-91
uitgestort. WIJ voelen eigenlijk veel meer voor een soort Harmonie-model: vanaf de basis, van
onderaf, aansluiten bij wat er leeft In de samenleving, wat er gaande Is In de maatschappij. In
dit verband voel Ik ook veel meer voor de suggestie die mevrouw Wlllemsma van het CDA heeft ge
daan om een Inventarisatie te plegen van bestaande activiteiten en Je vervolgens daarbij aan te
sluiten en die bestaande activiteiten te versterken. Je komt dan volgens mij achteraf ook niet
tot de conclusie dat het bewustwordingsproces niet aanslaat. (De heer Meerdlnk: Als wij de
motie In die zin veranderen dan wilt u er wel mee Instemmen?) Ja zeker.
Motie 5 van de PAL-fractle betreft een aantal uitgaven die ten laste worden gebracht van
de algemene reserve. Gisteren hebben wij al het een en ander gezegd over de hoogte van de alge
mene reserve. WIJ zullen deze motie niet steunen.
De heer E.M. Janssen: Mijnheer de voorzitter, Ik wil nog even Iets zeggen over het voor
stel nieuw beleid Inzake uitvoeringskosten beleidsontwikkeling ouderenwerk. De heer Bilker
heeft gelijk als hij zegt dat de raad nog niet zo lang geleden de nota Ouderenbeleid heeft
vastgesteld met daarin opgenomen een financieel overzicht. Daaruit blijkt dat In de gewenste
situatie - In de nota staat niet wanneer die situatie wordt bereikt - ruim f 60.000,meer
nodig Is dan op de begroting 1989 Is uitgetrokken. Het college stelt voor om daar f 30.000,
bij te doen. Als Je kijkt naar de nota Ouderenbeleid dan Is het bedrag van f 60.000,— een sal
do dat tot stand komt vla verschuivingen, Inkrimpingen en uitzettingen. Het Is voor ons ondui
delijk wat op dit moment het achterliggende voorstel van het college Is voor die uitzetting van
f 30.000,Kan de wethouder aangeven wat er volgend Jaar gaat gebeuren als wij Instemmen met
het voorstel voor nieuw beleid ad f 30.000,—? Welke activiteiten op het gebied van het oude
renbeleid gaan dan door?
Vervolgens wil Ik Iets zeggen over de dekking die wij hebben aangegeven In onze motie 1
over het woningbouwbeleid. De heer Meerdlnk vroeg waarom wij dat niet gewoon dekken uit de
algemene reserve omdat daar nu toch genoeg In zit. In feite gaf de heer De Beer daar meteen het
antwoord op door te zeggen dat de algemene reserve nog lang niet groot genoeg Is. Onze fractie
zit daar wat tussenin. WIJ vinden de reserve wel voldoende groot, maar wij vinden niet dat Je,
als Je structurele uitgaven voorstelt, een greep In de reserve moet doen.
Aan de heer De Beer zou Ik willen vragen wat het criterium van de VVD is wanneer de alge
mene reserve wel op peil Is. WIJ hebben een paar keer de discussie gehad dat de algemene reser
ve tussen de 3 en 10 miljoen gulden moet liggen. Ik had de Indruk dat ook de VVD dat een rede
lijk criterium vond, maar ik heb nu het Idee dat dat anders ligt. Ik zou het wel aardig vinden
als de heer De Beer daar In tweede termijn op in zou willen gaan.
Tot slot wil Ik nog Iets zeggen over motie 4 van PAL over ontwikkelingssamenwerking die na
de opmerking van de heer Rozema zomaar even werd veranderd. Ik denk dat dat gelijk het karakter
van deze motie aangeeft. (De heer Meerdlnk: De motie Is nog niet veranderd hoor, mijnheer
Janssen. U reageert enigszins voorbarig!) Ik vond u gretig, vandaar dat Ik dacht: daar gaat lel
Waar Ik op wil wijzen Is dat In de vorige raadsvergaderIng het Programma OntwikkelIngssamenwei
king 1990 Is vastgesteld. Ik heb toen van de kant van PAL niet gehoord dat er voor 1990 uit
breiding nodig zou zijn.,(De heer Meerdlnk: Er Is toen dezelfde motie Ingediend, maar u hebt
toen kennelijk zitten slapen!) Nee, u moet even goed luisteren. Drie weken geleden hebben wij
In de raad de besteding van de gelden voor ontwikkelingssamenwerking In het kader van het
programma voor 1990 vastgesteld. Ook de PAL-fractle heeft toen voor dat voorstel gestemd. Nu
drie weken later zegt de PAL-fractle van nee, wij vinden dat er f 13.000,meer voor ontwikke
lingssamenwerking nodig Is. Als Ik vraag aan de heer Meerdlnk waar dat nu precies voor nodig
Is, dan zegt hij dat hij daar gisteren uitgebreid op In Is gegaan. Ik heb toen echter een heel
verhaal gehoord over ambtelijke ondersteuning van een werkgroep. Ik vond dat niet zo helder. Nu
zegt de heer Rozema dat hij, als er een Inventarisatie van de bestaande activiteiten wordt ge
maakt, met de motie kan Instemmen. De heer Meerdlnk heeft niet gezegd dat hij de motie accuut
zou wijzigen, maar hij was wat dat betreft wel vrij gretig. Ik nodig de heer Meerdlnk bij dezen
uit om In tweede termijn toch Iets duidelijker te zijn waarom hij daar drie weken geleden nog
niet over sprak, daar nu wel over spreekt en wat hij nu precies met die f 13.000,denkt te
gaan doen.
