- 10 - De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, Ik dacht dat het al eerder bekend was dat er een Integrale wijziging van de Bouwverordening zou komen. Met andere woorden, dat de Bouwverorde ning op dat onderdeel nog een keer tegen het licht zal worden gehouden. Een dergelijke opmer king hoeft dus op dit moment niet aan het voorgestelde antwoord te worden toegevoegd. Ik ben het eens met de redenatie van de heer Burg dat de motie veel verder gaat dan slechts een verbod op asbest. Gaan wij ons alleen toeleggen op asbest dan zijn wij toch per In cldent bezig. Er zijn natuurlijk meer materialen waarvan wij weten In welke mate het verant woord of onverantwoord Is die te gebruiken. Nogmaals, wijzigingen moeten dan per Incident plaatsvinden. Dat betekent allerlei procedures, niet alleen binnen de gemeente maar ook wat betreft de goedkeuring. Het is volgens het college op dit moment niet noodzakelijk om deze In cidentele zaken nu allemaal op te gaan pakken. Laten wij onze energie stoppen In de integrale mllleunota. Voorzitter, dat leidt ertoe dat Ik nogmaals de motie van de PAL-fractle ontraad. De Voorzitter: Aan de orde Is de stemming. Ik breng eerst In stemming de motie ingediend door de heer He Ins. De motie van de heren Helns en Meerdlnk wordt verworpen met 30 tegen 3 stemmen. (Voor de motie stemmen de leden van de PAL-fractle.) De Voorzitter: Aan de orde Is de stemming over punt E van de mededelingen. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met Inachtneming van de toezegIng van de wethouder. Sub F. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Sub G. Het bezwaarschrift is In handen gesteld van de Raadsadvlescommlssle voor de Beroep- en Be zwaarschrIften. Sub H. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punten 3, 4 en 5 (bijlagen nrs. 17, 14 en 11). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 6 (bijlage nr. 12). De Voorzitter: Dit punt luidt: VoorbereldlngsbesIuIt ex artikel 2 van de Wet op de ruimte IIjke ordening voor het plangebied Fontein land. - 11 - De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, wij praten hier over een voorbereidIngsbesIuIt dat op 12 december 1988 Is genomen en dus op 12 december 1989 Is afgelopen. BIJ een soortgelij ke situatie heeft mijn fractie er al op gewezen dat wij wat nauwkeuriger moeten zijn wat be treft de verlenging van de voorbereldlngsbesIuIten. Toen heeft het college de toezegging gedaan dat dat niet weer voor zou komen. Hier ligt het bewijs dat het dus toch weer voorkomt. Onze angst Is dat wij nu wet weer met een toezegging het bos Ingestuurd kunnen worden, maar wat Is dan zo langzamerhand de waarde van zo'n toezegging? De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, Ik kan mij niet herinneren dat de opmerking die de heer De Beer destijds heeft gemaakt op dit voorbereldlngsbesIuIt sloeg. BIJ het ontwikkelen van het bestemmingsplan voor dit gebied Is er een langdurige discussie geweest met een groot aantal omwonenden en dan met name bewoners van de Fonteinstraat. Een en ander Is aanleiding geweest voor een vrij lange voorbereldlngstljd voordat het bestemmingsplan ter visie kon worden gelegd, wat vervolgens ook In de procedure doorwerkt. Dat zijn concrete argumenten die aanleiding heb ben gegeven tot deze wat trage gang van zaken, maar dat geldt op dit moment voor veel meer pro cedures In binnenstedelijke gebieden. De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, Ik ben toch wel duidelijk genoeg geweest? Dit voorbereldIngsbesIuIt liep op 12 december 1989 af en wij zijn nu 8 januari 1990. Mijn probleem Is niet om ermee In te stemmen de termijn te verlengen. Nee, mijn probleem Is dat het weer te I aat Is De heer Timmermans (weth.) Voorzitter, dat constateer Ik ook. (De heer De Beer: Komt u weer met een toezegging?) Ook als Je een voorbereldlngsbesluit wel exact op tijd neemt heb je te maken met een zogenaamde fatale minuut of seconde, het Is maar net hoe Je het wilt noemen. Het betekent dat voor alle bouwaanvragen die zijn Ingediend voor de termijn van afloop waar wij het hierover hebben en zo lang het bestemmingsplan nog niet Is vastgesteld automatisch een vergunning wordt verleend. Die fatale minuut hebben wij In dit geval wat opgerekt met een fataal Kerstreces. Voor het overige ben Ik het eens met de heer De Beer. De Voorzitter: Aan de orde Is de stemming. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 7 (bijlage nr. 18). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 8 (bijlage nr. 10). De Voorzitter: Aan de orde Is Samenwerkingsovereenkomst Inzake planontwikkeling Tulpen burg. De heer Helns: Met deze samenwerkingsovereenkomst legt de gemeente Leeuwarden zich vast omtrent de ontwikkeling van en bebouwing voor een deel van Tulpenburg. In feite Is het zo dat de gemeente daarbij vooruitloopt op de vaststelling en goedkeuring van het bestemmingsplan KI anderIJbuurt-Tulpenburg. Procedureel achten wij dit niet In de haak. Als het bestemmingsplan In procedure komt en er bezwaarschriften komen op het gebied van de samenwerkingsovereenkomst

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 6