- 12 -
Mevrouw VIsscher-Bouwer Is Inmiddels ter vergadering gekomen.
De heer Koopmans: Mijnheer de voorzitter, de zittingsperiode van deze raad loopt ten ein
de. Vandaag Is het de laatste keer In deze periode dat de raad zich buigt over de begroting en
het beleidsplan. In de afgelopen vier Jaar Is er hard gewerkt ten behoeve van onze gemeente.
Zowel door bestuurders als ambtenaren Is er zeer veel Inzet betoond. Voor de ambtenaren komt
daarbij de In gang gezette reorganisatie. Daardoor zijn de omstandigheden waaronder de gemeen
telijke trein In beweging moet worden gehouden bepaald niet optimaal. Reorganiseren brengt on
zekerheden, teleurstellingen en spanningen met zich mee. Mijn fractie heeft grote bewondering
voor de wijze waarop er de afgelopen periode, met name het laatste deel daarvan, Is gewerkt.
WIJ hechten eraan dat reeds op dit moment te zeggen.
BIJ onze algemene beschouwingen vorig Jaar hebben wij stilgestaan bij de ontwikkelingen
binnen Europa. Wij doelden toen met name op de verdere Europese eenwording, Europa 1992. Hoewel
wij toen natuurlijk met enige hoop de ontwikkelingen met betrekking tot glasnost en perestrojka
volgden, kon niemand bevroeden dat de ontwikkelingen In Oost-Europa zo snel zouden gaan. Hoe
alles uiteindelijk zal worden Is bij lange na niet te zeggen. Echt zicht op de nieuwe situatie
zullen wij pas krijgen als een zekere stabilisatie zijn Intrede heeft gedaan.
Wel meent mijn fractie dat gesteld kan worden dat wij In een Europa komen te wonen waarvan
wij tot dusver niet durfden dromen. Een Europa dat perspectief biedt, In de eerste plaats voor
de mensen daar maar ook voor ons. Immers, wij zullen als landen van West-Europa opnieuw onze
plaats moeten bepalen. WIJ zullen In het licht van de ontwikkelingen wellicht posities moeten
bijstellen. In dat verband denken wij aan de hulpverlening en samenwerking die vanuit ons eigen
werelddeel noodzakelijk zal zijn.
Welke bijdragen onze gemeente In de toekomst, gelet op de ontwikkelingen die Ik zoeven
schetste, zal moeten en kunnen leveren Is onduidelijk. Zeker op dit moment. Maar dat gemeenten,
ook de onze, als onderdeel van de Nederlandse staat op dit punt een, wellicht beperkte, taak
zullen hebben is naar de mening van onze fractie evident.
Mijnheer de voorzitter, het pr-beleld van onze gemeente heeft de afgelopen Jaren In het
teken van Leeuwarden-Centrum van Friesland, Leeuwarden-Knooppunt gestaan. Naar onze mening een
uitstekend beleid dat met zeer veel verve Is gevoerd. Eigenlijk Is dit beleid onderbroken door
de kabinetscrisis en de na de verkiezingen volgende formatie. Naar ons oordeel dienen de pogin
gen om de status te verwerven waarmee onze gemeente zich kan meten met vergelijkbare centra met
kracht te worden voortgezet.
Er Is een nieuwe regering. Een regering waarvan een veel groter deel van deze raad dan
vroeger grote verwachtingen heeft. Welnu, wat zijn de plannen van het college terzake? Onze
fractie wil daarover nu al opmerken dat het pr-beleld van onze gemeente een permanent karakter
moet krijgen. BIJ voortduring zullen wij onze gemeente moeten verkopen. Zorgen dat steun vanuit
Europa, vanuit Den Haag hier terechtkomt. Zorgen dat Investeerders en midden- en kleinbedrijf
goede kansen krijgen. WIJ hebben niets tegen clty-selIIng.
De achtergronden van onze stelllngname zijn duidelijk. Reeds eerder bij de algemene be
schouwingen hebben wij dat betoogd. Economische groei Is geen doel op zich. Het Is In onze ogen
een middel. Een middel om financiële ruimte te verwerven. Financiële ruimte voor allerlei zaken
betreffende onze gemeente die wij als raad zo graag willen. Voor de CDA-fractle ligt dan de
kIemtoon op
1. de kansarme groepen, zoals de minima, de langdurig werklozen en de ouderen;
2. de soclaal-cuIturele Infrastructuur
3. de sociaal-economische Infrastructuur.
WIJ constateren met voldoening dat het beleid van het college zich de afgelopen Jaren met
name In die richting heeft bewogen. Het Is wat meer no-nonense geworden. En, voorzitter, dat
werpt resultaten af. De resultaten zijn duidelijk merkbaar In onze stad. Leeuwarden leeft! De
laatste Injectie bestaande uit het In gebruik stellen van het Winkelcentrum Zaailand Is daarvan
een duidelijk voorbeeld. Dat beleid moet worden voortgezet. Ook de komende periode.
