- 14 - gemeente ook als werkgever een verantwoord sociaal beleid heeft te voeren, en d. de bonden hierover niet hebben kunnen adviseren. Kortom, om deze redenen wijzen wij deze alternatieve dekking van de hand. Om een heel lang verhaal kort te maken, mijnheer de voorzitter,: WIJ stemmen niet In met de bezuiniging op de budgetten voor buurtorganisaties. WIJ stellen daarvoor In de plaats een andere dekking voor zoals die In de motie Is vastgelegd. Voor het resterende deel doen wij nog een suggestie en vragen het college ons daarover te rapporteren. Verder stellen wij voor vana vond niet te besluiten over de belastingverhoging maar dat te doen In Juni als de Voorjaarsnota In de raad aan de orde Is. Ik wil het hierbij laten, mijnheer de voorzitter. De heer Koopmans: Mijnheer de voorzitter, het Is vanavond de tweede keer In de zittingspe riode van deze raad dat er een vrij omvangrijke herwaarderingsoperatie dient te worden bespro ken en dat daarover besluiten moeten worden genomen. In de afdel 1ngsvergaderlngen Is daarover Inmiddels de nodige Informatie verstrekt. Vanavond wil mijn fractie zich dan ook beperken tot enkele beschouwingen over de financiële positie van onze gemeente. Daarenboven zal aan een enkel voorstel tot bezuiniging bijzondere aandacht worden besteed. Reeds geruime tijd Is de financiële positie van onze gemeente zorgelijk te noemen. Dat blijkt onder meer uit een aantal feiten. Ik noem de volgende: de meerjarenramlngen, de reke ninguitkomsten en de stand van de reserve. Om te voorkomen dat de zaak uit de hand loopt stelt het college nu voor om vijf miljoen gulden om te bulgen. Daarin zit dan ook een bedrag van vier ton voor nieuw beleid. Inmiddels Is ons evenwel uit de pers gebleken dat ook de Voorjaarsnota Is verschenen. Daaruit vloeien eveneens een aantal voorstellen voort. Hoewel wij nog geen kennis hebben kunnen nemen van alle facetten van de Voorjaarsnota, schijnt ook die nota nog enige verrassingen In negatieve ztn In petto te hebben. Mijn fractie vraagt zich In dat verband af - zij heeft dat In de Commissie voor de Financiën ook al gedaan - of behandeling van deze ombulgtngsoperatle en de Voorjaarsnota niet gekoppeld hadden behoren te worden. Ik wil daarover graag de mening van het college horen. Ik kan nu al zeggen dat Ik akkoord ga met het voorstel van mevrouw De Haan om de belastingvoorstellen te verschuiven naar Juni. Het voorstel van het college beloopt zoals reeds gesteld vijf miljoen gulden. Indien de raad hiermee akkoord gaat dan zullen de voorstellen worden verwerkt In het. beleidsplan 1990-1993. Mijnheer de voorzitter, mijn fractie heeft ernstige zorg over de vraag of de vooi stellen zoals die nu voorliggen voldoende zullen zijn. Voldoende om te komen tot een gezond financieel beleid, want dat moet naar onze mening het uitgangspunt zijn. Na deze operatie moet het naar onze overtuiging zo zijn dat onze gemeente weer vooruit kan, dat de Inkomsten en uitgaven weer tn evenwicht zijn en dat een zekere reserve kan worden opgebouwd. Wij hebben met veel belangstelling kennis genomen van het artikel In de Leeuwarder Courant van afgelopen zaterdag waarin het hoofd van de afdeling Financiën en Belastingen zijn visie gaf op de financiële situatie In onze gemeente. Onwillekeurig drong zich een vergelijking op met professor Rutten die af en toe over de landelijke economische situatie zijn licht laat schij nen. WIJ delen de mening van de heer Koning dat de situatie zorgelijk Is. Ook onderschr1Jven wij de opmerking dat er In het verleden veel geld Is besteed voor goede doelen. Het verhaal over een eventueel faillissement en de bezittingen Inclusief het stadhuis die tegenover de schulden zouden staan, laten wij voor wat het Is. Onze zorgen, mijnheer de voorzitter, over de financiële positie van de gemeente vloeien voort uit de volgende aspecten: de uitkomst van de rekeningen tot dusverre, de perspectivische vertekening waarover wordt gesproken, de reservepositie en niet In de laatste plaats de haalbaarheid van deze voorstellen en met name de haalbaarheid van eerdere ombuigingsoperaties. Onze zorg Is door de antwoorden van het college naar aanleiding van vragen tijdens de afde- IIngsvergaderlngen door de diverse fracties gesteld niet weggenomen. Integendeel zelfs. Wij hebben de Indruk dat er In onvoldoende mate rekening wordt gehouden met het verschijnsel van perspectivische vertekening alsmede met de daadwerkelijke opbouw van een redelijke reserve. Weliswaar Is het streven erop gericht om aan het eind van de bel eldsperlode zes a zeven miljoen - 15 - gulden op te bouwen, maar op welke wijze dat exact gebeurt hebben