- 91 -
Ik denk dat heel veel wel zal likken. Wij komen zeker uit op meer dan 50?.
Tot slot zegt de heer Meerdlrk dat er meer gedaan moet worden voor de laagstbetaalden.
Gelet op de keuzes die wij streks bij de voorstellen voor nieuw beleid te behandelen krijgen,
vind Ik dat er In Ieder geval wat dat betreft geen verwijt kan worden gemaft aan het adres van
het college. WIJ geven maar liefst twee-derde deel van de ruimte voor nieuw beleid uit aan het
opzetten van een kortlngsregelIng In het kader van het minimabeleid.
Ik kom dan nu bij de heer Ybema. Ik heb Inderdaad niet gereageerd In eerste termijn op
zijn suggestie om bij de reorganisatie ock het apparaat door te lichten. Wij zijn dat ock heel
nadrikkeIJjk niet van plan. Ik heb al eens eerder uitgelegd dat wij proberen de zeken uit
elkaar te houden. Aan de ene kant hebben wij te mécen met een reorganisatie. De reorganisatie
sec willen wij niet belasten met een taécInventarisatie/een bezuinigingsoperatie/een herwaarde
ringsoperatie. Wij denken dat het al moeilijk genoeg Is om die reorganisatie sec tot een goed
einde te brengen. Als je daar allerlei andere zeken doorheen gaat weven, dan wordt het
Ingewikkeld. Dat wil niet zeggen dat wij niet In het kader van de gewone reguliere herwaar
deringsoperaties - helaas moet Ik zeggen regul Ier - ock onderzoëc doen naar welke tsken er kun
nen worden afgestoten. Wij belasten de projectleiding van de reorganisatie daar niet mee, want
wij doen dat vla een ander spoor. Als daar resultaten uit komen die aanleiding geven om taken
af te stoten, te extenslveren dan wel te privatiseren dan zullen uiteraard die conclusies
meegenomen worden bij het definitief vormgeven van de reorganisatie. Maar dat Is niet een
Integraal onderdeel van het reorganisatieproces zelf. Met andere woorden, ze zullen betrekken
worden bij de verdere uitwerking van de reorganisatie. Ze worden dus niet vanuit het reorgani
satieproces zelf naar voren gebracht.
De heer Rozema vindt taek Inventar Isatle sympathie en wellicht Iets om per onderdeel uit
te voeren. Ik ben dat met hem eens. In feite Is dat de afgelopen jaren ock steeds gebeurd bij
elke herwaarderingsoperatie. WIJ nemen dan een deelsector van het beleid en zien waar de
prioriteiten liggen. Vervolgens gaan wij na op welke wijze wij het gemakkelijkst binnen deze
deelsector bepaalde bij dragen kunnen leveren aan de algemene dienst. Mijn stelling Is dat
taak InventarIsatle een benadering Is, tenminste als je dat per onderdeel doet, die wij al sinds
jaar en dag kennen.
De heer Rozema Is verheugd dat wij een heel eind af zijn van de artikel 12-status. Ik heb
niet gezegd dat wij daar een heel eind van af zijn. Ik heb gezegd dat mij dat op dit moment nog
niet nodig lijkt en bovendien dat Ik dat ongewenst vind. Dat betekent niet dat je daaraan nooit
een keer zou toekomen.
De directie-vacature bij Het PrJncessehof heeft niets te mek en met de problematiek rond de
financiering van het museum. Dat was wel het geval, maar de reden daartoe valt zo langzamerhand
wat weg. Deze zaek heeft wel te mek en met het algemene beleid dat wij In het kader van de
reorganisatie voeren, namelijk om In principe geen nieuwe leidinggevenden meer te benoemen op
functies waarvoor je ock een tijdelijke overgangsmaatregel kunt bedenken. Dat konden wij bij
Het PrJncessehof en vandaar dat wij niet tot een benoeming zijn overgegaan. Wij hebben voor dat
algemene beleid gekozen, omdat wij er vanuit gaan dat wij strdes bij de reorganlsatle
waarschijnlijk meer leidinggevende functies hebben dan er feitelijk vrijkomen. Er zal daarin
gé<ozen moeten worden. Het Is dan altijd handig om niet met een volledige formatieplaats van de
huidige leidinggevende functies te moeten werken, maar dat je een zëcere speling hebt. Vandaar
dit beleid. (De heer Rozema: Kan Iemand van de Reiniging dan naar Het PrJncessehof?) Nee, wij
hebben Intern bij Het Prlncessehof een oplossing kunnen vinden - wij zijn het er met elkaar
over eens dat het geen gelukkige oplossing ls - voor de vraag hoe wij In de periode tot en met
de reorganisatie om moeten gaan met het leidinggeven bij het museum.
Ik wil het hierbij laten.
De heer Mledema (weth.): Voorzitter, een aantal sprécers heeft opnieuw gespreken over het
gescheiden Inzamelen van afval, ock mede naar aanleiding van de motie die de CDA-fractle heeft
Ingediend. Vanuit de raad Is gezegd dat wij wat deze zaak betreft ock een eigen verantwoor
delijkheid hebben en dat wij niet moeten we^crulpen achter het Provinciaal Afvalstoffenplan of
het OLAF. Ik ben het daar van harte mee eens. Ik heb echter de Indrik dat Ik de eigen verant
- 92 -
woordelijkheid Iets anders Interpreteer dan de sprekers. Uit onderzoek Is ons gebleken dat In
gebieden waar gescheiden Inzameling van afval plaatsvindt dat f 40,per adres per jaar kost.
