zin. Ik wou mij graag namens de WD-fractie aansluiten bij de woorden
van de heer Heins. Ik wacht voor wat betreft het eventueel ondersteu
nen van de motie van de PAL-fractie het antwoord van de wethouder
eerst even af. Sinds de vergadering van de Commissie voor Openbare
Werken en Milieu zijn al weer een dag of tien verstreken. Ik neem aan
dat de wethouder ondertussen weet hoe of de vlag er bij staat en wat
de prognoses zijn hoe snel het college zal kunnen besluiten de ver
plaatsing daadwerkelijk te doen plaatsvinden. Ik ben geneigd om de
PAL-motie te ondersteunen.
De heer Timmermans (weth.): Het is een beetje de suggestie dat ik
geen probleem zou hebben met hetgeen de heer Heins naar voren brengt.
Ik constateer dat het college op een aantal punten nog geen overeen
stemming heeft bereikt en dat het college het recht heeft om alle
belangen vanuit de verschillende sectoren te wegen. Zo heb ik het ook
geformuleerd. Dat is toch iets anders dan hier naar voren wordt ge
bracht. De overleggroep heeft inderdaad een helder standpunt ingeno
men. Dat standpunt is ook als zodanig aan het college voorgelegd.
Alleen moet ik constateren, en dat heb ik ook al in de commissie
gedaan, dat dat standpunt heel duidelijk en begrijpelijk vanuit dat
ene belang, namelijk van zo snel mogelijk weg zien te komen, is gefor
muleerd. In het college is sprake van afweging van ook andere belan
gen. Het gaat hier niet om een kleinigheid. Het gaat hier om 750
strekkende meter kade waar woonschepen moeten worden aangelegd. Waar
ook een weg naar toe moet liggen, waar schuren moeten worden gebouwd.
Kortom een nogal ingrijpende ruimtelijke maatregel waar je niet altijd
zo maar direct een pasklare oplossing voor hebt. Althans niet een
oplossing die aan ieders belangen onmiddellijk toegemoet komt. Dan is
er een discussie, niet meer en niet minder.
Ik heb er moeite mee om nu hier een soort welles-nietes of zwarte
Pieten-spelletje te gaan spelen. In die zin heb ik geen behoefte om de
suggesties, die de heer Heins in dat opzicht heeft geformuleerd, over
te nemen. Er behoeft geen misverstand over te zijn dat het college wel
degelijk doordrongen is van het belang van de verplaatsing van de
woonschepenbewoners aan het Bisschopsrak. Alleen de oplossing is niet
zo simpel. Wij hebben gemeend om alle argumenten, uitgebreider dan in
de notitie van de overleggroep naar voren is gekomen, opnieuw ter
tafel te krijgen. Dat kost inderdaad wat meer tijd dan wij hadden
gehoopt. Dat heeft ook weer te maken met de fase waarin de reorganisa
tie zit. Dingen zijn wat langs elkaar heen gelopen, dat is heel
spijtig. Dat is niet de bedoeling, maar heeft er wel toe geleid dat je
zomaar een week kunt verliezen. Morgen komt de zaak opnieuw ter
discussie. Het is het recht van het college om daar een standpunt over
in te nemen. Wat de uitslag van dat standpunt is, zal de raad zo snel
mogelijk horen. U krijgt daar ook een besluitenlijst je van. Ik denk
dat de motie, zeker zoals die hier geformuleerd is, weinig zinvol is.
De heer Heins: Als wij ervan uit mogen gaan dat er morgen in b.
en w. een besluit over genomen wordt, is de motie wellicht overbodig.
8
Dan valt dat besluit ook binnen die tien dagen zoals in de motie
staat. Ik dring er op aan, omdat er al een heel uitgebreid onderzoek
is geweest. Alle argumenten zijn afgewogen, alle belangen zijn onder
zocht, het is financieel onderzocht, de landschappelijke waarde, de
bestemmingen, het milieu, het grondeigendom enz. zijn op alle ver
schillende lokaties onderzocht. Mag ik dan van het college horen welke
andere argumenten die niet door DSO onderzocht zijn en die tot een
dergelijke vertraging hebben geleid en op dit moment nog steeds tot
een vertraging van de besluitvorming leiden, nu nog een rol spelen? Ik
denk dat het daar over gaat.
De heer Timmermans (weth.): Inderdaad heeft er een uitgebreid
onderzoek plaatsgevonden. Je kunt alleen niet zeggen dat het gaat om
optelsommen van voor- en nadelen. Per verschillende factor kun je best
van mening verschillen of kan er behoefte zijn te vragen hoe zwaar dat
nu precies weegt. De opmerking dat het uit milieu-overwegingen minder
gewenst is, is een ander soort uitspraak. In ieder geval is van zo'n
argument het besluit mede afhankelijk. Ten opzichte van bezwaren die
aan andere argumenten zitten, denk ik dat het verantwoord is om te
zeggen: wij willen toch nog eens even precies weten, ondanks dat
onderzoek, wat nu precies in dat verband speelt.
Morgen zullen wij zeker een besluit nemen. Of dat het besluit is
dat de heer Heins voorstaat, ik hoop dat, maar ik denk dat wij hier
niet, vooruitlopend op een discussie van morgen, standpunten mogen
gaan innemen. Dat lijkt mij een volstrekt onlogische benadering. (De
heer Heins: Wordt er morgen een besluit genomen voor een nieuwe
lokatie, ja of nee7) Dat hoop ik wel. Ik sluit alleen niet uit dat dat
ook wel niet het geval kan zijn. De heer Heins kan ons niet verplich
ten om een besluit te nemen. Dat lijkt mij een volstrekt onlogische
gang van zaken. (De heer Meerdink: De wethouder geeft niet aan om
welke punten het nu gaat. Hij zegt dat er belangenafwegingen zijn. Dan
vragen wij: om welke belangen gaat het7 Wat zijn nu de punten waarover
meningsverschillen bestaan? Kan de wethouder dat aangeven?) Ik denk
dat dat niet zo moeilijk is. Dat is ook al in verschillende publi-
katies naar voren gekomen. De verschillende argumenten van landschap
pelijke waarde, uitzichten, de meningen van de mensen die het hier
aangaat, milieu-overweging, staan ter discussie. Daar worden tot op
dit moment verschillende belangen aan gehecht.
De heer Burg: Uit reacties in de pers, nadat dit punt behandeld
is in de vergadering van de Commissie voor Openbare Werken en Milieu,
leek het alsof wij een ultimatum gesteld zouden hebben. Dat was toen
niet geval. Wij hebben de wethouder wel dringend verzocht om het punt
zo snel mogelijk uit de wereld te helpen. De motie geeft in wezen nu
wel een ultimatum. Uit het antwoord van de wethouder maak ik op dat er
naar wordt gestreefd om morgen een besluit te nemen. Ik kan mij
voorstellen dat er punten aan de orde kunnen komen die zorgvuldig
moeten worden afgewogen. Ik heb wel begrepen dat de wens om dit zo
snel mogelijk af te wikkelen ook bij het college aanwezig is. Dat moet
9