- 16 - meer Is dan die drie ton. Nogmaals, er Is niets anders aan de hand dan een voorfinanciering vanuit genoemde stelpost. Ik kan mij voorstellen dat dat verwarring oplevert. Vandaar mijn voorstel om deze zaak nog een keer uitgebreid aan de hand van getal letjes In de Commissie voor de Financiën te bespreken. De Voorzitter: Ik zou dit agendapunt nu procedureel willen afhandelen. Ik stel voor eerst te stemmen over het raadsvoorste I met uitzondering van het op bladzijde 2 onder Algemene Dienst genoemde punt 4. Beleidsplan museum Het Pr incessehofwant dan krijgen wij een heldere besluit vorming. Dat heeft uw Instemming begrijp ik. Op bladzijde 4 staat onder Algemene Dienst, punt 3. Voorbereidingskredieten c.a. voor ci vieltechnische werken. De heren Hefns en Ybema hebben daar Iets over gezegd bij de behandeling van het desbetreffende agendapunt. Ik neem aan dat zij consequent die lijn wensen door te trek ken ook naar de besluitvorming over dit punt. (De heer He ins: Ja.) (De heer Ybema: Dat geldt ook voor mijn fractie.) Op bladzijde 6 wordt genoemd punt 9. Aanbrengen van informatieborden aan de plaatsnaam- borden omtrent de vrlendschapsreI at Ie met Orel. Ten aanzien daarvan heeft de heer Rozema eerder vanavond een standpunt geformuleerd. Ik neem aan dat ook hij dat standpunt op een Identieke manier vertaald wil hebben bij dit punt. (De heer Rozema: Ja.) Aan de orde Is de stemming over agendapunt 19 met uitzondering van het element Beleidsplan museum Het Princessehof Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met uitzondering van het op bladzijde 2 van de raadsbrlef onder Algemene Dienst genoemde element 4. Beleidsplan museum Het Princessehof en met Inachtneming van de door de fracties van PAL, D66 en GPV/RPF/SGP gewen ste aantekeningen. De Voorzitter: BI ij ft over de stemming over het op bladzijde 2 van de raadsbrlef onder Algemene Dienst genoemde punt 4. Beleidsplan museum Het PrincessehofDe heer Meerdfnk heeft daarover een motie ingediend. Ik neem aan dat hij de motie handhaaft en in stemming gebracht wil zien. Aan de orde is de stemming. De heer E.M. Janssen: Ik wil graag een stemverklaring afleggen, mijnheer de voorzitter. Als ik wethouder Kessler goed heb begrepen dan is er ten opzichte van het besluit van de raad van drie weken geleden alleen dit veranderd dat er boekhoudkundig een verkeerde term gebruikt Is. Ik vind het dan wat vreemd dat ik nu anders besluit dan ik drie weken geleden heb gedaan. Vandaar dat ik tegen de motie zal stemmen. De hear Bilker: Foarsitter, de CDA-fraksje sli foar de moasje sttmme. Ek Jun docht wer bllken dat de saak in protte te krijen hat mei It be I iedsmj ttt ich aspekt. Ik haw dat trije wiken lyn ek al sein. Nochris, wy stimme foar de moasje fan de PAL-fraksje. De Voorzitter: Er is nog een vraag gesteld door de heer Janssen. Hij heeft recht op een antwoord. De heer Kessler (weth.): De heer Janssen heeft een stemverkI aring afgelegd. De motie opent opnieuw de mogelijkheid om überhaupt de discussie te voeren over het feit of je er wel of geen geld voor wilt uittrekken. Het lijkt mij onverstandig, maar dat heb Ik al in tweede instantie gezegd. - 17 - De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie ingediend door de heer Meerdtnk. De motie van de heer Meerdink en mevrouw Westra wordt aangenomen met 24 tegen 10 stemmen. (Tegen de motie stemmen van de PvdA-fractie mevrouw Vlletstra en de heren E.M. Janssen, Kessler en Timmermans en van de CDA-fractie de heer Heere alsmede de leden van de fracties van VVD en GPV/RPF/SGP). De Voorzitter: Dit betekent dat dit punt een volgende keer terugkomt. Punt 20. De Voorzitter: Aan de orde is Onderzoek geloofsbrief van de heer G. Jacobse. Mevrouw De Haan-Laagland: "Aan de Gemeenteraad. Krachtens aanwijzing van de voorzitter van uw vergadering hebben ondergetekenden, J. de Beer, H.J. de Haan-Laagland en M.F. Koopmans, de geloofsbrief onderzocht van het nieuw benoemde raadslid, de heer G. Jacobse. De heer G. Jacobse is bij besluit van 12 september 1989 van de voorzitter van het centraal stembureau ter verkie zing van de leden van de gemeenteraad benoemd verklaard tot lid van de raad. De geloofsbrief met bijbehorende stukken is door de benoemdverkI aarde binnen de door de wet gestelde termijn ingezonden. Uit de ingezonden verklaring of op andere wijze is ons niet gebleken, dat de be- noemdverklaarde op het tijdstip, waarop over toelating wordt beslist, een met het raadslidmaat schap onverenigbare betrekking bekleedt. Voorts heeft de burgemeester aan uw raad een uittrek sel uit het bevolkingsregister overgelegd, waaruit blijkt, dat de benoemdverk I aarde zijn werke lijke woonplaats In de gemeente heeft. Wij kunnen uw vergadering derhalve rapporteren, dat wij de geloofsbrief met bijbehorende stukken in orde hebben bevonden. Daar overigens geen omstan digheden bekend zijn, op grond waarvan de benoemde niet zou kunnen worden toegelaten, mogen wij u adviseren, de heer G. Jacobse toe te laten als lid van de raad van de gemeente Leeuwarden." Aldus gerapporteerd in de vergadering van de raad van de gemeente Leeuwarden op 9 oktober 1989 en ondertekend door de heer J. de Beer, mevrouw H.J. de Haan-Laagland en de heer M.F. Koopmans. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het advies van de Commissie voor het onderzoek van de geloofsbrieven. De Voorzitter: Dat betekent dat wij nu dan toch afscheid nemen van de heer Boelens. Aan vankelijk zou het afscheid een raadsvergadering eerder geweest zijn, maar bepalingen van de wettelijke kaders zijn toch dermate dwingend dat je daardoor wel eens tot enige vertraging kunt worden gebracht. Niettemin betekent het zojuist genomen besluit voor de heer Boelens het einde van een raadslidmaatschap van ruim elf jaar. Op 5 september 1978 is hij aangetreden als raads lid. Hij heeft in die tijd in een aantal commissies gediend. Ik verwijs naar de Commissie voor Economische Zaken en Bedrijven, de Commissie voor Openbare Werken en Milieu - de heer Boelens was daar voorzitter van - en de Commissie voor het Marktwezen en de Frieslandhal. U ziet dat er heel wat Interessants door de heer Boelens Is meegemaakt in het commissiewezen. Bovendien had hij zitting in de Commissie van advies voor de Raad van Commissarissen van Fr igem en nam hij deel aan het Overleg met de bewoners van schepen. Er is alle aanleiding om u, mijnheer Boeiens, zeer van harte te bedanken. Wij begrijpen dat op een gegeven moment zakelijke belangen, die toch een zekere prioriteit moeten hebben, in uw persoonlijk leven de voorrang hebben moeten krijgen. Het is erg jammer dat u daar om af scheid moet nemen, maar ongetwijfeld zult u met meer dan normale belangstelling het doen en laten van de gemeente Leuwarden blijven volgen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1989 | | pagina 9