I
- 12 -
dat bekend werd dat er gemeenten zijn dfe een eigen regeling hebben opgestart waarin niet meer
gevraagd wordt dan een handtekening van de betrokken ambtenaar zonder enige navraag en contro
le, heb Ik voorgesteld om ook in Leeuwarden de notariële akte als verklaring genoemd in artikel
1 van het concept-besluit te accepteren. Bovendien hebben al veel mensen met eigen bezit, bij
voorbeeld een koophuis, een dergelijke akte en hoeft de gemeente zelf geen tijd en ambtelijke
energie te steken in het opstellen van het een en ander.
Tijdens de bespreking in de commissie was het niet mogelijk om inhoudelijk over de verkla
ring, genoemd in artikel 1 van het concept-besluit, te spreken. Deze was niet aanwezig. Wel-
I icht kan de wethouder op dit moment iets meer zeggen over de inhoud van de gevraagde verkla-
r ing.
Het gaat mijn fractie om een zorgvuldige behandeling van deze zaak, want het kan gaan om
grote bedragen. Ik heb de indruk dat alle fracties daarmee kunnen instemmen. Wanneer het colle
ge mij duidelijk kan maken dat dezelfde zorgvuldigheid wordt geboden door middel van een ge
meentelijke verklaring als door middel van de verklaring die ik heb voorgesteld, dan zou mijn
fractie alsnog in kunnen stemmen met het voorstel van het college. Ik ben benieuwd naar het
antwoord van het college.
De heer Kessler (weth.): De verklaring waar de heer Rozema naar vraagt lag bij de voor de
raadsleden ter inzage gelegde stukken. De heer Rozema had die dus kunnen lezen. Ik wil de in
houd van de verklaring echter nog wel even voorlezen.
"1 Ondergetekende,
Naam
Voornamen:
Geboortedatum
Adres:
WoonpIaats:
verkI aart:
a. dat de mede-ondergetekende, met wie hij /zij met ingang vansamenwoont op boven
staand adres, zijn/haar reIatiepartner is;
b. dat hij/zij beëindiging van zijn/haar relatie met mede-ondergetekende terstond ter ken
nis zal brengen van het bevoegd gezag.
2. Mede-ondergetekende,
Naam:
Voornamen:
Geboortedatum
bevestigt dat de ondergetekende, met wie hij/zij met Ingang vansamenwoont op boven
staand adres, zijn/haar rei atiepartner is.
Datum: Datum:
Mede-ondergetekende: Ondergetekende:
De heer Rozema: U controleert, zo heb ik begrepen In de vergadering van de commissie, ook
het adres?
De heer Kessler (weth.): Als noot aan de voet van de verklaring staat nog: "1. Bij het in
leveren van bovenstaande verklaring moet voor beide ondergetekenden een uittreksel uit het be
volkingsregister worden overgelegd. 2. Voor de ambtenaar kan tegelijkertijd slechts één persoon
als relatiepartner worden aangemerkt."
- 13 -
De heer Rozema: Mijnheer de voorzitter, ik kan instemmen met het voorstel van het college.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 19 (bijlage nr. 243).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijzigen van de gemeentebegroting en de begrotingen van de
Dfenst Stadsontwikkeling en het Gemeentelijk Woningbedrijf voor het dienstjaar 1989.
Algemene Dienst.
De hear Bilker: Foarsitter, ik wol eat oer punt 4. "Beleidsplan museum Het PrIncessehof"
slzze. Trije wiken lyn hat de ried it beltedsplan oannommen. Us fraksje wie It ynhaldlfk dér
mei iens, mar hie muoite mei de wfze wêrop de finansiering fan de fiif ton ta stan kaam. No
léze wy yn dizze riedsbrief dat de dekking dochs wer op in oare wize plakfynt, nammentlik yn
twa dielen. Oer it earste diel hawwe wy, sa haw ik alteast begrepen, yn wezen al stimd. Mar no
komt der in twadde diel by, nammentlik in bedrach fan f 242.000,dat ut de stelpost "ten
behoeve van een concertzaal en kleinschalige theatervoorzieningen" helle wurdt. Us beswler wie
trije wiken lyn dat wy oer de dekking as sadanlch gjin ynhaldlike ofweaging meitsje koenen. Doe
haw ik begrepen dat dekking plakfine soe ut de frijkommende Pr incessehof-j i I den. No docht b I f—
ken dat dat foar de helte dêrfan bart en dat de oare helte ut niis neamde stelpost komt.
Konkiuzje fan my op dit mom int is dat der wol in ofweaging binnen it kultuerbel led plak
fynt. Ik haw dêrom twa fragen. 1. Wêrom hat it kolleezje nei de foarlge rledsgearkomste dizze
kar makke? 2. Hat dizze kar ek noch konsekwinsjes? Us fraksje is fan betinken, foarsitter, dat
wy dat, as der konsekwinsjes binne, dochs wol earst - ik haw dat trije wiken lyn ek sein - yn
de Kommisje foar Wo Iwêzensoange legenheden besprekke moatte soenen.
De heer Meerdink: Ik wil ook een opmerking maken over punt 4. Beleidsplan museum Het Prfn-
cessehof. Naar de mening van mijn fractie behoren ontwerp-raadsbeslutten in de raadsadviescom-
missie aan de orde te komen, zodra het om meer gaat dan louter beheerszaken. De heer Bilker
heeft al gewezen op de discussie die in de vorige raadsvergadering heeft plaatsgevonden rondom
het krediet voor verbetering van de accommodatie van Het PrincessehofUit de toen aan de orde
zijnde raadsbrief kregen wij de indruk dat de dekking werd gezocht in de vrijkomende middelen
die het gevolg waren van de toezegging van het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cul
tuur ten aanzien van de rijksbijdrage voor Het PrincessehofNu blijkt dat het net iets gecom
pliceerder ligt dan in die raadsbrief werd voorgesteld. In de vorige vergadering is het besluit
genomen, met de stem van onze fractie tegen, dat de accommodatie toch verbeterd moet worden.
Maar nu is er toch tets anders aan de hand.
De stelpost ten behoeve van een concertzaal en kleinschalige theatervoorzieningen is neem
ik aan bedoeld voor die voorzieningen en niet zonder meer voor het verbeteren van de accommoda
tie van Het Princessehof. Daarnaast is het zo dat In het beleidsplan 1990-1994 van het museum
een passage staat over de concertzaal en wat de consequenties zijn voor Leeuwarden van het
herenakkoord. Ik krijg daardoor de indruk dat in de Commissie voor Het Princessehof of in het
college van b. en w. een voorschot genomen is op een discussie die eigenlijk nog moet gaan
plaatsvinden over de vraag wat wij gaan doen met de vrijkomende middelen nu duidelijk is dat
het herenakkoord zijn consequenties heeft en dat waarschijnlijk in ieder geval een concertzaal
in Leeuwarden niet nodig zal zijn.
Op grond daarvan wordt nu voorgesteld om ook de stelpost ten behoeve van een concertzaal
en kleinschalige theatervoorzieningen voor een deel te gebruiken voor het verbeteren van de ac
commodatie van het museum Het Princessehof. Ik vind dat die discussie eigenlijk - ik vraag dat
nu nog dringender dan de vorige keer - in de Commissie voor Welzljnsaangelegenheden thuishoort.
Ik wil het college dan ook uitnodigen om de discussie alsnog in ieder geval voor het deel dat
betrekking heeft op de stelpost ten behoeve van een concertzaal en kleinschalige theatervoor-