apparaat. Ik neem aan dat in die discussie - dat is geen specifiek Leeuwarder probleem - dan aan de orde zal komen hoe de eigendomsrechten landelijk georganiseerd gaan worden, of er sprake is van een eventuele juridische eigenaar. De Voorzitter: Van mijn kant nog een reactie op de opmerking van mevrouw Visser: het zou niet ten koste moge gaan van de wijkagenten. Akkoord, dat is ook niet de bedoeling en het is ook niet de bedoeling dat hier een uitgebreide kantoorfunctie in ondergebracht wordt. Het is duidelijk dat het een politiepost wordt voor de binnenstad. In de richting van de heer Bilker, die vraagt of er mogelijkerwijs al onderhandelingen zouden kunnen plaatsvinden over het concentratiepro ces hier in Leeuwarden met de rijkspolitie, denk ik dat dat misschien wel mogelijk is, maar het lijkt mij niet voor de hand liggend om nu te doen. De reorganisatie van de politie staat er aan te komen. Binnen het be sluitvormingsorgaan dat in dat kader gecreëerd gaat worden, is de vraag aan de orde wat voor type concentratieprocessen of spreidingsprocessen gelokaliseerd gaan worden. Het lijkt mij onverstandig om vooruitlopend daarop als gemeente daar doorheen te gaan spelen. Wat mij betreft gebeurt dat op dit moment niet. De heer HeinsIk had nog de vraag gesteld of in de commissie de overeenkomst die afgesloten moet worden terug kan komen. Ook had ik nog de vraag gesteld of met de politie niet een regeling kan worden getroffen of zij niet een schuld kan hebben bij de gemeente; of dat juridisch kan, voor de verhouding onderling. De heer Timmermans (weth.): Het antwoord op de eerste vraag of de overeenkomst nog een keer in de commissie kan, lijkt mij veel meer een kwestie van de voorzitter. Op zichzelf lijkt het mij geen bezwaar om dat nog een keer in die commissie voor te leggen. De Voorzitter: Het antwoord op de tweede vraag. Er is overleg gevoerd binnen het politie-apparaatDit is het bod tot waar de politie kan gaan. Ik denk dat 300.000,-- extra, zeker als je dat als schuld zou moeten gaan inboeken, een onbegaanbare weg is. Aan de orde is de stemming. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.met inachtneming van de toezeggingingen van de wethouder. De heren Ten Hoeve en E.M. Janssen van de PvdA-fractie wensen te worden geacht te hebben tegengestemd Punt 23, 24 en 25 (bijlage nrs. 180, 172 en 171). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 25a (bijlage nr. 189). 14 De Voorzitter: Aan de orde is lokatiekeuze woonschepen Bisschops rak Er is nagekomen een bericht van Dorpsbelang Hempens-Teerns wat op uw tafel ligt. De heer Ten Hoeve: In de Commissie voor Stadsontwikkeling hebben wij uitvoerig gesproken over deze zaak. Daar zijn allerlei standpunten naar voren gebracht. Wij hoeven die discussie hier niet over te doen. Toch wil ik in het belang van deze zaak in het kort het standpunt van mijn fractie herhalen. Kort samengevat komen de standpunten en de stellingname op het volgende neer. De woonschepen moeten verdwijnen bij het Bisschopsrak. De overlast voor de mensen die daar liggen is te groot. Ik moet daar opnieuw even bij kwijt dat wij door de provincie in deze situatie gedwongen zijn. Dat laat onverlet dat wij mede verantwoordelijk zijn voor de afvalproblematiek zoals die in Friesland speelt. Leeuwarden is dat, alle gemeenten zijn dat, ook wij moeten meedenken aan een oplossing, maar als Leeuwarden hadden wij nooit voor deze lokatie gekozen als wij mee hadden kunnen kiezen voor de lokatie. De woonschepen kunnen eigenlijk niet in Lekkum en Hempens liggen, daar zijn grote landschappelijke problemen. Het open landschap moet zo weinig mogelijk aangetast worden. In het bos is ook problematisch met name ook door het standpunt van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Uit hun stellingname blijkt dat dan het hele bos op de tocht zou kunnen komen te staan. Voor ons is in ieder geval van groot belang dat dat bos er op termijn wel komt, omdat dat voor de bevolking van Leeuwarden van groot belang is. Wensen zijn uitgesproken, heel veel mensen missen in hun omgeving een bos waar gerecreëerd kan worden. Wij vinden als fractie dat wij niet de beslissingen zo mogen nemen dat het bos er niet zou kunnen komen. Eigenlijk zijn volgens ons alle standpunten waar. Dan komt het punt dat er een keuze gemaakt moet worden. Wij kunnen met alle zaken zoals die er nu liggen niet anders komen dan tot het standpunt zoals in tweede instantie door het college is ingenomen: dat de pijn over de verschillende lokaties verdeeld moet worden, er moet dus gekozen worden voor de spreidingsvariant. In onze gedachte volgen wij het college met 6 bij Hempens; Lekkum niet meer dan 8 9 (dus niet het dubbele aantal); Ritsumazijl 5 en de rest in de Jelsumervaart. Ik maak daar nog een kanttekening bij. Mochten er door een of andere situatie bij de eerstgenoemde lokaties problemen zijn, dan moeten er naar ons gevoel meer woonschepen in de Jelsumervaart. Ik moet trouwens, nadat de raads- brief gekomen is, zeggen dat dat ook de Dokkumer Ee kan zijn. In het laatste stuk dat wij hebben gekregen wordt niet echt in de Jelsumervaart bedoeld, maar meer aan de westkant van de Dokkumer Ee Ten slotte wil ik nog een paar kanttekeningen maken. Wij wijzen nu de lokaties globaal aan, dat houdt niet in dat de discussie stopt. Naar ons gevoel moet er nog zorgvuldiger dan nu gekeken worden naar hoe de lokaties in het landschap ingepast kunnen worden. In de commissie is wat betreft Lekkum al gesproken over het opschuiven van de lokatie. Maar ook bij de andere lokaties - denk bijvoorbeeld aan de schets die wij gezien 15

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 8