- 29 - Mevrouw Van Ulzen-Hakker: Ul+eraard ben Ik ook verheugd over de vrijlating van de heer Mandela. Het college was dat kennelijk ook, want dat heeft onder andere In het kader van de vrijlating van de heer Mandela geresulteerd In het uithangen van de vlag op het Stadhuis. Kan het college enigszins toelichten waarom het toen bijvoorbeeld Roemenië het oude bewind afzwoor - toch een regime waar mensen op een gruwelijke wijze onder hebben geleden - geen vlag heeft uitgehangen? Het kan natuurlijk zijn dat er geen Roemeense vlag met een gat erin voorhan den was. Kan het college de raad - Ik sluit wat dat betreft volstrekt aan bij de heer Rozema - criteria aangeven wanneer In het vervolg wel of niet de vlag wordt uitgehangen en zo Ja aan welke vlag dan gedacht wordt om uit te hangen. Wat betreft het cadeau voor de heer Mandela het volgende. Ik heb niet veel begrip voor het cadeau dat het college heeft uitgezocht. Het college kan beter die f 1.000,— of meer beschik baar stellen voor bijvoorbeeld jonge mensen die vanuit Mozambique gevlucht zijn naar Zuld- Afrlka. Daar zijn wel wegen voor te vinden. Het geld wordt dan een op wijze besteed die recht doet aan de heer Mandela. Deze heeft namelijk uitdrukkelijk een beroep gedaan op de Jeugd om vooral terug te gaan en opleidingen te volgen en/of af te maken. Ik zou dus willen voorstellen om dat geld aan een school cadeau te doen. (De heer Janssen: Of aan het gymnasium.) Zoals u vanavond In de krant hebt kunnen lezen worden die met een noodgang In Rusland weer opgericht. Ik dank u voor de ondersteuning. De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, de meerderheid van mijn fractie Is van mening, net als bij het vorige agendapunt, dat dit voorstel niet In de raad thuishoort. De meerderheid zal dus om die reden tegen dit voorstel stemmen. De heer Nestra: Mijnheer de voorzitter, Ik heb er behoefte aan een stemverklaring af te leggen. Vorig jaar heb Ik Ingestemd met het LOTA-IIdmaatschap van onze gemeente. Dat betekent voor mij niet meer en niet minder dan een signaalfunctie naar de overheid. De taak van de overheid Is de signalen om te zetten In beleid. Het lidmaatschap betekent dan ook niet meer dan dat voor mij. Het zal u duidelijk zijn waarom Ik bij het vorige agendapunt tegen heb gestemd. LOTA heeft In overleg met het comité de lokale overheden suggestie gedaan een bijdrage beschik baar te stellen ten behoeve van een cadeau voor Mandela. Die suggestie heeft mijn sympathie. De heer Ybema: Voorzitter, voor de volledigheid merk Ik op dat de fractie van D66 kan Instemmen met het voorstel Inclusief de richting waarin het bedrag zal worden aangewend. De heer Heere (weth.): Voorzitter, de heer Bilker heeft zich akkoord verklaard met het voorstel en heeft gezegd dat er wellicht redenen zouden zijn om ook over andere gebeurtenissen blijdschap te uiten, maar dat dat op dit moment niet aan de orde Is. Ik ben dat met hem eens zowel wat betreft die blijdschap als wat betreft het niet aan de orde zijn. De heer Rozema heeft problemen met het doorgaan van het voeren van strijd zoals Mandela dat heeft uitgedrukt. Ik heb de heer Rozema er al op gewezen dat In diezelfde betogen van de heer Mandela voortdurend ook het woord "vrede" werd gebruikt en dat de handhaving van de uit zonderingstoestand zoals die In Zuld-Afrlka nog steeds heerst toch op zich zelf ook een vorm van geweld Is die bestreden moet worden. Zijn vraag of de telegrammen verzonden zijn beantwoord Ik bevestigend, dat Is Inderdaad gebeurd. Voorzitter, wat het hijsen van de vlag betreft wil Ik mij liever niet begeven op een pad waarvan Ik niet precies weet hoe dat eruit ziet. Ik weet niet of er formele regels zijn, In die zin dat er een geformuleerd besluit Is op grond waarvan wij