van der Wal raads
lid. Hij heeft derhalve de 15 jaar vol, vandaar de bloemen. Ze zijn wat onbestemd van kleur,
maar het ziet er wel feestelijk uit. Ik had, gelet op zijn achtergrond, echter iets anders ver
wacht. Niettemin, van harte geluk gewenst. (Applaus)
Punt 1
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Punt 2 (bijlage nr. 198).
De Voorzitter: Aan de orde is het advies inzake het beroepschrift van mr. U. van Houten,
namens mevrouw F.G.C.K. van den Meer inzake de aanschrijving tot het treffen van voor
zieningen aan de woning Jouwsmastraat 34 te Leeuwarden.
Mevrouw Jongedijk-WellesWij zijn het eens met het preadvies. Wij vinden ook dat het
aanschrijvingsbeleid op de wijze zoals dat nu gaat door moet gaan. Wij hopen echter wel dat
het college niet direct nadat de periode die voor uitstel geldt verstreken is met de politie op
de stoep staat, maar probeert om toch nog een persoonlijke oplossing te vinden voor de pro
blemen. Verder gaan wij er vanuit dat bij de evaluatie van het hele aanschrijvingsbeleid ge
keken wordt naar een oplossing voor dit soort gevallen
De Voorzitter: Wij hebben mevrouw Jongedijk goed begrepen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het advies van de Raadsadviescommissie voor de
Beroep- en Bezwaarschriften.
Punten 3 en 4 (bijlagen nrs. 199 en 200).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de adviezen van de Raadsadviescommissie voor
de Beroep- en Bezwaarschriften.
De Voorzitter: Dank aan het adres van de heer Rommerts voor zijn aanwezigheid.
De heer Rommerts verlaat hierna de vergadering.
Punt 5.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A t. e.m. E.
De berichten, de rapporten en de brieven worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub F.
De Voorzitter: Aan de orde is de brief gedateerd april 1987 van de Marokkaanse Jonge
ren Vereniging, waarin van de gemeente een aantal standpunten wordt gevraagd inzake de
Marokkaanse organisatie Amicales.
De heer E.M. Janssen: De Marokkaanse Jongeren Vereniging vraagt aan het college niet
mee te werken aan activiteiten van de Amicales Vereniging. Het college stelt voor deze brief
in handen te stellen van b. en w. om preadvies. Ik wil op één element uit de brief ingaan,
omdat ik denk dat het mogelijk zou kunnen zijn dat een en ander door de tijd wordt achter
haald. In de brief is sprake van een binnenkort door de Marokkaanse consul af te leggen
werkbezoek aan Leeuwarden. Ik weet niet of dat bezoek plaatsvindt voordat wij een reactie
van b. en w. op deze brief krijgen. Onze fractie wil echter liever niet dat b. en w. officiële
vertegenwoordigers van de Amicales Vereniging ontvangen. Als de Marokkaanse consul hier
op bezoek komt dan willen wij graag dat b. en w. duidelijk maken dat de gemeente Leeuwar
den de activiteiten van de Amicales Vereniging ten zeerste afwijst. Aan b. en w. de vraag of
zij met onze zienswijze kunnen instemmen.
De heer Buurman: Voorgesteld wordt deze brief in handen te stellen van b. en w. om
preadvies. Moet uit het feit dat niet direct een concept-antwoord is geconcipieerd de conclusie
worden getrokken dat de burgemeester, de politie en/of justitie wettelijke kaders ter beschik
king staan met betrekking tot de gesignaleerde extreme werkzaamheden van de Marokkaanse
organisatie Amicales? Wanneer dat inderdaad het geval is, verdient het dan aanbeveling dat
de burgemeester deze zaak voorlegt aan de Commissie voor Openbare Orde?
De Voorzitter: Ik constateer dat de heer Heere geen behoefte heeft te reageren. De wet
telijke kaders die ons ter beschikking staan zijn die welke zijn vervat in de Nederlandse straf
wet en die zijn evenzeer van toepassing op degenen die zich op ons grondgebied bevinden en
niet van Nederlandse origine zijn als in het omgekeerde geval. In voorkomende gevallen zal
dan ook zeker opgetreden worden wanneer er van een overtreding van de strafwet sprake is.
Ik neem tenminste aan dat justitie dat zal doen, want daar ligt de verantwoordelijkheid in dat
opzicht. Als u daarover wilt praten in het kader van de Commissie voor Openbare Orde, dan
adviseer ik u om het ter sprake te brengen bij het bezoek aan het parket van de hoofd
officier van justitie, want dat lijkt mij de meest gerede plaats daarvoor.
Aan het adres van de heer Janssen moet ik zeggen dat mij van een werkbezoek van de
Marokkaanse consul in het geheel niets bekend is. Het zou overigens de eerste keer zijn dat
ik een dergelijk werkbezoek van een Marokkaanse consul zou ontvangen. Mocht dit bezoek
plaatsvinden, dan heb ik er geen moeite mee om kenbaar te maken dat de door de heer Janssen
verwoorde grote bezwaren bestaan.
De heer Bijkersma: Van hetgeen de heer Janssen ten aanzien van het werkbezoek van de
consul van Marokko naar hier naar voren brengt was ook mij niets bekend. Ik denk dat het
meer inhoudt dan alleen maar praten met het college over de zaak van Amicales. Mijns inziens
gaat het veel verder, misschien gaat het in de richting van de werkgelegenheid. Ik wil het
college dan ook vragen uiterst voorzichtig te werk te gaan. Ik wil Amicales niet verdedigen,
daar heb ik helemaal niets mee te makenIk heb echter wel te maken met de consul van
Marokko, die hier misschien belangen ziet op het gebied van de werkgelegenheid. Ik ga dan
ook niet direct mee met het voorstel van de heer Janssen en ik vraag nogmaals aan het college
in deze uiterste voorzichtigheid te betrachten.