toe te lichten hoe wij dat tot nu toe hebben gedaan, hoe de inpas-
singscommissie heeft gefunctioneerd en dat daar vakbondsvertegenwoor
digers in gefunctioneerd hebben. Kortom dat aan alle eisen van zorg
vuldigheid voldaan is. Dan is er ook nog een keer een beroepscommissie
mogelijk. Ik vind het prima om nog een keer toe te lichten hoe wij dat
al een tijdje geleden met elkaar hebben af gekaard. In die zin kan ik
het verzoek om het in de Commissie voor OPI nog een keer te bespreken,
wel honoreren. Voor vanavond staat het antwoord van de raad op de rol
en het lijkt mij voor de hand liggend om dat voor kennisgeving aan te
nemen. (De Heer Bijkersma: Ik heb gevraagd om een overleg in de
Commissie voor GO. Daar heb ik geen antwoord op gekregen. Ik mag
aannemen dat de wethouder dat ook bedoeld.) Het GO is het overleg dat
de werkgever voert met de werknemers. Het is aan de werknemers om dit
punt voor een GO-vergadering te claimen. (De heer Bijkersma: Er is
volgende week een GO-vergadering en daar zal het aan de orde komen.
Wij zijn tegen het antwoord.)
De Voorzitter: Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b.
en w. met inachtneming van de toezegging van de wethouder en met
aantekening dat de WD-fractie wenst te worden geacht te hebben
tegengestemd.
Sub F.
De brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub G. en H.
Deze moties worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub. I. en J.
De verzoeken worden in handen gesteld van b. en w. om preadvies.
Sub K.L. en M.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Sub N.
De Voorzitter: Aan de orde is de brief van 16 februari 1990 van
de heer E. Welles namens Bewonersbelangen Bisschopsrak, waarin aange
drongen wordt op een snelle besluitvorming over de verplaatsing van de
woonschepen aan het Bisschopsrak.
De heer HeinsIn de Commissie voor Openbare Werken en Milieu
zijn wij al op deze problematiek ingegaan. Toch is het antwoord dat
wij in de commissie hebben gehoord enigszins onbevredigend, evenals
het antwoord dat hier wordt voorgesteld. Er is door DSO in december
6
1989 een notitie Woonschepenlokatie verschenen, gevolgd door een
advies van de overleggroep Verplaatsing Woonschepen Bisschopsrak. Dit
advies is op 17 januari 1990 bij b. en w. op de tafel gekomen. Wij
schrijven nu 2 april 1990. Na drie maanden is er nog geen besluit van
b. en w. De leden van het college zijn het onderling niet eens. Dit is
heel interessant, maar daar kopen de bewoners niets voor. Zij willen
nu wel eens weten wat er aan de hand is. Wat is het probleem? De
financiën zijn rond. Er is volgens DSO geen enkel bezwaar tegen een
lokatie aan de JelsumervaartOntbreekt er soms informatie? Heeft DSO
zijn werk niet goed gedaan? Was het advies van de overleggroep niet
duidelijk genoeg? Of heeft deze vertraging andere achtergronden? De
laatste oorzaak voor de vertraging zou kunnen zijn, en dat zeg ik met
enig voorbehoud, dat sommige leden van het college niet doordrongen
zijn van de urgentie van het probleem. Is dat het geval, dan raad ik
hen aan eens op visite te gaan bij één van de woonscheepbewonersHier
is duidelijk de volksgezondheid in het gedrang. Het gaat om stank,
stof, lawaai, rondvliegend zwerfvuil, overlast van meeuwen en ratten
en geluidshinder van verkeer.
Wij dringen aan op zeer grote spoed. In verband met de zomer moet
de verplaatsing voor 1 juli 1990 gerealiseerd zijn. Wij hebben daar
voor een motie gemaakt, die als volgt luidt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op
2 april 1990, overwegende dat:
- de verplaatsing van woonschepen aan het Bisschopsrak uit
oogpunt van de volksgezondheid noodzakelijk is;
- besluitvorming over en uitvoering van de verplaatsing op korte
termijn een hoge prioriteit verdient,
besluit
b. en w. op te dragen binnen tien dagen een besluit te nemen over
een nieuwe lokatie voor de woonschepen en alles in het werk te
stellen de feitelijke verplaatsing van de woonschepen voor 1 juli
1990 mogelijk te maken."
De motie is mede-ondertekend door de heer Meerdink (PAL). (De
Voorzitter: De motie is voldoende ondersteund en maakt deel uit van de
beraadslagingen.
Zoals uit de beantwoording van wethouder Timmermans in de Commis
sie voor Openbare Werken en Milieu al bleek, lag het niet aan hem,
maar schijnen andere leden van het college dwars te liggen. Ik zou dan
ook als suggestie aan de voorzitter mee willen geven om de beantwoor
ding ook door een ander lid van het college te laten plaatsvinden.
De heer Burg: Ik heb in de Commissie voor Openbare Werken en
Milieu in soortgelijke bewoordingen aan de wethouder gevraagd alle
pogingen in het werk te stellen om toen binnen veertien dagen te
proberen de definitieve plannen voor de verplaatsing van de woonsche
pen op tafel te krijgen. Ik kan nu in soortgelijke bewoordingen als de
heer Heins die standpunten wel weer herhalen, maar dat heeft weinig
7