De Voorzitter: Er liggen vijf moties die alle vijf geld kosten. Het college heeft even
tijd nodig om zich over deze moties te beraden. Ik schors de vergadering voor nader collegebe-
raad.
De Voorzitter schorst, om 14.40 uur, de vergadering.
De Voorzitter heropent, om 15.05 uur, de vergadering.
Mevrouw Doevendans heeft Inmiddels de vergadering verlaten.
De Voorzitter: Ik heropen de vergadering. Het college zal thans In eerste Instantie ant
woorden. Ik wil daar een begin mee maken.
De Ingediende moties hebben allemaal betrekking op het beleid van andere portefeulIlehou-
ders. Ik hoef daar dus niet op In te gaan en dat betekent dat Ik slechts In geringe mate hoef
te reageren.
In zijn algemeenheid wil Ik reageren op motie 5, onderdeel 1, van de PAL-fractle, waarin
wordt gevraagd de bezuinigingen op een aantal posten ongedaan te maken. Ik wil mijn argumenten
van gisteren herhalen, namelijk dat Je ervoor moet oppassen te snel bezuinigingen terug te
draalen. Het college heeft het gevoel dat deze bezuinigingen zonder meer doorgevoerd kunnen
worden. Pas als er actuele knelpunten optreden kan Je altijd nog een keer overwegen om er toch
extra geld aan toe te voegen.
De reactie van de heer De Beer over de voorstellen voor nieuw beleid heeft meer het karak
ter van een stemverklaring. Ik hoef daar niet verder op In te gaan.
De heer Rozema heeft het college gevraagd of de omroepvereniging Aquarius ook het bedrag
van f 10.000,— krijgt als wij nog niet uit de vraag over het afgeven van een nieuwe represen-
tat1vIteltsverkIar 1ng zijn. Het antwoord daarop Is ja. WIJ willen de subsidieverlening ener
zijds en de vraag hoe wij de komende vijf Jaar met de lokale omroep om gaan anderzijds In prin
cipe uit elkaar houden. WIJ gaan er vanuit dat dat geen problemen zal opleveren. Op dit moment
Is er een werkgroep bezig. Ik schat In dat het allemaal wel goed komt, maar stel dat dat niet
zo zou zijn dan trek Je op dat moment Je subsidie In.
Ik heb hiermee de vragen die op mijn portefeuille betrekking hebben beantwoord. Het woord
Is aan wethouder Heere.
De heer Heere (weth.): Voorzitter, Ik neem aan dat motie 1 van de PvdA-fractle, die met
name Is geplaatst In de context van het woningbouwbeleid, door wethouder Timmermans zal worden
behandeld. Dat geldt ook voor motie 2 van de PvdA-fractle over het ml Ileu-actlefonds.
Ik ben dan aangeland bij motie 3 van het CDA over het ouderenbeleid. In dit verband kan Ik
meteen voldoen aan de verplichting die Ik heb om te antwoorden op de vragen van de heer Janssen
die hij naar aanleiding van deze motie heeft gesteld. Ik heb de nota Ouderenbeleid er nog eens
op nagelezen en Ik ben het ermee eens dat de verschuivingen en de plussen en minnen die daarin
plaatsvinden van een dermate orde van grootte zijn dat het wat het college betreft nodig Is om,
alvorens de vragen die gesteld zijn concreet te kunnen beantwoorden, nog eens heel nauwkeurig
naar al die zaken te kijken. WIJ stellen ons het volgende voor en daarmee reageer Ik dan tege
lijkertijd op de motie van het CDA.
WIJ gaan In Januari/februari nog eens heel gedetailleerd uiteen zetten wat nou precies de
plussen en minnen zijn die hebben geleld tot het uiteindelijke saldo van f 63.000, Inclusief
de Invoering en de fasering daarvan. In het kader van de Voorjaarsnota zullen wij vervolgens
komen met een voorstel over de Invoering van al die veranderingen en de daarvoor benodigde mid
delen. De motie van het CDA heeft op zich zelf een sympathieke bedoeling, namelijk meer geld
ter beschikking stellen voor een belangrijke zaak. Gelet op hetgeen Ik zojuist heb gezegd zou
Ik namens het college de heer Bilker willen vragen om die motie voorlopig te bewaren totdat wij
In en ter gelegenheid van de Voorjaarsnota met nadere voorstellen komen. Ik heb hiermee denk Ik
dit onderwerp voldoende behandeld.