over wilde praten. Ik kan u wel vertellen dat ik dat gedaan heb. De
laatste tijd heb ik aan heel wat discussies deelgenomen betreffende het
homo-huwelijk. Wat dat betreft is het college in zijn opzet geslaagd om
middels dit voorstel een maatschappelijke discussie te ontketenen. Naar
aanleiding van die discussies heb ik mijn mening ten aanzien van de
symbolische voltrekking van het huwelijk tussen twee mensen van hetzelfde
geslacht moeten herzien. Het burgerlijk huwelijk is en blijf een insti
tuut waaraan exclusieve rechten verbonden zijn en of je dat huwelijk nu
open stelt voor homo-seksuele mannen en lesbische vrouwen of niet. Mensen
die wel gebruik willen maken van de rechten, maar niet kiezen voor de
symbolische waarde die het huwelijk ook heeft, blijven in de kou staan.
De PAL-fractie voelt er niets voor om naast een scheiding in de hetero
seksuele groep, nu ook nog een scheiding aan te brengen in de homo
seksuele groep. Een scheiding tussen mensen die wej. kiezen voor het
huwelijk als symbool, die dan ook meteen een heleboel rechten toegescho
ven krijgen, en de mensen die niet kiezen voor het huwelijk als samenle
vingsvorm en die dan ook verstoken blijven van die rechten.
Jan Blokker schrijft in de Volkskrant van afgelopen zaterdag: "Er
is sprake van een blinde drift om het prachtige begrip gelijke behande
ling op alle niveaus waar te maken, terwijl er vind ik niveaus zijn
waarop je dat niet zou moeten willen." Ik ben het niet eens met die
blinde drift waar hij over spreekt, maar wel met het feit dat je gelijke
behandeling niet op alle niveaus zou moeten willen. Het huwelijk zoals
dat nu bestaat is voor de PAL-fractie zo'n niveau. Wanneer wij als
samenleving hierin meegaan, zijn wij homo-vriendelijk bezig, dat wel,
maar volgens de PAL-fractie is homo-beleid emancipatiebeleid en daarom
zijn wij niet voor het zo maar openstellen van het huwelijk voor lesbi
sche vrouwen en homo-seksuele mannen. Volgens de PAL-fractie moeten wij
als samenleving er eerst toe besluiten om de rechten die nu verbonden
zijn aan het huwelijk voor een ieder toegankelijk te maken. Op die manier
kan er geen sprake meer zijn van discriminatie naar geslacht of naar
samenlevingsvorm. De stap die daarna gezet moet worden, is er voor te
zorgen dat alle soorten van samenlevingsvormen ope.i staan voor alle
mensen, ongeacht hun geslacht. Twee mensen kunnen dan kiezen voor het
huwelijk dat ontdaan is van zijn wettelijke status en dat niet meer kan
gelden als een eenvoudige en goedkope manier om wederzijdse rechten en
plichten tussen twee mensen vast te leggen. Maar zij kunnen ook in alle
vrijheid kiezen voor een andere samenlevingsvorm, al dan niet publieke
lijk bekend gemaakt.
Gezien het bovenstaande zal het u duidelijk zijn dat de PAL-fractie
niet tevreden is met het voorgestelde antwoord van b. en w. Daarom heb
ik een voorstel gemaakt om de brief te wijzigen, dat ik in de vorm van
een motie aan de raad voorleg. Ik ben er nu vanuit gegaan dat de tekst
van de brief, dus het antwoord aan Stello en Kuipers volledig opgenomen
is in de raadsbrief en dat begint bij de tweede alinea. (De Voorzitter:
Op bladzijde 3 moet het laatste woord niet zijn besluiten maar berich
ten.
De motie luidt als volgt:
50
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 22
oktober 1990;
behandelende het antwoord van burgemeester en wethouders op een
brief van de heren Kuipers en Stello;
besluit
de derde en vierde alinea, beginnende met: "Op Uw tweede en der
de...." en eindigende met: een symbolische actie te onderne
men." te laten vervallen en te vervangen door:
"Op uw tweede en derde vraag willen wij het volgende antwoord geven.
Wij vinden dat het gemeentebestuur hierin inderdaad een eigen
verantwoordelijkheid heeft. Wij hebben daarom onderzocht of het
gemeentebestuur een wettelijke bekrachtiging zou kunnen bevorderen.
Wij zijn tot de conclusie gekomen dat ons daartoe slechts weinig
mogelijkheden open staan.";
de zesde alinea, beginnende met: "Wij willen de mogelijkheid tot..."
en eindigende met: "actieve zin stappen willen ondernemen.", te
laten vervallen en te vervangen door:
"In onze vergadering van 28 augustus 1990 hebben wij dan ook beslo
ten om met meerdere gemeenten de mogelijkheid te onderzoeken om
gelijktijdig actie te ondernemen, ten einde een maatschappelijke
discussie op gang te brengen en het thema van gelijkberechtiging van
verschillende samenlevingsverbanden op de politieke agenda te plaat
sen.
Wij zijn van mening, dat een dergelijke gelijktijdige actie zich
niet dient te beperken tot het openstellen van het huwelijk voor
twee personen van gelijk geslacht. In onze brief aan de Minister-
President hebben wij al gesteld, dat de rechten, die nu nog exclu
sief zijn voorbehouden aan gehuwden, geïndividualiseerd dienen te
worden. Daarom zullen wij in het overleg met de andere gemeenten er
voor pleiten om een gezamenlijke actie te richten op de tot stand
koming van een goede relatiewetgeving. In die wetgeving dient tevens
het begrip individualisering van rechten concreet gestalte te
krijgen.
De gemeente Beverwijk heeft inmiddels op zich genomen om te inventa
riseren welke gemeenten een actie overwegen. Het ligt in de lijn der
verwachting dat er vervolgens een gezamenlijk overleg van een aantal
gemeenten zal plaatsvinden. Wij zullen in dat overleg aandringen op
snelheid
De motie is door mij ondertekend. (De Voorzitter: De motie maakt deel uit
van de beraadslagingen.
Mevrouw Tiemersma: Naar aanleiding van het raadsvoorstel ten aanzien
van het antwoord op de brief van de heren Kuipers en Stello wil mijn
fractie het volgende opmerken. Juridisch is het op dit moment niet
mogelijk om een burgerlijk huwelijk te sluiten tussen twee mensen van
hetzelfde geslacht. De Hoge Raad heeft dit vorige week nogmaals beves
tigd. Het college kan dan ook niet voldoen aan het verzoek van de heren
om zo'n huwelijk te voltrekken. Bovendien ligt de verantwoording voor het
51