- 8 - Partij, waarin gevraagd wordt om het opnemen van een asbestverbod in de Bouw verordening: zie Mededelingen, sub E, overwegende dat het gebruik van milieuonvriendelijke stoffen In de bouw moet worden teruggedrongen, besluit het college op te dragen op korte termijn met een voorstel te komen voor het wijzigen van de BouwverordenIng, waarin regels en verboden zijn opge nomen voor het gebruik van milieuonvriendelijke stoffen en waar In leder geval een asbestverbod onderdeel van uitmaakt." De motie Is mede-ondertekend door de heer Meerdink. (De Voorzitter: De motie Is voldoende ondersteund en maakt deel uit de beraadslagingen.) Tot slot nog een opmerking over het slopen van gebouwen of delen daarvan waarin asbest Is aangebracht. Er zijn landelijk Initiatieven genomen voor het opleiden van mensen voor het slo pen van gebouwen waarin asbest voorkomt. Sloopbedrijven kunnen al dit Jaar zo Is mij verteld verplicht worden tot deskundig toezicht bij de sloop. Ook dit zou bijvoorbeeld In de sloopver gunning moeten worden opgenomen. De heer Van Olffen: Voorzitter, Ik kan mij grotendeels aansluiten bij het betoog van de heer Helns. Ook mijn fractie heeft wat moeite met de vage misschien wel tweeslachtige benade ring In het antwoord van het college. Enerzijds wordt erkend dat het gebruik van asbest gevaar lijk Is en kan zijn, terwijl anderzijds het college toezicht wil op het gebruik van asbest en strenge voorwaarden wil hanteren. Onze conclusie kan dan ook heel simpel zijn: Als het zo ge compliceerd ligt waarom wordt het gebruik van asbest dan niet verboden? Goed, zoals gezegd kan Ik mij grotendeels vinden In het betoog van de heer Helns. De voorbeelden die hij heeft genoemd hoef Ik niet te herhalen. De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, het Is Inderdaad zo wat de heren Helns en Van Olf fen hebben gezegd dat datgene wat In het antwoord van het college staat de status quo aangeeft. Het college Is van mening dat op dit moment onvoldoende is aangetoond dat met die status quo een situatie zal voortduren die onverantwoord Is. Niettemin kan niet worden ontkend dat met betrekking tot het gebruik van asbest vraagtekens bestaan. Het Is ook bekend dat er redelijke alternatieve materialen beschikbaar zijn. De vraag Is alleen of Je deze zaak per Incident gaat regelen. Dat Is mede het motief waarom op dit moment wordt volstaan met dit antwoord. WIJ zijn bezig met het opstellen van een mllleunota en In vervolg daarop de ml Ileu-ultvoertngsnota. Een onderdeel van de mllleunota zal zeker zijn het screenen van onze Bouwverordening op het gebruik van materiaal In de bouw waarvan geconstateerd kan worden dat dat In hoge mate leidt tot afval stoffen die als chemisch afval moeten worden aangemerkt. De heer Helns heeft als voorbeelden genoemd het gebruik van tropisch hardhout en Isolatie middelen. Zo kunnen wij nog wel even doorgaan, want er Is een gigantische produktle van veront reinigd bouw— en sloopafval. Het college Is van mening dat het, gelet op de capaciteit van de organisatie maar met name ook gelet op de afzonderlijke procedures die nu worden voorbereid, niet opportuun Is om op dit moment per Incident te reageren maar deze zaak In één keer goed aan te pakken bij de opzet en uitwerking van de mllleunota. Dat Is ook de reden waarom het mij niet verstandig lijkt om nu weer een op zich zelf nut tig voorstel zoals de heer Helns doet tussentijds uit te voeren. WIJ hebben daar gewoon de men sen niet voor. De mensen van de afdeling Milieu zijn op dit moment bezig met het schrijven van de mllleunota. Het belangrijkste deel van hun werkzaamheden blijft de handhaving van het huidi ge milieubeleid. Het college Is dan ook niet voornemens, voorzitter, om nu dit Initiatief van de heer Helns over te nemen. Ik ontraad de motie. De heer Helns: De reactie van de wethouder geeft toch een Iets ander beeld