28 treffelijk aan bij de praktijk, want dat gebeurt in zeer spaarzame gevallen. De uitzondering heeft hij al genoemd, namelijk het commissaris zijn van de NV Waterleiding Friesland. De heer Meerdink is het niet eens met het gestelde in het rapport op bladzijde 33, onder punt 6. Ik geef toe dat een commissaris - ik citeer dan de heer Meerdink - primair te maken heeft met de verantwoordelijkheid die het Burgerlijk Wetboek hem opdraagtmaar dat hij zich daarbij niet los hoeft te maken van zijn achtergrond als gemeentebestuurder. Ik denk dat wij het daar wel met elkaar over eens zijnmaar het gaat erom om de principiële lijn te pakken waar de verantwoordingsverplichting van commissarissen ligt. Die verplichting ligt in eerste linie in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. De opdracht die een commissaris heeft is primair het belang van het bedrijf te behartigen. Daar kan een wrijving ontstaan. Op het moment dat die wrijving ontstaat zul je je in gemoede moeten afvragen wat er moet gebeuren. Bij openbare nutsbedrijven is het evenwel weer iets moeilijker, omdat de gemeente daar een zeer belanghebbende partij is en het hebben en houden van invloed van heel groot be lang blijft. Op het gebied van de openbare nutsvoorzieningen in ons land zijn ook ooit struc turen opgetuigd die de figuur van de gemeenschappelijke regeling kennen waarvan de stuur baarheid gemakkelijker is. Maar u weet dat inmiddels in de laatste ontwikkelingen op het ge bied van de concentratie van openbare nutsbedrijven de privaatrechtelijke NV-vorm weer naar voren komt. De heer Meerdink zegt dat de burgemeester wel verantwoordelijk is, maar dat er een sanctie ontbreekt. Bij wethouders ontbreekt die sanctie niet, want die kunnen worden ontsla gen. Wij moeten met een groot aantal schijnwerpers gaan zoeken om in Nederland een voor beeld te vinden waarbij die sanctie is toegepast. Ik zou er geen weten. Want daar waar de sanctie is toegepast is er steeds een andere achtergrond geweest dan waar wij het hier over hebben De heer Meerdink heeft het ook nog eens gehad over "een politiek gevoelige uitnodiging". Het gaat daarbij om het feit dat het waterleidingbedrijf - wij hebben daar ook al eens in com missoriaal verband over gesproken - terwille van humanitaire doelstellingen in overleg met Buitenlandse Zaken een project in Indonesië is gestart. Het "politiek gevoelige" bleek echter - de heer Meerdink moet de antwoorden op de vragen er nog maar eens op naslaan - nadat het bezoek aan Indonesië was afgerond. Niettemin heeft binnen de NV Waterleiding Friesland bij de hulpverlening de humanitaire hulpverlening heel nadrukkelijk op het voorste plan gestaan. De besluitvorming binnen de NV Waterleiding Friesland is een besluitvorming van de gezamen lijke Friese gemeenten die daarin een geweldige unanimiteit aan de dag hebben gelegd. Ik kan mij voorstellen dat de heer Meerdink dat toch graag anders had gezien. Welaan, vanaf nu maakt hij weer deel uit van de gemeenteraad. Wij zien met belangstelling tegemoet tot welke constructieve gedachten hij als zodanig op tal van terreinen in de toekomst zal blijken te ko men Ik meen hiermee in eerste termijn de vragen te hebben beantwoord. Wenst iemand in tweede termijn het woord? De heer Meerdink: Ik zou toch graag willen horen in hoeverre het mogelijk is een werk wijze te vinden voor wat betreft het optreden van leden van college die lid zijn van een raad van commissarissen. Kunnen gevoelige agendapunten vooraf in de Commissie voor Algemene Zaken worden besproken of in ieder geval daaraan worden voorgelegd? Het desbetreffende collegelid zal daar dan eventueel steun kunnen vinden voor wat betreft het ingaan op een be paalde uitnodiging of voor het stemmen voor een bepaald besluit. De Voorzitter: De wegen om een dergelijke overlegstructuur te vinden voor commissaris sen zijn uitermate gering. Dat vindt u ook in het rapport terug. Voor aandeelhouders ligt dat gemakkelijker omdat hun inbreng kan geschieden vanuit de benadering waarvoor zij in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders zitting hebben. Een gemeentelijke vertegenwoor diger mag daarbij met nadruk de belangen en de politieke inzichten van de gemeente van her komst tot uiting brengen. Daar is geen enkele beperking aan. U hebt kunnen lezen dat het streven er ook op is gericht om daarbij zoveel mogelijk belangrijke punten kort te sluiten via de functionele commissies en ten aanzien van andere gevallen via overleg binnen het college tot standpuntbepalingen te komen. Via die invalshoek kunnen ook signalen naar commissarissen worden afgegeven, zij het dat die - wij hebben het daar zojuist ook al over gehad - in een geheel eigen verantwoorde lijkheidsstructuur zitten. Daarnaast is het natuurlijk zo dat leden van het college commissaris zijnde, deel uit maken van het college en niet zelden met elkaar nog eens even communiceren wanneer het gaat om heikele beslissingen waar men dan ineens een standpunt over moet inne men Aan de orde is de stemming. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezegging van de voorzitter. 29 Punt 21 (bijlage nr. 43). De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van de Dienst Stadsontwikkeling en de Dienst voor het Marktwezen en de Frieslandhal voor het dienstjaar 1988. De heer IJestra: Op bladzijde 5 van de raadsbrief wordt gesproken over de Nadere stand puntbepaling Sociaal-cultureel Programma. Onze fractie wil graag de aantekening dat zij ge acht wenst te worden te hebben gestemd tegen de punten die ik bij de behandeling van het programma eerder vanavond heb genoemd. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de door de heer IJestra gewenste aantekening. De Voorzitter sluit, om 22.25 uur, de vergadering.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1988 | | pagina 15