dat met name de ambtenaren van de desbetreffende secretarie-afdeItng zich hiermee hebben bezig gehouden. Het is u bekend dat die geen geld kosten althans in ons denken lijkt dat zo te zijn. Overigens is er ook een kaartje gemaakt. Het argument van de kosten vind ik nauwelijks een doorslaggevend argument. Tot slot de opmerking mijnerzijds dat planningslijstjes van de DSO uiterst interessant zijn, maar dat ze pas echt van waarde zijn als college dan wel raad een besluit hebben genomen. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en wmet inachtneming van de toezegging van de wethouder en met aantekening dat de PAL-fractie wenst te worden geacht tegen te hebben gestemd. Punten 7 en 8 (bijlagen nrs. 206 en 194). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 9 (bij lage nr. 203). De Voorzitter: Dit punt luidt: Vaststelling Studie Vrije Sectorkavels gemeente Leeuwarden. De heer Ten Hoeve: Mijnheer de voorzitter, ik wil graag een aantal opmerkingen maken over de Studie Vrije Sectorkavels gemeente Leeuwarden. Wij zijn blij dat de studie er is en dat die vanavond kan worden vastgesteld. De wethouder heeft bij agendapunt 6 gezegd dat het plan waar de heer Meerdink over sprak niet in deze studie zit. Met de vrije sectorkavels is haast gebo den. Voor Leeuwarden is het immers van groot belang dat er op de woningmarkt veel types wonin gen beschikbaar zijn. Naast het aanbod in de sociale huuien koopsfeer moeten ook in de vrije sectorsfeer woningen te koop en te bouwen zijn, want dat is van groot belang voor een evenwich tige bevolkingsopbouw van Leeuwarden. Na de commissiebehandeling wil Ik nog een paar zaken benadrukken. Wij vinden het van groot belang dat de prijs van de kavels die er komen - daar is bij agendapunt 6 ook een opmerking over gemaakt - concurrerend is. Mst de randgemeenten moeten wij de concurrentie aangaan. Wij moeten aantrekkelijke kavels aan kunnen bieden. Wanneer die kavels er eenmaal zijn dan is het ook van groot belang dat wij op een actieve manier de markt op gaan. Er zal een goede campagne opgezet moeten worden met een professionele presentatie. Daarnaast is het van belang dat bij de uitwerking van de plannen ook veel aandacht is voor de kwaliteit van de verschillende lokattes. Verder vinden wij het van belang dat er voorwaarden worden gesteld aan de architectuur en de stedebouwkundige invulling van de plannen. Dat geldt zeker het sterkst voor die lokaties die op beeldvormende plekken van de stad gelegen zijn, de toegangen tot de stad. Als voorbeelden noem ik het terrein aan de Gronfngerstraatweg, bij Goutum en aan het Kal verdijkje. Ik heb zojuist al gezegd dat wij concurrerend moeten optreden. Het is dan ook van belang dat de lokaties die uitgezocht zijn snel beschikbaar komen en dat er niet op één maar tegelijk op meerdere lokaties mogelijkheden ontstaan. BestemmingspIantechntsch zullen de zaken wat dat betreft ook snel rond gemaakt moeten worden. In de Studie Vrije Sectorkavels komt ook naar voren dat er kavels in soorten worden aange boden. Daar zijn wij het mee eens. Er zijn kavels van verschillende grootte, losse kavels, kavels voor het woningtype twee onder één kap en ook, dat is zo langzamerhand bekend, kavels voor stadsvilla's. Wij vinden het belangrijk dat dte verschillende soorten op de markt komen. Bij de uitwerking van de plannen lijkt het ons ook van groot belang dat het water daarin zo veel mogelijk een rol gaat spelen. Water is kenmerkend voor Nederland en zeker voor Leeuwar den. Daarnaast kan het water een heel wervende functie voor de terreintjes hebben. Ik wil ook nog een opmerking maken over Goutum. In de studie waar wij het vanavond over - 13 - hebben gaat het alleen over het gebied aan de Wergeasterdyk. In de verschillende vergaderingen waarin wij er over hebben gesproken - ook bij de Dorpennota - is mijn fractie akkoord gegaan met deze lokatie. Dat is verder geen punt. In de laatste vergadering