- 14 - geloofsbrief onderzocht van het nieuw benoemde raadslid, de heer G.H. Heins. De heer G.H. Heins is bij besluit van 22 juli 1988 van de voorzitter van het centraal stembureau ter verkiezing van de leden van de gemeenteraad benoemd verklaard tot lid van de raad. De geloofsbrief met bijbehorende stukken is door de benoemdverkIaarde binnen de door de wet gestelde termijn inge zonden. Uit de ingezonden verklaring of op andere wijze is ons niet gebleken, dat de benoemd- verklaarde op het tijdstip, waarop over de toelating moet worden beslist, een met het raadslid maatschap onverenigbare betrekking bekleedt. Voorts heeft de burgemeester aan uw raad een uit treksel uit het bevolkingsregister overgelegd, waaruit blijkt, dat de benoemdverkIaarde zijn werkelijke woonplaats in de gemeente heeft. Wij kunnen uw vergadering derhalve rapporteren, dat wij de geloofsbrief met bijbehorende stukken in orde hebben bevonden. Daar overigens geen om standigheden bekend zijn, op grond waarvan de benoemde niet zou kunnen worden toegelaten, mogen wij u adviseren, de heer G.H. Heins toe te laten als lid van de raad van de gemeente Leeuwarden." Aldus gerapporteerd in de vergadering van de raad van de gemeente Leeuwarden op 5 septem ber 1988 en ondertekend door mevrouw De Haan-Laagland en de heren Koopmans en Dubbelboer. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het advies van de Commissie voor het onderzoek van de geloofsbrieven. De Voorzitter: Dat betekent dat wij gekomen zijn aan het eind van zoals het wel genoemd wordt de raadsbediening van de heer Van der Wal, die vanaf 15 mei 1972 lid van de gemeenteraad is geweest. In die tijd heeft hij een grote verandering in de benadering van de publieke zaak zien voltrekken. Sterker nog, de heer Van der Wal heeft daar zelf ook een heel nadrukkelijk aandeel in gehad. De heer Van der Wal is een van de oudste raadsleden in dienstjaren die in deze raad aan wezig is. Hij is tegelijkertijd een heel consistent raadslid geweest en heeft consistent in een aantal commissies gezeten. Ik noem ze even: De Commissie voor de Financiën, de Commissie voor Openbare Werken en Milieu, de Commissie voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting, de inmiddels opgeheven Commissie voor het Grondbedrijf, de Commissie voor het Marktwezen en de Frieslandhal, de Commissie voor Automatiseringsaangelegenheden - dat is thans de Commissie voor Organisatie-, Personeels- en Informatiezaken - en de ook niet meer bestaande Commissie van advies inzake beroepschriften ingevolge de APV. Hij had een heel duidelijke voorkeur voor de ruimtelijke ordening en heeft daarover met een grote regelmaat het woord gevoerd. De heer Van der Wal is tegelijkertijd in zijn fractie het consistente element geweest. Als ik alleen de toch betrekkelijk korte periode overzie dat ik deze raad mag voorzitten, dan moet ik constateren dat er, als ik het vergelijk met de fractie die ik hier aantrof, een compleet vernieuwde fractie - ik reken de opvolger van de heer Van der Wal daar dan ook bij - tegenover mij zit. Door de jaren heen bij alle wisselingen die er geweest zijn was de heer Van der Wal toch het constante element in zijn fractie. Hij kwam in de raad als lid van Axies. Later werd hij lid van de PAL-fractie. Wij hebben allen in de krant kunnen lezen dat het woord "evaluatie" bij hem de nodige tegenzin oproept, maar dat was ons nog niet opgevallen. Zo zie je maar dat je door deel uit te maken van de gemeenteraad ook een leerproces doormaakt. Als ik de inbreng van de heer Van der Wal tracht te verwoorden, dan kan ik zeggen dat hij veel tijd en veel energie in de gemeentelijke zaak heeft gestoken. De keren dat hij het woord voerde had niet altijd ons aller instemming hetzij door wat hij zei hetzij door de toonzetting waarop hij het zei. Maar het was steeds getuigend van een zich verdiept hebben in de materie die aan de orde was. Als zodanig is de heer Van der Wal ook een ijverig en voorbeeldig raadslid geweest. Hij had daarenboven, want hij was altijd heel goed op de hoogte, een fijne neus voor politieke strategie - dat werd hem natuurlijk niet altijd in dank afgenomen - en dat is nooit weg als je lid van de gemeenteraad bent. Ik mag de heer Van der Wal namens u allen zeer van harte bedanken voor de inzet die hij voor de publieke zaak aan de dag heeft gelegd. Het is zo langzamerhand een vaste traditie dat - 15 - de dikke Eekhof uit de kast wordt gehaald, maar als je zo lang in de raad zit dan heb je dat boek al half stuk