Sub E.
Dit verzoek wordt in handen gesteld van b. en w. om preadvies.
Sub F en G.
Besloten wordt overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Sub H.
De Voorzitter: Aan de orde is brief van 5 maart 1990 van de heer
S. Pauw, Ibisstraat 36, alhier, inzake verkeersmaatregelen in de
Westerparkwijk.
De heer Heins: Zowel onder punt H als J staan brieven van bewo
ners waarin gereageerd wordt op voorgestelde verkeersmaatregelen, ofte
wel de uitvoering van het gemeentelijk verkeersbeleid. Samen met de
bewoners van Huizum-West hebben de bewoners van de Westerparkwijk en
Nijldn gemeen dat men ontevreden is. De ene maatregel gaat te ver en
de andere niet ver genoeg. Voor de bewoners van Nijldn duurt het
allemaal al veel te lang. De reacties vanuit de wijken mogen volgens
ons niet afgedaan worden met een standaardschrijven zoals hier wordt
voorgesteld. Zij hebben een signaalwerking naar het beleid toe. Wij
vinden dan ook dat er op die wijze gereageerd zou moeten worden. Ook
de betrokken ambtenaren die ter plekke bezig zijn met de uitvoering
van het verkeersbeleid moeten toegeven: dat het onvoldoende is en
alleen de ergste knelpunten worden aangepakt om de pijn wat te ver
lichten.
Ten slotte en ik heb daar in de Commissie voor Openbare Werken en
Milieu al meerdere malen op gewezen, is het verkeers- en vervoersbe
leid aan herformulering toe, vanwege de hoge prioriteit vanuit het
milieu en met name om het autogebruik verder terug te dringen. Een
verdere uitwerking op gemeenteniveau van het NMP-plus
"Verkeersplannen moeten voortdurend worden bijgesteld vanwege
maatschappelijke wenselijkheden, mogelijkheden en wijzigingen van de
inzichten", is een citaat uit het PvdA-programmamaar deze zin kan in
elk programma bij wijze van spreken terug gevonden worden.
Hoe serieus neemt het college de signalen uit de wijken? Hoe ver
wil men gaan om het milieu-aspect te integreren in het milieubeleid of
in het verkeersbeleid? Is het verkeers-en vervoersbeleid niet dit jaar
nog aan herbezinning toe? De PAL-fractie pleit er voor dat dit jaar te
doen.
De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, de heer Heins stelt hier
in feite twee verschillende zaken aan de orde. Hoewel die beide over
verkeer gaan en uiteraard ook de beperking van het aantal verkeers
stromen invloed kan hebben op het verkeersbeleid in wijken. In die zin
is er een relatie. Maar om dat nu in één keer mee te nemen in de
behandeling van de desbetreffende brieven gaat wat te ver.
4
u
Voor wat betreft de aanpak van verkeersluwe gebieden wordt toch
iets te snel een uitspraak gedaan. Ik geloof best dat individuele
ambtenaren graag willen zien dat er wat betreft hun onderdeel meer zou
kunnen gebeuren, dat vind ik een goed uitgangspunt. Aan de andere kant
heb ik toch wat moeite met de wijze waarop de heer Heins volstrekt
verschillende problematieken in verschillende wijken hier op één hoop
gooit en zegt: men is ontevreden. Ik zou wel eens willen zien hoeveel
mensen ontevreden zijn. De aard van de ontevredenheid kan op volstrekt
tegenovergestelde motiveringen berusten. Het is inderdaad lastig om
over te gaan tot door iedereen gedragen verkeersluwe maatregelen in de
desbetreffende wijken. Dat kost veel tijd en overleg. Er is inderdaad
sprake van tegengestelde belangen in een wijk. Die komen in de open
baarheid, maar om daar uit af te leiden dat het niet goed gaat, gaat
mij veel te ver. Te meer als ik constateer dat deze gemeente, als het
gaat om verkeersluwe gebieden, in tien jaar ruim 5 miljoen beschik
baar heeft gesteld, denk ik dat wij de toets der kritiek ruimschoots
kunnen doorstaan. Dat voor wat betreft de maatregelen die hier worden
voorgesteld. Het is mij echt te grijs om nu te zeggen van dat hier
niet serieus op deze signalen wordt ingegaan. Dat wordt wel gedaan.
Maar wij moeten hier nu niet over dit soort brieven zitten praten. Dat
moet inderdaad gebeuren waar het thuis hoort, in het overleg tussen de
wijkbewoners en de desbetreffende uitvoerende dienst. Die moeten eerst
maar eens een keer goed alle voor- en nadelen in die wijken met elkaar
bespreken, voordat wij daar weer meningen over hebben.
Ten aanzien van het verkeers- en vervoersbeleid één opnmerking.
Vorig jaar is dat voorlopig weer vastgesteld nadat wij een nadere
analyse hebben gemaakt over het hoofdverkeerscirculatieplan. Wij
zullen bij iedere uitvoering van een plan opnieuw de situatie moeten
bezien in hoeverre het plan zoals dat er ligt in overeenstemming is
met de analyses die wij plegen met betrekking tot de mobiliteit en dus
ook met betrekking tot het milieu. Overigens zal zeker in de nadere
uitwerking van het verkeers- en vervoersbeleid in deze regio voor het
stadsgewest, in combinatie met datgene wat in de Milieunota staat,
voldoende aanleiding zijn om heel zorgvuldig te bekijken welke maatre
gelen wij nemen.
De heer Heins: Ik maak uit het antwoord van de wethouder op dat
het college niet voornemens is om binnen afzienbare tijd het verkeers-
en vervoersbeleid aan een nadere kritische toets te onderwerpen. Dat
was mijn concrete vraag. Natuurlijk zijn er verschillen tussen de
wijken, dat ontken ik zeker niet. Het gaat er echter niet om of de
meerderheid van de wijkbewoners ontevreden zijn of tevreden zijn, het
gaat er om dat er veel ontevredenheid in de wijk is met name ten
aanzien van de uitvoering van de nota Verkeersluwe Gebieden. Ook dat
er de afgelopen paar jaren nog al wat gebeurd is ten aanzien van de
hele discussie tussen verkeer en milieu. Vanuit die twee achtergronden
pleiten wij ervoor om binnen korte tijd het verkeers- en vervoersbe
leid aan een kritische toets te onderwerpen. Welke kant wij dan opgaan
is een vraag die in die toets beantwoord moet worden. Ik ontken niet