Het zal dan ook niemand hebben verbaasd, voorzitter, dat bij de presentatie van het CDA-
verkiezlngsprogram 1990-1994 met de titel Burgers en Bestuurders Samen Verantwoordelijk, onze
lijsttrekker heeft gezegd dat hij in grote lijnen een voortzetting van het huidige beleid voor
- 13 -
staat en daarmee samenhangend de voorkeur geeft aan de voortzetting van de huidige coalitie.
Dat daarbij gestreefd zal worden naar een grotere Inbreng vanuit het CDA Is duidelijk. Natuur
lijk Is dat mede afhankelijk van de verkiezingsuitslag.
Het voortzetten van het beleid waarop Ik zonet doelde moet niet gebeuren vanuit de
gedachte dat de overheid, ook de gemeentelijke overheid alles alleen zou kunnen of willen.
Samen met de burgers en het bedrijfsleven van deze gemeente moet met nieuw elan tot samen
werking worden gekomen.
Daarenboven moet binnen het stadsgewest met kracht worden gestreefd naar samenwerk 1ng.
Extra maatregelen voor het Noorden kunnen het hoogste rendement opleveren binnen het stads
gewest. Dit agglomeraat met 200.000 Inwoners wordt meer en meer de drager van de Friese econo
mie. Op welke wijze denkt het college zowel Intern als extern meer Inhoud en gestalte te geven
aan dit stadsgewest? Ook met de provincie moet een goede constructieve band worden onderhouden.
Evenzo met de rijksoverheid. Voor wat het laatste betreft zijn de mogelijkheden, gelet op de
regeringscoalitie, verdubbeld.
Om dit alles te bereiken, voorzitter, moet aan enkele voorwaarden worden voldaan. Dat kan
alleen als de gemeente tot in alle geledingen:
- zich die mentaliteit, die opstelling, die cultuur eigen maakt;
- een kwalitatief hoogwaardig apparaat opbouwt dat duidelijk gestructureerd en toegankelijk Is;
- tijdig partners zoekt en bij ontwikkelingen betrekt;
- zorgt voor een gezonde financiële hulshouding;
- Inspeelt op kansen die het rijksbeleid en "Europa" bieden.
Moet Leeuwarden ter ondersteuning van dit beleid niet een subsldioloog en een coördinerend
wethouder krijgen?
Zoals gesteld Is de zorg rond de ontwikkeling van Leeuwarden en In een breder kader van
Noord-NederIand van groot belang. WIJ kunnen niet genoeg onze belangen bepleiten bij Iedere
overheidsinstantie die daarbij betrokken Is. Mijn fractie is op dat punt steeds actief geweest.
Ons voornemen Is dat te blijven. WIJ hechten daarom zoveel belang aan doorgaande druk op be
slissende instanties, omdat wij de ervaring hebben dat het uiteindelijk resultaat heeft.
Ook hier geldt dat een gestage drup de steen uitholt. Dat anderen, waaronder de pers, zich
over onze pogingen wel eens laatdunkend uitlaten zal ons er niet van weerhouden door te gaan.
Ter Illustratie van resultaten op dit punt wil Ik wijzen op de In de huidige kabinetsplannen
opgenomen voornemens tot versterking van de economische structuur van het Noorden, waardoor de
concurrentiepositie van dit landsdeel wordt versterkt.
Voorzitter, het Is natuurlijk niet te bewijzen dat dit voornemen Is opgenomen dankzij de
druk die vanuit het Noorden Is gekomen. Feit Is wel dat In het concept-regeerakkoord over
maatregelen voor het Noorden niets was opgenomen.
I nfrastructuur.
Het zal nodig zijn alert te zijn op de verbetering van de Infrastructuur In onze provin
cie. Met name rijksweg 32 moet zo snel mogelijk worden gerealIseerd. Temporisering daarvan remt
onmiddellijk de kansen van onze regio en van onze stad In het bijzonder. In dit verband dreigt
onze regio toch min of meer de dupe te worden van een op zich toe te Juichen ombuiging In het
rijksbeleid. Wij doelen hierbij op de besteding van middelen bestemd voor de aanleg van wegen
ten behoeve van de uitbreiding van het openbaar vervoer.
Voorzitter, wij laten er geen misverstand over bestaan dat ook wij voorstander zijn van
een goed en adequaat functionerend openbaar vervoer. WIJ hebben meermalen bepleit dat het open
baar vervoer vanuit de dorpen, ook onze dorpen, naar de stad Leeuwarden moet worden verbeterd.
WIJ hebben er bezwaren tegen dat voor dit zeer belangrijke doel middelen worden onttrokken aan
de gelden die bestemd zijn voor wegen In gebieden waarin de Infrastructuur van groot belang Is
voor een evenwlchte ontwikkeling.
Met andere woorden, openbaar vervoer bevorderen? Graag en met spoed. En daarnaast er voor
zorgdragen dat met veel spoed de achterstand In de Infrastructuur In onze regio wordt opgehe
ven. Wij menen dat onze regio, waar de rljksoverheld ook anders niet die neiging heeft, voor
wat betreft deze aangelegenheid, niet op één lijn mag worden gesteld met andere delen van het
land. De gedachte die In dit verband door de vroegere fractievoorzitter van de VVD en FRAM-