gelezen. Het is ongetwijfeld zo dat de heer Van der Wal de Eekhof thuis op de plank heeft staan. Wij willen onze dank dan ook op een andere manier tot uitdrukking brengen en wel door de heer Van der Wal een boek te geven over de Friese 11 steden. Dat betreft een veel groter deel van de provincie. Misschien is er in die wereld ook nog eens het een en ander voor de heer Van der Wal te doen. Ik kom bij u met het boek. (Applaus) De heer Van der Wal: Mijnheer de voorzitter - u bent van mij niet gewend dat ik zo begin -, geachte raadsleden en goede vrienden en bekenden op de publieke tribune. Normaal mag je je nooit richten tot de publieke tribune, want dan ben je meteen buiten de orde. Vanavond worden er echter zelfs buitenparlementaire actiepamfletten in de raad toegelaten. Ik wil allereerst de voorzitter bedanken voor de vriendelijke woorden die hij bij mijn afscheid als raadslid heeft gesproken. In de tweede plaats wil ik de raad en het college bedanken voor het mooie cadeau. Ik vroeg mij al af of de burgemeester mij de Eekhof zou geven. Dan had ik ongetwijfeld iets gezegd in de sfeer van: Wat een grote verrassing! Maar het boek dat ik nu heb gekregen heb ik inderdaad nog niet. In het boek staan veel historische prenten. Ik vind het een heel mooi cadeau. Dank u wel Ik ben mij er terdege van bewust dat ik in de loop der jaren heel wat van uw geduld en uithoudingsvermogen heb gevergd. Daarom zal ik u ook niet vermoeien met een uitgebreide evalu atie van 16 jaar raadslidmaatschap, hoewel je natuurlijk niet helemaal aan een terugblik ontkomt. Vandaag neem ik voor het laatst - dus niet voorlopig, want dat ben ik niet van plan - het woord in deze zaal. Ik doe dat enerzijds met opluchting, maar anderzijds toch ook wel met enige weemoed. Opluchting, omdat je eindelijk verlost wordt van de voortdurende druk weer op te moeten draven voor de zoveelste vergadering - in toenemende mate worden de vergaderingen op de meest ongelukkige tijdstippen gehouden - over onderwerpen die je soms de ballen interesseren maar ten aanzien waarvan toch van je wordt verwacht dat je er op zijn minst iets zinnigs over zegt. Weemoed, omdat je er toch een behoorlijk stuk van je leven aan gespendeerd hebt, velé leuke en leerzame ervaringen hebt opgedaan en ontzettend veel mensen hebt leren kennen. Dat zal ik ook zeker missen. De vraag die mij de laatste tijd steeds weer werd gesteld was: Hoe heb je het in vredes naam zo lang kunnen volhouden? Men realiseert zich nu dat 16 jaar toch wel erg lang is. Ik had daar nooit zulke eenduidige antwoorden op. Vanmiddag heb ik een en ander puntsgewijs op papier gezet. In de eerste plaats kwam ik in 1972 met een minimum aan verwachtingen in de raad. Als technicus vroeg ik mij af wat je met één van de 37 zetels - later kregen wij twee zetels en nog weer later zelfs vier - voor elkaar zou maken. En zeker in die tijd. De tijd van de provo's en van het klootjesvolk. Ik vroeg mij af wat je eigenlijk in de raad moest doen en vond het dan ook maar grote onzin om mee te doen aan de gemeenteraadsverkiezingen. Niet gehinderd door enige kennis maar wel door een behoorlijke portie faalangst, kwam ik in de raad. Dat betekende dus de eerste jaren in de materie duiken, want je wilde natuurlijk niet afgaan. Al snel bleek dat het wel een paar jaar duurt voordat je het besluitvormingsproces - besluitvormingspel zo je wilt - door krijgt. Daarbij dook dan ook steeds het cliché op: Het is niet de kunst gelijk te hebben, maar gelijk te krijgen. Wij kregen al snel door dat alle prachtige en onzes inziens overtuigende argumenten bij lange na niet voldoende waren om de raad om te krijgen. Dus dat werd actie voeren en publici teit maken. Meestal niet onder onder naam Axies of PAL - want dat schrok de raadsmeerderheid alleen maar af -, maar onder allerlei prachtige schuilnamen. Niet dat je dan onmiddellijk je zin kreeg, maar de publieke opinie werd daardoor wel in onze richting beïnvloed. Als er dan weer verkiezingen in zicht waren, dan vond met name de Partij van de Arbeid dat er toch weer wat tegenwicht geboden moest worden in haar verkiezingsprogramma's. Vaak werd dat na de ver kiezingen dan door de nieuwe fractie geheel of gedeeltelijk overgenomen. Zowel Axies als PAL had verreweg de meeste tijd de mazzel dat zij samen met de PvdA een meerderheid vormde. Dat gaf natuurlijk ook altijd wel enige manoeuvreerruimte. In die zin hebben lokale verkiezingen zeker zin.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1988 | | pagina 8