van de Commissie voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting is ook nadrukkelijk door de insprekers de lokatie genoemd die niet in deze studie staat, name lijk die ten zuiden van het Van HarfnxmakanaalHet college loopt in de raadsbrfef daar ook al wat op vooruit. Wij willen op zich de plannen daarvoor afwachten. Maar omdat deze zaak gewoon boven de markt hangt en mensen hiermee bezig zijn, hebben wij er in onze fractie over gespro ken. Wat ons betreft kan er verder gewerkt worden met het ontwikkelen van plannen in dit gebied. Jaren geleden heeft de raad het plan Wiardaburen vastgesteld, met de beste bedoelingen overigens. Sindsdien zijn er nieuwe ontwikkel ingen: de groei is niet zo geweest als wij ver wacht hadden, er zijn andere inzichten gekomen. Wij vinden het goed dat er op die ontwikkelin gen wordt ingespeeld en dat er gekeken wordt naar het vinden van goede mogelijkheden in de stad. Wij denken dat de lokatie ten zuiden van het Van HarInxmakanaaI daar een bijdrage aan kan leveren. Wat ons betreft kan met die ontwikkelingen - de plannen op zich zullen wij nog gaan beoordelen - doorgegaan worden. Tot slot heb ik nog een paar detaiIopmerkingen. Graag aandacht voor de molen - dat is overigens ook al toegezegd - tn het gebied Kal verdijkje. Nu wat ons betreft de oostelijke kant van de noordtangent in ieder geval van de baan is, willen wij vragen of het terrein Tylkedam niet wat groter kan worden. Verder denken wij dat wij met deze lokaties, naast de zonneweide van het zwembad waarover wij nog geen best issing hebben genomen, voorlopig wel vooruit kunnen. Daarnaast is het zo dat deze studie met vrij veel haast is samengesteld en dat wij een aantal jaren niet naar dit soort dingen hebben gekeken. Daarom vraag ik er nu al alert op te zijn of er In de toekomst niet meer van dit soort terreinen in de stad moeten komen. Mogelijkheden als het Kurkemeer en eventueel het vel Ifngterretn in Huizum waar ontwikkelingen zijn moeten wat dat betreft ook in de gaten worden gehouden. Ik wil het hierbij laten, mijnheer de voorzitter. Mevrouw VI ietstra (weth.) is inmiddels ter vergadering gekomen. De heer Heins: Ik kan mij voor het overgrote deel vinden in de woorden die de heer Ten Hoeve heeft gesproken. Ook PAL heeft waardering voor het rapport Studie Vrije Sectorkavels. PAL heeft zich altijd al voorstander getoond van het opvullen van open plekken in de stad. Ik her inner onder andere aan de discussie rond Wiardaburen. Ook vanuit het oogpunt van de volkshuis vesting zijn wij voorstander van een grote mate van diversiteit van woonvormen in de stad. PAL kan zich ook vinden in het gestelde In de raadsbrfef. Ten aanzien van twee zaken wil ik een aantal kanttekeningen maken. Ik kan mij voorstellen dat vanwege de haast waarmee het rapport is gemaakt deze twee zaken wat over het hoofd zijn gezien- In de eerste plaats mis tk een algemene benadering van wat genoemd wordt de positieve lig gingsfactoren. De heer Ten Hoeve heeft ook al gezegd dat er wel IIcht nog andere terreinen zijn die in aanmerking komen voor plaatsing op de lijst. Hij noemde in dat verband onder andere het Kurkemeer, een lokatie die ook ons voor ogen stond. Met andere woorden, waar moet een lokatie aan voldoen om op de lijst te worden opgenomen. In de tweede plaats wil ik graag weten wanneer het moment komt dat het beleid voor een nieuw opgenomen lokatie herzien moet worden. Je gaat als gemeente geld investeren tn grond en het is zeker niet ondenkbeeldig dat bepaalde lokaties of delen daarvan zeer slecht in de markt blijken te liggen. De gemeente loopt het risico daar dan Jarenlang mee te blijven zitten. Dat geeft renteverlies. Is hier een strategie voor ontwikkeld? Zo niet, zou het dan niet zinvol zijn dat alsnog te doen? In zijn algemeenheid dus meer flexibiliteit en dynamiek in het te voeren beleid.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1989 | | pagina 7