wij uit de stukken nauwelijks kunnen afleiden. Op elk van de zoëven door mij genoemde aspecten zal Ik kort Ingaan. In de eerste plaats de uitkomst van de rekeningen. Meer dan een keer heeft mijn fractie aangedrongen op Inzicht In de oorzaken van de rekeningtekorten en aangedrongen op analyses terzake. Daardoor zouden oorzaken en overschrijdingen kunnen worden blootgelegd. Wethouder Kessler heeft bij de behandeling van de begroting 1989 nog meegedeeld dat het voorlopig niet mogelijk zou zijn over die analyses te beschikken. HIJ stelde voorts dat wij naar zijn mening ook niet al te hoge verwachtingen van die analyses zouden moeten hebben. WIJ varen wat dat betreft niet blind, aldus de wethouder. Welnu, voorzitter, de conclusie die mijn fractie uit de gepresenteerde rekeningtekorten trekt Is een vrij simpele. Naar de mening van mijn fractie leven wij op te grote voet en geven wij te veel uit. Dat zal moeten worden rechtgetrokken. Naar onze mening Is het versneld Invoeren van het budgethoudersschap - en dan over een breed terrein - daartoe een middel. In de beschouwing van het college over de financiële positie wordt gesproken van perspec tivische vertekeningen. Daarmee wordt aangegeven dat de Indertijd geraamde omslag van een nega tief saldo In een positief saldo naarmate dat tijdstip nadert steeds verder naar de toekomst Itjkt te wijken. Bestaan van dit verschijnsel wordt aan de hand van ervar1ngsclJfers aange toond. Voorzitter, wij zijn van mening dat rekening moet worden gehouden met de perspectivische vertekeningen. Met andere woorden, bij het treffen van maatregelen om te komen tot een gezond financieel beleid moet ook rekening gehouden worden met tegenvallers voortvloeiende uit de perspectivische vertekening. De ombuigingen zullen anders gezegd ook daarop betrekking moeten hebben. De reservepositie. Het college geeft op vrij heldere wijze aan hoe het met de reserve Is gesteld. Eind 1982 was er nog 32 miljoen gulden. Thans, 1989, Is de reserve vrijwel nihil. Tussen 1982 en 1989 was de reserve nog aangevuld met de opbrengst van de verkoop van het GEB. Voorzitter, wij willen met klem benadrukken dat wij uit de stand van deze reserve alsook uit de herwaarderingen die reeds zijn uitgevoerd of nog uitgevoerd moeten worden niet de conclusie trekken dat er In de loop van de tijd een slecht beleid Is geweest, dat er op onverantwoorde wijze met geld Is gesmeten. Bepaald niet. Onze fractie vindt dat er door de bank genomen een goed beleid Is gevoerd. Er Is zeer veel ten behoeve van onze gemeente tot stand gebracht. Onze fractie heeft daar doorgaans van harte aan meegewerkt. Maar, voorzitter, onze fractie Is thans van mening dat het tijd wordt de tering naar de nering te zetten. Dat houdt naar onze mening ook In dat er weer een zekere reserve moet worden opgebouwd. Hoe hoog die moet zijn? In het verleden Is wel eens een bedrag van drie miljoen gul den genoemd. Heeft het college op dit punt een beleidsvisie ontwikkeld zoals die wordt aange kondigd In het collegeprogramma en In december vorig Jaar bij de begrotingsbehandeling Is toegezegd? Voorzitter, een gezonde financiële positie Is naar onze mening van zeer groot belang voor een gemeente die een centrale positie Inneemt, voor een gemeente die knooppunt wordt. Een zekere reserve Is nodig om In voorkomende gevallen uit te putten. Daardoor wordt de gemeente minder kwetsbaar en behoeft de gemeente niet vanaf de eerste tot aan de laatste cent bij derden de hand op te houden. In dit verband willen wij nogmaals aandringen op verbetering van de admi nistratieve organisatie. Als die goed Is wordt ook het Inzicht In de financiële positie ver beterd. Tot slot, voorzitter, hebben wij genoemd de haalbaarheid van de voorgestelde ombuigingen. Wij komen hierop omdat ons Is gebleken dat de ombuigingen van twee Jaar geleden bij lange na niet zijn gerealiseerd. Daarom Is het voor onze fractie beslist noodzakelijk Inzicht te krijgen In de haalbaarheid van reeds besloten bezuinigingen. Natuurlijk gaat het ons daarbij om de oor zaken van het niet halen van de doelstellingen. Zonodig moeten alternatieven voor niet haalbare posten worden aangedragen. Ook ten aanzien van hetgeen thans wordt voorgesteld moet duidelijk zijn dat de kans op realiseerbaarheid zeer groot Is. Aan gebakken lucht hebben wij op dat punt niets. Een aantal voorstellen Is dusdanig zacht dat aan realisatie getwijfeld moet worden. Als voorbeelden noemen wij de voorgestelde bezuinigingen met betrekking tot de kantinevoorziening, de DSW en het GML/Kreat1vIteltscentr urn

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1989 | | pagina 8