criteria hebben vastgesteld tot het hijsen of doen hijsen van de vlag. MIJ Is altijd alleen opgevallen dat dat vooral gebeurt bij gelegenheid van hoogfeestdagen en het Koninklijk Huts betreffende, want die zullen daar onge twijfeld In voorkomen. Verder denk Ik dat het de gemeente vrij staat om bij die gebeurtenissen die wij hoog, buitengewoon en feestelijk vinden welke vlag dan ook te hijsen. In dit geval waar - 30 - het de vrijlating van Mandela betreft, die niet alleen In Leeuwarden, Nederland en Europa maar In de gehele wereld tot een geweldige golf van enthousiasme, dankbaarheid en blijheid heeft geleld en ook op dit moment weer In deze raad doorklinkt, achtten wij dat een voldoende argu ment om de vlag van de organisatie, die overigens op dat moment ook gelegaliseerd was en waarvan hij het symbool Is, op het Stadhuis te hijsen. Tegen andere leden van de raad zeg Ik dan weer dat wij overigens ook de vlag van de Sovjetunie enige maanden daarvoor hetzelfde lot hebben doen ondergaan. Dan de suggestie van mevrouw Van Utzen voor een andere bestemming van het cadeau. Op zich zelf heeft ook die suggestie zijn merites. Alleen wij volgen op dit punt het voorstel zoals onze LOTA-verenIgIng dat heeft gedaan en wij geven daar toch de voorkeur aan. De heer Nestra heeft zich met het voorstel akkoord verklaard. De heer De Beer heeft opnieuw gezegd dat hij vindt dat dit voorstel niet In de raad thuishoort. Ook de heer Ybema heeft zich met het voorstel akkoord verklaard. Ik wil het hierbij laten, voorzitter. Mevrouw Van Ulzen-Hakker: Gezien de aard van het cadeau waar Ik het niet mee eens ben, wil Ik geacht worden tegen het voorstel te hebben gestemd. De Voorzitter: Ik neem aan dat wethouder Heere niets meer toe te voegen heeft. Aan de orde Is de stemming. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat van de VVD-fractle mevrouw Van Ulzen-Hakker en de heren De Beer en Burg alsmede de heer Rozema van de GPV/RPF/SGP-fractle wensen te worden geacht tegen te hebben gestemd. (De heer BIJkersma was tijdens de stemming niet In de raadzaal aanwezig.) Punt 16 (bijlage nr. 59). De Voorzitter: Dit punt luidt: Vestiging asielzoekerscentrum In Leeuwarden. De heer Koopmans: Voorzitter, gelet op de uitvoerige behandeling In de commissie nu een korte opmerking. Inhoudelijk heb Ik niet zo veel toe te voegen aan datgene wat In de commissie Is gezegd. Ik wil eigenlijk volstaan met waardering uit te spreken. Waardering voor de snelle wijze waarop de plannen zijn gemaakt en de besluitvorming Is voorbereid. Er Is enige kritiek geweest op de gevolgde procedure. Alles afwegende, voorzitter, deelt mijn fractie die kritiek niet. Er Is naar onze mening zorgvuldig gehandeld. Mijn fractie gaat dan ook akkoord met dit voorstel. WIJ zijn overigens erg blIJ met de brief die wij vandaag nog kregen van De Blokkendoos en waarin het standpunt van die kant In positieve zin wordt meegedeeld. WIJ denken dat dat een stukje positieve duidelijkheid geeft. Tenslotte, voorzitter, spreken wij de hoop uit dat dit opvangcentrum enigszins mag bijdra gen aan een oplossing van het afschuwelijke vluchtelingenprobleem. Mevrouw De Haan-Laagland: Mijnheer de voorzitter, de eerste vraag die voorligt Is waarom de gemeente een asielzoekerscentrum binnen haar grenzen wil hebben. Ik wil beginnen met op te merken dat Nederland ten aanzien van asielzoekers vergeleken met diverse andere landen helemaal niet zo'n ruimhartig beleid voert als sommigen wel denken. Niettemin Is er ook In ons land een schreeuwend tekort aan opvangplaatsen voor asielzoekers. In die noodsituatie heeft het rijk op de mede-overheden een dringend beroep gedaan om mee te werken aan de totstandkoming van voor-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 16