dan datgene wat In het voorgestelde antwoord staat. Het lijkt nu alsof de wethouder zegt dat het college ook - 9 - van plan Is een dergelijke maatregel te nemen, alleen niet op dit moment maar het komt er zeker allemaal aan. WIJ hebben met onze reactie en onze motie bedoeld dat de zaak waar het hier om gaat alge meen bekend Is en dat de Bouwverordening moet worden aangepast. Een en ander kan volgens ons naar voren worden geschoven, want het gaat om een heel concrete en afgebakende zaak. Het Is zo langzamerhand bekend wat er In de Bouwverordening kan en moet worden opgenomen aan artikelen, voorschriften en verboden op het gebied van het milieu. Voorbeelden daarvan In andere gemeenten zijn In overvloed aanwezig. Ik zie niet In waarom wij moeten wachten op een mllleunota en ml Ileu-uItvoerIngspI an, want voordat die gereed zijn zijn wij al meer dan een jaar verder. Vandaar dat Ik erop zou willen aandringen om dit onderdeel - dat zal zeker ook een onderdeel zijn van de maatregelen In de mllleunota - naar voren te schuiven. Dat Is de bedoeling van de motie. WIJ dringen erop aan om dat te doen, omdat het gaat om een afgebakende en heel concrete zaak waar volgens mij weinig verschil van mening over bestaat. De heer Van Olffen: Voorzitter, wij vinden het antwoord van de wethouder veel genuanceer der dan het voorgestelde antwoord op de brief. In die zin kunnen wij ons vinden In de toezeg ging van de wethouder om In het kader van de mllleunota tot een Integralere afweging te komen. De heer Burg: Voorzitter, wij zijn het wel eens met de heer Helns wat zijn opmerking be treft over het probleem met betrekking tot het asbest. In de motie die hij heeft Ingediend wordt echter veel verder gegaan dan alleen het opnemen In de BouwverordenIng van een verbod op het gebruik van asbest. Zowel In de overweging als In het besluit van de motie wordt gesproken over "milieuonvriendelijke stoffen". Dan zijn wij het met de wethouder eens dat het veel ver standiger is om dan de totale problematiek in een breder verband te betrekken en In de mllleu nota en m1Ileu-uItvoerIngsnota op te nemen. Mijn fractie heeft dus geen behoefte aan de motie van de PAL-fractie. De heer Ybema: Voorzitter, Ik sluit mij aan bij de motivering van de heer Burg. De heer Koopmans: Voorzitter, de wethouder heeft gezegd dat het gevaar en de overlast die momenteel ontstaan door de huidige bepaling tegengegaan kunnen worden. Voor het overige ben Ik het met hem eens dat je deze zaak beter Integraal kunt bekijken. De heer Rozema: Voorzitter, mijn fractie ondersteunt inhoudelijk de argumenten die de heer Helns naar voren heeft gebracht. Ik kan mij echter goed vinden In de argumenten die de wethou der zojuist naar voren heeft gebracht door te zeggen dat het beter Is om deze zaak Integraal aan te pakken. Op dit moment heb Ik dan ook geen behoefte aan de motie van de PAL-fractle. De heer Meerdink: Ik begrijp het antwoord van de wethouder eigenlijk niet. Namens het col lege Is er een antwoord op papier gezet waaruit blijkt dat het college zegt dat het voldoende Instrumenten heeft om de gevaren die aan asbest zitten op dit moment te weren. Het antwoord dat de wethouder geeft op datgene wat de heer Helns naar voren brengt Is ei genlijk een heel ander antwoord. De wethouder zegt dat het gebruik van asbest eigenlijk zou moeten worden verboden, dat daar voldoende argumenten voor zijn en dat er ook voldoende vervan gende materialen zijn, maar dat een dergelijke maatregel het college nu niet zo goed uitkomt. Een en ander moet volgens de wethouder niet per incident maar Integraal worden afgehandeld. Dat Is een heel arid er antwoord en ook een heel andere reden om niet nu al die maatregel te nemen. Ik begrijp er eerlijk gezegd niets van en Ik zou daar graag een toelichting van de wethouder op wlIlen hebben.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 5