- 30 - worden. Het kan ook zijn dat zaken langer duren dan In eerste Instantie Is Ingeschat. Naar belde situaties betekent dat dat taakstellingen soms moeten worden bijgesteld. Overigens, als er een gevoel zou zijn dat wij op grote schaal taakstellingen niet zouden halen dan zou Ik dat met kracht van de hand willen wijzen. Het komt nog wel eens voor dat een taakstelling qua tijdstip niet gehaald wordt en dat die soms een Jaar of twee Jaar later wordt gerealIseerd. Maar het aantal voorstellen dat wij echt naar omvang In belangrijke mate niet halen Is naar mijn gevoel op de vingers van één hand te tellen. Dan het punt perspectivische verkleining. De heer Koopmans vraagt hoe wij dat afdekken. In feite dekken wij dat af - Ik heb dat ook al eens eerder In deze raad naar voren gebracht - door, zoals tot en met beleidsplan 1987-1991 het geval was, ntet meer tevreden te zfjn als het eind van het beleidsplan sluit met een saldo nul, maar pas tevreden te zijn als het sluit met een behoorlijke plus. In het huidige beleidsplan zit zelfs een plus van zes a zeven miljoen. Dat dekken wij door heel concreet op dit moment over bezuinigingsvoorstellen te praten. Ik wil het anders formule ren. Vier of vijf jaar geleden zouden wij op basis van de financiële gegevens die toen voorla gen niet een bezuinigingsoperatie van vier of vijf miljoen Inzetten, maar zouden wij gaan denken: Aha, aan het eind van de beleidsplanper lode zit er een plus van twee a drie miljoen, weet Je wat wij kunnen voor twee a drie miljoen nieuw beleid gaan entameren. De fundamentele verandering die twee of drie Jaar geleden Is Ingezet Is het accepteren van het ervaringsfeit dat het saldo van tegenvallers en meevallers In leder geval de afgelopen Jaren altijd negatief was. Op grond daarvan heeft het college gezegd dat niet een nul aan het eind van de belelds- planperlode tot tevredenheid stemt, maar dat het een forse plus moet zijn omdat wij daarmee de perspectivische vertekening van de Jaren die volgen kunnen invullen. Kortom, Ik denk - hiermee kom Ik tegelijkertijd bij een ander punt dat de heer Koopmans aan de orde heeft gesteld - dat wij op de goede weg zijn. De tendens die de afgelopen Jaren feitelijk optrad, het dekken van de Incidentele tekorten uit de eerste Jaarschijven uit het beleidsplan door middel van een greep In de reserves, kan gekeerd worden. Over niet al te lange termijn zullen wij zo ver zijn dat ook de eerste jaarschijf van het beleidsplan direct op nul sluit. Wij zullen dan niet meer met name een greep In de reserves hoeven te doen, want dat Is In feite de hoofdoorzaak dat de reserves van ongeveer 30 miljoen gulden op dit moment zijn afgezakt naar een bedrag In de orde van grootte van nul of eventjes daaronder. Het terugdraaien van die tendens Is de hoofdopdracht die wij ons als college stellen. Vei volgens, als ons dat eenmaal Is gelukt, is de vraag aan de orde wat ons reservebei eld Is, bin nen welke marge wij tevreden zijn. Ik wil daarover nu al Improviserende Iets van zeggen. BIJ een reserve van onder de drie miljoen gulden moeten de alarmbellen gaan rinkelen. Dan moet men zich gaan afvragen wat er aan de hand Is. Van een reserve boven de drie miljoen tot bljvooi beeld tien miljoen zou je moeten zeggen dat dat de marge Is waarbinnen Je Je ongeveer moet bewegen. Bij een reserve boven de tien miljoen gulden zou je min of meer tevreden achterover kunnen leunen. Wat mij betreft zou dit al Improviserende op dit moment het beleid moeten zijn. Duidelijk Is wel dat op dit moment de reserve uitkomt op nul en zelfs tijdelijk daar eventjes onder zakt, dat daarom de alarmbellen rinkelen en dat dat tot beleldsdaden zoals de zaken die nu voorliggen aanleiding zou moeten geven. Tot slot nog een opmerking In de richting van de heer Koopmans over het vacaturebei eld. Ik wil eerst een misverstand uit de weg ruimen. Het ls niet zo dat wij op dit moment een vacature stop hebben of dat wij door middel van het vacaturebei eld taakstellingen Invullen. Op dit mo ment hebben wij een beleid waarbij wij taakstellingen zo concreet mogelijk Invullen, bijna aan wijsbaar soms naar de desbetreffende formatieplaatsen. Formatieplaatsen komen op een herplaat singslijst danwel, als er een vacature ontstaat In de desbetreffende sector, wordt die vacature niet vervuld. Dat betekent dat alle andere vacatures waar geen taakstelling op rust, wanneer die worden aangemeld bij de vacaturecommissie, In principe worden vervuld, zij het dat er momenteel nog een Incidentele herwaarderIngsoperatie loopt waarbij wij nagaan of een vacature voor een periode van acht maanden kan worden vertraagd. Ik kom dan nu bij de heer De Beer. Hij vraagt evenals de heer Koopmans heeft gedaan naar de haalbaarheid van voorgaande herwaarder 1ngsvoorstellen. De heer De Beer doet de suggestie om daarover met een lijstje In elke functionele commissie te komen. Ik wil die suggestie niet - 31 - overnemen. Iets anders ls dat Ik mij kan voorstellen dat op gezette tijden - bijvoorbeeld één keer per halfjaar of één keer per Jaar - ook de functionele commissies ge'informeerd worden over de vraag welke herwaarderingsoperaties er nog lopen binnen de desbetreffende sector en hoe ver het daarmee staat. Het lijkt mij nuttig dat raadsleden daarover worden ge'fnformeerd. Maar om dat nu in elke commissievergadering te doen - sommige commissies komen wel één keer in de drie weken bij elkaar - lijkt mij wat te veel van het goede. De suggestie om één keer per halfjaar Informatie te verstrekken kan wat mij betreft worden meegenomen- De heer De Beer vraagt zich af hoe de afname van een 20-tal formatieplaatsen ls gevallen bij de belangenorganisaties. Ik heb alleen de opvattingen binnen het Georganiseerd Overleg gehoord. Van die kant Is de zaak beoordeeld en Is onvrede uitgesproken dat het zo moet, maar toch wel met begrip voor de financiële situatie. Men heeft zich er niet tegen verzet en het In feite als een soort onontkoombaarheid geaccepteerd. Ik kom nu bij een aantal opmerkingen van de heer De Beer die te maken hebben met de belastingen. Het kwljtscheldlngsbeleld. De heer De Beer zegt dat dat niet binnen de ogb moet worden opgevangen, maar binnen de algemene middelen. Het ls duidelijk dat het college wat dat betreft een andere koers vaart. WIJ proberen In principe om datgene wat wij door kwijtschelding minder aan belasting kunnen Innen in feite vla de belastingtarieven zelf te compenseren. Ik heb het voorstel van de heer De Beer om het rioolrecht per inwoner te gaan te betalen als een suggestie opgevat om het rioolrecht af te schaffen en alles binnen te halen vla de ogb. In principe kan dat, maar het zal duidelijk zijn dat het college daar niet voor Is. Overigens ga ik er vanuit dat deze discussie naar de vergadering van 5 Juni verschoven wordt. Ik kom nu bij de heer Meerdlnk. HIJ zegt dat er sprake is van een loterij en dat er geen politieke benadering heeft plaatsgevonden. Ik wil dat op alle mogelijke manleren ontkennen. Met name deze herwaarderingsoperatie wordt gekenmerkt door een sterke politieke benadering. In eerste Instantie 1s in overleg met de afdeling Financiën door het college een aantal invalshoeken feitelijk vastgesteld. Het college heeft daar ook een beslissing over genomen- Vervolgens hebben de portefeu!Ilehouders huiswerk gekregen In die zin dat zij binnen hun eigen portefeuille voor een bedrag van één miljoen gulden aan herwaarderIngsvoorstellen zouden moeten bedenken en ook de vrijheid hadden om ln andere sectoren voorstellen te bedenken. Daarbij zijn de Invalshoeken heel nadrukkelijk meegegeven als denkkader- Op basis van de voorstellen die daaruit naar voren zijn gekomen heeft zich ln het college een politieke discussie ontwikkeld die heeft geleld tot de voorstellen zoals die thans voorlig gen. Duidelijk Is wel, maar dat ls Inherent aan de grote waslijst van zaken waar wij In de gemeente mee bezig zijn, dat daar niet een heel heldere, visionaire politieke visie op hoofdlijnen uit naar voren ls gekomen waardoor als een soort logische benadering alle herwaar der Ingsprojecten aan een soort herwaarderIngs rode draad gesnoerd kunnen worden. Dat ls gewoon simpelweg niet mogelijk. Het gaat In een heel groot aantal gevallen om het vergelijken van appels en peren. Je kunt dat alleen maar doen door zo goed mogelijk alle voorstellen die bedacht kunnen worden binnen het college - het ls heel nadrukkelijk het dagelijks bestuur geweest met een toch ruime politieke ervaring dat daarmee bezig Is geweest - met elkaar te confronteren. Daar ls dit verhaal uit naar voren gekomen. Helaas, want Ik zou het ook mooi vinden als wij daar een heel heldere rode draad ln zouden herkennen, blijken dan die Invalshoeken - alhoewel Je ze theoretisch van tevoren wel kunt be denken - In de dagelijkse praktijk van het Invullen van zo'n herwaarder 1ngsoperatie onvoldoende hout te snijden om op basis daarvan, behalve achteraf, de voorstellen te rubriceren. Vooraf hebben ze geen echt sturende werking, behalve als een soort aandachtspunt bij het bedenken van de voorstellen door de desbetreffende portefeuillehouder. Ik kom daarmee bij de moties van PAL. Motie 2 gaat over het niet verlagen van de storting In het Fonds podiumkunsten. Alhoewel ook het college van mening ls dat dit In zekere zin een vervelend voorstel Is - binnen de podiumkunsten gebeuren uiterst aardige dingen - hebben wij gelet op de financiële situatie gemeend de raad dit voorstel te moeten doen. Wij denken dat het door een scherpere prioriteitsstelling binnen dit fonds mogelijk Is om het bedrag van f 25.000,te besparen. Op de Projecten Mensen Zonder Werk ben Ik al ingegaan In reactie op mevrouw De Haan. Het vormlngs- en ontwikkelingswerk tn buurten samen met emancipatie-activiteiten. In feite

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1989 | | pagina 16