Voor Leeuwarden betekent dat dan 1,2 miljoen gulden, uitgaande van Inzameling In de hele
gemeente. Daartoe zal het afvalrecht moeten worden verhoogd. Volgens mij zal er dan evenwel
sprake zijn van een onverantwoorde verhoging van de huisvestingslasten. Daarmee wil Ik niet
zeggen dat wij nooit die kant op zouden moeten gaan. Wij moeten wel trachten mogelijkheden te
vinden om dat zeer sterk te af te zwakken voordat je werkelijk aan die poging begint. Daar komt
nog het volgende bij.
Als wij op dit moment zouden beginnen met een aparte Inzameling van het groente-, tuin- en
fruitafval dan zou de wethouder en ock de dienst niet weten waar wij met het Ingezamelde afval
naar toe zouden moeten om het op een verantwoorde wijze te verwerken. Die zaken hebben ons
gebracht tot een moment verder studeren op het zoeken van openingen. Dat moment heeft
gewerkt.Ik heb de stellige Indrik dat dit Jaar nog belangrijke besluiten In het kader van de
prijsvorming worden genomen door het algemeen bestuur van het OLAF.
Ik heb de hoop - Ik heb die al een aantal jaren gehad en die blijft - dat ock het provin
ciaal bestuur het Provinciaal Afvalstofenplan II nu toch vast gaat stellen. Alhoewel het van
een heel andere dimensie Is, Is dat plan bijna even belangrijk als de Vierde nota over de ruim
telijke ordening, want wij moeten ock hier weten: denkt het provinciaal bestuur Inderdaad aan
het slechten van provinciegrenzen, wordt er aan een Noordelijke oplossing gedacht, wordt er aan
een Friese oplossing gedacht, wat zijn de openingen, waar zit ruimte?
Als wij spreken over een tijdbalk dan Is het heel goed mogelijk, zoals de zaken er nu voor
staan, dat wij voor juli 1989 met concrete voorstellen In de commissie komen en In de raad en
dat wij 1 januari 1990 met een reële proef kunnen starten. Ik ben bereid, voorzitter, om als
dat geen werkelijkheid zou worden maar ock als het wel werkelijkheid blijkt te zijn In de loop
van het komende voorjaar de Commissie voor Economische Zaken en Bedrijven over de ontwikkeling
met daarbij de eventuele stikken te Informeren.
Naar mijn mening zijn wij dan op een verantwoorde wijze bezig, ock naar de burgers toe wat
de kosten betreft. Op dit moment behoort deze gescheiden inzameling echt nog niet tot de moge-
I Ijk heden.
WIJ hebben deze week twee studenten economie bereid gevonden voor 1 april a.s. een afstu
deerscriptie te maken over het project Inzameling groente-, fruit- en tuinafval In de gemeente
Leeuwarden.
Deze opmerkingen zetten mijns Inziens, voorzitter, deze zaak In een wat breder kader. De
toevoeging van de CDA-fractle aan de motie ontmoet bij mij geen enkel bezwaar. Ik blijf de
motie dan ock een ondersteuning van het beleid vinden. (Mevrouw De Haan-Laagland: U zegt dat er
enerzijds het probleem Is dat de provincie een aantal zaken In het Provinciaal Afvalstoffenplan
moet vastleggen en anderzijds dat niet bëcend ls waar het gecomposteerde afval naar toe moet.
Dat laatste punt Is natuurlijk de kernvraag. Wacht beantwoording daarvan ock op het Provinciaal
Afvalstoffenplan?) Die vraag blijft niet liggen, mevrouw De Haan. Dit Jaar nog wordt er door
het algemeen bestuur van het OLAF besluitvorming gepleegd over de prijsvorming.
Er wordt vanuit gegaan dat In 1989 30.000 ton huisvuil Integraal zal worden aangeboden In
onze gemeente. 20? daarvan - dat Is wel het maximum - kan worden beschouwd als groente-, frult
en tuinafval. Van die waardevolle stoffen kan Iets goeds worden gemaakt. Je kunt natuurlijk
discussiëren over de vraag of de waarde negatief of positief Is. In leder geval Is er sprake
van een waarde die naar mijn overtuiging hoger ligt dan die van het Integraal Ingezamelde
afval. Dte discussie moet worden uitgekristalliseerd. Hopelijk gebeurt dat nog dit jaar.
Op het moment dat die discussie Is gevoerd en er met twee tarieven gewerkt gaat worden,
heeft het OLAF het kalenderjaar 1989 nog om een plaats te zoeken en In te richten waar
groente-, fruit- en tuinafval op een verantwoorde wijze tot compost gemadet kan worden. En dan
zijn de problemen per 1 januari 1990 opgelost.
Binnen ons circuit dienen wij voorbereidend werk te doen, zoals het meken van berëcenlngen
en het bepalen van de omvang van de proef waar wij In 1990 mee willen starten. Willen wij de
proef per 1 januari 1990 starten, dan moeten voor 1 juli 1989 deze werkzaamheden zijn afgerond,
want er zal ock nog materiaal moeten worden aangepast of aangeschaft terwijl ock voorlichting
aan de wijkbewoners gegeven zal moeten worden.