- 6 -
Aanbevel ing van burgemeester en wethouders:
Commissie Gezondheidszorg
Commissie Sociale Zaken en Wel zij nsaangel egenheden
Commissie On der wij sa an gel egenheden
Commissie Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Commissie Milieu-Aangelegenheden
Commissie Regionale Brandweer
D.E. Heere;
D.E. Heere;
J.G. VI ietstra;
J.A.F.A. Timmermans;
J.A.F.A. Timmermans;
W. Miedema.
Benoemd worden de aanbevolenen met algemene stemmen.
Mevrouw Visscher-Bouwer en de heer Burg vormden met de voorzitter het stembureau.
Punten 5, 6 en 7 (bijlagen nrs. 168, 160 en 162).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 8 (bijlage nr. 166).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Verzoek van de Woningstichting Leeuwarden-
Leeuwarder adeel en de Woningbouwvereniging Beter Wonen om toestemming tot verkoop van
(leegstaande) woningwetwoningen in de wijk Aldlan-Oost.
De heer Van der Wal: PAL is in principe tegen verkoop van woningwetwoningen. Ock in
het collegeprogramma wordt een dergelijke uitspraak gedaan. Uitzonderingen daarop zijn
mogelijk onder zeer stringente criteria. In de raadsbrief staat een aantal criteria
genoemd waar wij wel mee in kunnen stemmen. Voorlopig althans, want er wordt ock aangekon
digd dat in de een of andere zoveelste beleidsnota daar nog eens nader op wordt ingegaan.
Wij komen dan voor het feit te staan om deze aanvraag te toetsen aan die criteria.
Mijn fractie komt dan direct al in moeilijkheden bij de toetsing aan het eerste criterium
dat luidt: "De woningen dienen aantoonbaar geen functie meer te (kunnen) vervullen op de
sociale huurmarkt." B. en w. geven onder dat criterium aan waarom zij denken dat die
woningen aan dit criterium voldoen en dus geen functie meer kunnen vervullen op de sociale
huurmarkt. Bij ons leeft daarover grote twijfel. Dit criterium is voor ons het kerncri
terium en ik denk dat ock het college dat zo bedoeld heeft.
Deze woningen stammen uit het begin van de Jaren zeventig met voor die tijd maar ock
voor deze tijd hoge huren. De woningen zijn zogenaamd "huursubsidie afhankelijk" gebouwd.
Ze waren bedoeld om op de sociale markt gebracht te worden en voor een groot deel verhuurd
te worden via de huursubsidie. In het begin is dat ock heel aardig gelikt. Tot begin Jaren
tachtig was er geen spreke van overmatig grote leegstand, totdat het college/de raad heeft
- 7 -
besloten tot de zogenaamde huursubsidie-fiatteringsregeling waardoor met name potentiële
huurders voor deze woningen veelal buiten de boot vielen. Van de 4.000 ingeschrevenen
voldoet 80? niet aan de criteria die genoemd zijn in de huursubsid ie-f i atter i ngsregel ing
Een regeling waarvan zoals bekend PAL tegenstander is.
Hoe zou het geweest zijn als de huursubsi d ie-fi atter i ngsregel ing nog niet van kracht
was geweest? Waren die woningen dan wel verhuurd? Het antwoord is: zeer waarschijnlijk
wel, want voor die regeling hebben wij daar geen moeilijkheden mee gehad. Die moeilijkhe
den zijn ontstaan toen de regeling is ingevoerd. Je kunt je dus afvragen of bij toepassing
van de rijkscriteria voor de huursubsidieregel ing de woningen wel nog een functie op de
sociale huurmarkt zouden kunnen vervullen. In ieder geval twijfelen wij er sterk aan of je
op dit moment kunt zeggen dat de woningen geen functie meer op de huurmarkt hebben, mits
Je de huursubsidie-fiatteringsregeling niet van toepassing verklaart op dit complex.
Wanneer het col lege met harde bewijzen komt dat, als de gemeentel ijke regel ing niet meer
van kracht is, de woningen ock dan niet meer verhuurbaar zijn, dan zou dat voor ons een
reden zijn om met het voorl iggende voorstel in te stemmen. Uit informatie uit het veld
hebben wij tot nu toe de sterke indrik dat de woningen wel verhuurbaar zijn mits de fiat
teringsregeling niet van toepassing zou zijn.
Zoals gezegd kunnen wij niet ekkoord gaan met de toetsing aan het eerste criterium
zoals dat in de raadsbrief staat. Voor ons is dit het hoofdcriterium. Ik verwacht van het
college in het antwoord een hard bewijs wat betreft de gemeentelijke regeling-
In de raadsbrief is ock spreke van huurverl aging. Daarover wordt echter geen besluit
van de raad gevraagd. Wij vinden dat - het gaat om 19 woningen - toch een heel gevaarlijk
middel. Het gaat hier om een woningcorporatie die wel wat dragen kan, maar als deze
maatregel een sneeuwbaleffect tot gevolg zou hebben - dat is volgens mijn zegslieden niet
geheel uitgesloten - dan kan dat zeer vervelende gevolgen hebben. Zeker voor de cor
poraties die er financieel zeer zwak voor staan, want die zouden ock gedwongen worden om
mee te gaan. Wij willen er op aandringen dat het college, hoewel de raad geen besluit
wordt gevraagd, de grootst mogelijke voorzichtigheid betracht met de toestemming tot
huurverIag ing
Zoals gezegd gaat onze voorkeur er om principiële redenen vanuit de huursubsidie-
fiatteringsregeling weer ter discussie te stellen. Overigens zijn mij al een paar gevallen
bekend van mensen die, omdat zij op grond van die regel ing niet aanmerking konden komen
voor een woning, naar de randgemeenten zijn gegaan. Dat lijkt mij helemaal een ongewenste
ontwikkel ing.
0e heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, in het verleden is vanuit de VVD-fractie al
eens de suggestie gedaan om de corporaties in de gelegenheid te stellen woningwetwoningen
te verkopen. Hier hebben wij te mek en met een op zich zelf staande aangelegenheid. De VVD-
fractie zou van deze uitzondering graag een structurele maatregel willen md<.en. Naar de
huurders en de corporaties toe Is het nodig dat er snel duidelijkheid komt over de lijn
die de gemeente gaat volgen. Het is niet voldoende om te verwijzen naar de Nota Woning
bouwbeleid. Door de verkoop van woningen komt er een uitholling van het woningbestand en
dus verandert de financiële positie van de corporaties. De gemeente staat garant voor
leningen aan de corporaties. Hoe denkt het college eventuele veranderingen, misschien
zelfs eventuele problemen op te lossen?
De heer Timmermans (weth.): De heer De Beer heeft de Nota Woningbouwbeleid genoemd
die voor de zomer in eerste bespreking in het college en in de commissie komt. In deze
nota komt het totale nieuwbouwbeleid van de gemeente aan de orde. Niet alleen voor volgend
jaar zoals gebruikelijk is in het kader van planning en programmer ing, maar ock voor de
komende jaren op basis van onderzoeken die wij hebben gepleegd met betrekking tot kwal ita-