betreft, wil ik opmerken dat dit voor ons niet aan de orde was. Voor D66 stond centraal de optie voor een centrum links college, inclusief D66. Dat die deur al vrij snel dicht was, betreuren wij. Enerzijds werd D66 uitgenodigd mee te doen aan programmatische onderhandelingen, anderzijds legden PvdA en CDA onmiddellijk hun claims met betrekking tot het aantal wethouders op tafel. Mijn fractie heeft sterk het gevoel dat de politieke wil van de PvdA en het CDA om D66 op te nemen in het college ontbrak. Ook op andere plaatsen in het land zijn daarvan voorbeelden. Overigens in twee steden, waarmee wij ons graag willen vergelijken als het over de knooppuntdiscussie gaat, Zwolle en Groningen, is het wel gelukt om D66 op te nemen in het college. Dat de PvdA andermaal gekozen heeft voor het CDA als enige collegepartner verbaast ons niets. De PvdA kan in feite met het CDA doen en laten zoals zij goeddunkt. Het feit dat tijdens de onderhandelingen een aantal teksten in het collegeprogramma zijn vervangen door passage uit het PvdA-verkiezingsprogramma zegt volgens ons voldoende. Mijnheer de voorzitter, hoewel een portefeuilleverdeling formeel een zaak is van het straks te kiezen college, is nu al wel duidelijk dat het CDA iets terug gekregen heeft van wat zij 4 jaar geleden heeft ingeleverd. Blijkbaar is op deze wijze, immers het CDA won niet bij de verkiezingen, de verkiezingswinst van D66 vertaalt. Een aantal opmerkingen over het Collegeprogramma dat PvdA en CDA samen gesloten hebben. D66 vindt een collegeprogramma dat tegelijk bestuursinstrument en politiek programma is, te belangrijk om nu bij het agendapunt Benoemen van de wethouders kort te bespreken. Wij hechten er sterk aan dat het politieke debat apart wordt geagendeerd voor een van de eerstvolgende raadsvergaderingen. Niet om dat vast te stellen, dat kan niet, maar om met elkaar te debatteren over de inhoud. Graag verneem ik van andere partijen hoe daarover wordt gedacht. Wij willen daarom nu volstaan met een aantal algemene kantteke ningen. Het begrip vernieuwing staat centraal en dat is goed. Stede lijke, sociale, bestuurlijke vernieuwing. Vernieuwing van de samenle ving begint niet bij de overheid, maar is altijd aan de orde. Vernieu wing begint nooit en het eindigt nooit. De overheid, en dat is haar eerste taak, moet inspelen op de vernieuwingen die in de samenleving zelf zich voltrekken. Een efficiënt overheidsapparaat dat zorg op maat kan bieden, dat kan inspelen op vragen van burgers, is van groot belang. Collectieve problemen, als het over mensen gaat, zijn er nauwelijks. Het gaat om massale en geïndividualiseerde problemen. D66 vindt stedelijke, sociale en bestuurlijke vernieuwing bijzon der belangrijk. Wij vinden echter niet dat het papieren tijgers mogen worden. Essentieel bij de vernieuwing is het begrip participatie. Uiteindelijk is het zo dat mensen democratie maken. De burger moet dichter het bestuur komen te staan en daarvoor kan er veel meer gerealiseerd worden dan een referendum en een stadspanel. Het zou goed zijn als ook in Leeuwarden de Commissie voor Algemene Zaken een Commissie Bestuurlijke Vernieuwing zou worden. Het mag niet zo zijn dat over 4 jaar weer een opkomst gehaald wordt in Leeuwarden van 62Z. 12 Afgezien van structuren, voorzitter, is de politieke vernieuwing, en die staat niet in het Collegeprogramma, misschien nog wel de belangrijkste. D66 hoopt echt dat de politieke verhoudingen in de raad minder op slot komen te zitten. Een collegeprogramma kan en mag de raad niet buitenspel zetten. De reorganisatie van het ambtelijk apparaat is op 1 april j.l. formeel afgerond. Een nieuwe ambtelijke cultuur moet er komen. D66 zal zich vanaf 1 mei, vanaf vandaag, samen met andere partijen inzetten voor een nieuwe politieke cultuur. De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, in het verkiezingspro gramma van de WD staat dat de WD voorstander is van een college op een zo breed mogelijke basis. Geen fractie moet worden uitgesloten bij het opstellen van het Collegeprogramma. Op de eerste bijeenkomst na de verkiezingen heeft de WD hieraan uiting gegeven, terwijl ook de andere fracties hun mening hebben gegeven over de komende collegebesprekingen. De vertegenwoordigster van de PvdA vond dit echter niet nodig en luisterde welwillend naar de andere fracties. Deze vertoning mag volgens ons niet weer voorkomen. Als een mening wordt gevraagd en ook gegeven geldt dit voor alle fracties. Toen de PvdA later liet blijken ook best met PAL en D66, naast uiteraard het CDA, te willen praten, maar op voorhand 3 wethou- dersposten claimde, was de zaak duidelijk. De PvdA koerste aan op een college met het CDA. Het CDA in het aantal zetels gelijk gebleven, wilde zijn 2 wethouders houden en dus bleef er voor de rest niets over. De PvdA met een verlies van 3 zetels kreeg 3 wethouders en D66 met een winst van 4 zetels kreeg er geen enkele. Uitgaande van 5 wethouders, gezien de winst van D66 en het verlies van de PvdA zou een 2-2-1 verdeling recht doen aan de verkiezingsuitslag. Het CDA had reeds ver voor de verkiezingen al te kennen gegeven met de PvdA door te willen gaan en had toen de PvdA 3 wethouders claimde weinig keus. Eenmaal zover gekomen was het "onderhandelen" over een collegeprogram ma slechts een kwestie van tijd en punten en komma's. Het CDA wist de portefeuille Middelen binnen te slepen, voor waar geen gering succes, tel uit je winst. Zelfs Stadsbeheer ging naar het CDA. Het kon niet op. Maar wat kreeg het CDA van Onderwijs? Waar ging het toerisme naar toe? Waar bleef het milieubeleid? Naar welke partij ging het loco burgemeesterschap? Het CDA bleef in zeteltal gelijk, de PvdA verloor er 3 en zie het resultaat. Bij het ingaan van de besprekingen is opgemerkt dat de afstand tussen de programma's van PvdA, CDA, PAL en de WD te groot was. Mijn fractie concludeert dat de afstand tussen het WD-verkiezingsprogramma en het Collegeprogramma erg groot is, als wij bijvoorbeeld kijken naar het benoemingsbeleid, het onderwijs - denk aan de brede scholengemeen schappen - en de inhoudelijke woorden over de financiën in het Colle geprogramma. Al met al, mijnheer de voorzitter, voor de WD-fractie voldoende redenen om dit Collegeprogramma niet te kunnen onderschrij ven. De heer Heins: Zonder college, met alleen de burgemeester en de 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 7