worden gelegd, er ter elfder ure twee onderwerpen aan de lijst van
mededelingen waren toegevoegd, die als hamerstuk werden behandeld.
Eén over ons beleid inzake de LOTA en Zuid-Afrika en één over de brief
van Dantumadeel over hun kritiek op de provinciale afvalverwerking. Een
ieder weet dat dit politiek beladen onderwerpen zijn, waarover iedere
fractie wel iets te vertellen heeft.
Toen ik aan het college liet vragen om de mededelingen opnieuw op
de agenda te zetten ten einde ons in de gelegenheid te stellen voorbereid
commentaar te leveren, werd dit botweg geweigerd.
De gemeenteraad is het hoogste orgaan van de gemeente. De besluit
vorming dient zorgvuldig te gebeuren op basis van politieke discussies
binnen de partij zelf met de achterban en op basis van het openbare debat
in de raad of commissie. Daarvoor hebben wij regels opgesteld. Deze
regels worden regelmatig overtreden.
Wij stellen het college verantwoordelijk voor de wijze waarop de
organisatie op dit moment draait. Dan heb ik het met name over de Be
stuursdienst. Ook is het college verantwoordelijk voor het feit dat er
vanavond geen besluit over het convenant sociale vernieuwing genomen kan
worden, terwijl dit volgende maand ondertekend wordt.
Wat ons betreft hebben wij vanaf vandaag geen boodschap meer aan
getuigenissen van bijzondere urgentie van bepaalde punten, van goede
bedoelingen en boetedoeningen. Wij willen resultaat zien en verwachten
dat het college er zich nu direct mee gaat bemoeien en maatregelen zal
nemen om voor de gemeenteraad die voorwaarden te scheppen die essentieel
zijn voor een goed en democratisch functioneren van een raad die zichzelf
serieus neemt.
Mevrouw De Haan: Mijnheer de voorzitter, de heer Heins zei al dat
meerdere fracties in de raad dit pleidooi ondersteunen. Ik wil namens de
PvdA-fractie dit zeker doen. Ook wij zijn van mening dat met name zorg
vuldige voorbereiding van de kant van de politiek in het gedrang komt als
stukken ons dermate laat toegezonden worden. In dit geval was het vrij
dag. Dat betekent dat fractievergaderingen al geweest zijn en fractiedis
cussies dus niet meer kunnen plaatsvinden. Ik wil mij aansluiten bij wat
de heer Heins voorstelt, dat wij als raad een wat hardere lijn instellen
en deze stukken voortaan niet meer zullen accepteren. Ik heb begrepen dat
de burgemeester deze harde lijn ook ingezet heeft door middel van een
brief aan ons, waarin ook hij zegt: voortaan wil ik dat niet meer accep
teren, alleen bij hoge uitzondering. Ik denk voor mijzelf dat het dan
moet gaan om hamerstukken of iets dergelijks. Wij vinden ook dat de raad
nu een keer een daad moet stellen.
Wij hebben het nu over de agenda van de raad en de voorbereiding van
de raad. Ik denk dat mogelijke onzorgvuldigheden voor zover die voorkomen
ook gelden naar burgers toe. De heer Heins sprak daar ook over. Ik denk
dat wij deze twee zaken bij elkaar moeten nemen en van allebei moeten
afspreken dat wij daar een betrekkelijk harde lijn in voeren, zodat
onzorgvuldigheden in die zin niet meer hoeven voor te komen.
4
De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, voordat de heer Heins met
zijn palaver begon, had u in feite al schuld bekend door het briefje dat
wij op de tafel vonden. Ik sluit mij aan bij de woorden van de vorige
sprekers. Ik wilde daar aan toevoegen dat wat nu voor de raadsagenda
geldt, eigenlijk natuurlijk ook voor commissievergaderingen moet gelden.
Ook daar komt het veelvuldig voor dat punten later nog worden toegevoegd.
Dat moet en mag niet meer voorkomen.
Ik heb daar vanmorgen al over gesproken in een ander verband en ik
wil dat toch nog een keer herhalen. In uw Collegeprogramma en nu citeer
ik maar even letterlijk, vanmorgen heb ik dat k l'improviste gedaan,
staat: "Gestreefd zal worden naar een goede en tijdige informatie aan
en overleg met de niet in het college vertegenwoordigde partijen, opdat
voorkomen wordt dat een onaanvaardbare informatie-achterstand ontstaat."
Dit Collegeprogramma is met ingang van 1 mei 1990 hier geldig geworden
en tot nu toe heeft mijn fractie van deze informatie en dus ook die
tijdige informatie weinig kunnen merken. Wij twijfelen niet aan de goede
bedoelingen, maar wij hopen dat van nu af aan die goede bedoelingen ook
inderdaad tot daden worden omgezet.
De hear Bilker: Foarsitter, nei oanlieding fan de interpelaasje fan
de hear Heins ek even in inkele opmerking. Mei de yntinsje binne wy it
iens. It giet indie om de krektens fan it bestjoer en dy is sa stadich
oan oan'e oarder.
Yn it twadde plak komt de fraksjebehanneling ek yn'e knipe. As jo
de stikken te let ferstjoere, dan blykt dat allinne de kommisjeleden
beskikke oer de oanbelangjende stikken, mar de' rest fan de fraksje - as
jo no in lytse of in grutte fraksje binne hear Heins, dat makket net
safolie üt - dy beskikke dêr dan net oer en dat stiet dan in krekte
öfweging yn'e wei.
Dan, foarsitter, wol ik noch wize op it Reglemint fan Oarder en dan
benammen artikel 8, lid 3 dêr't hiel düdlik yn steld wurdt dat stikken
njoggen dagen foar de riedsfergadering by de riedsleden oanwêzich wêze
moatte. Yn artikel 8, lid 4 wurdt in ütsündering makke, mar dat is dan
foar beoardieling oan de foarsitter. Ik soe benammen op artikel 8, lid
3 en 4 wize wolle. Dy lijn moat oanhalden wurdeDat bets jut dus yndie
dat jün de oarspronklike aginda sa't wy dy krigen hawwebehannele wurdt.
De heer De Jong: Akkoord met de opmerkingen van de vorige sprekers.
Het is duidelijk dat de raad vanavond een duidelijk signaal af geeft
richting college dat het zo niet langer kan. Het komt ook regelmatig voor
in commissies dat stukken te laat worden verzonden. In de fractie hebben
wij dan niet aan de hand van een raadsbrief van gedachten kunnen wisselen
en tot een standpuntbepaling kunnen komen. Het zwaartepunt, zo is afge
sproken ligt bij de commissies. Het is duidelijk, de raad beslist uitein
delijk.
Een raad die zichzelf respecteert kan niet akkoord gaan met wijzi
gingen die op het laatste moment zijn aangebracht. Er moeten goed afgewo
gen oordelen worden gegeven. Een college dat zichzelf respecteert zorgt
ervoor dat zoiets niet weer gebeurt. In dat licht beschouwt mijn fractie
5