akkoord. Zo hadden wij ook afgesproken. De burgemeester heeft ook onze
motie waarin die vier maatregelen staan richting rijk naar die discussie
verwezen. Ik heb er principieel geen enkel bezwaar tegen om dat daar te
doen. Ik zat wel bij mijzelf te denken dat wij heel sterk de neiging
hebben om te verwijzen naar verdere discussie; dat gebeurt nu ook bijna
met alle moties die er gekomen zijn, die worden doorverwezen. Het moet
natuurlijk niet zo worden dat de politiek geen politieke uitspraken durft
te doen en alles verwijst naar de toekomst. Ik vind dat nu, voor deze
zaken prima, maar dan moeten wij wel ontzettend goed in de gaten houden
dat dingen niet blijven liggen. Ik wou de andere fracties dan wel vragen
om volgende week maandag ten aanzien van die motie en de maatregels van
het rijk een standpunt in te nemen, zodat wij daar ook echt besluiten
over kunnen nemen.
Dan de motie van de D66-fractie over beleidsbijstelling, na twee jaar
evalueren en kijken of moet worden heroverwogen. Mij lijkt dat een zeer
overdreven verhaal. Ik vind dat de raad per definitie te allen tijde
vastgesteld beleid moet kunnen heroverwegen, maar het lijkt mij onnodig
om er van uit te gaan dat alles wat twee jaar ligt per definitie herover
wogen moet worden. Dat zou betekenen dat je vandaag een besluit over de
Harmonie kunt nemen, waarvan je op het moment dat je gaat bouwen moet
zeggen, toch maar liever niet. Dit lijkt mij overdreven. Wij vinden dat
heroverweging moet kunnen. Je moet als raad ook die mogelijkheid voor
jezelf open houden. Als er zich nieuwe argumenten voordoen, moet je daar
vooral ook niet al te bang in zijn. Maar ieder jaar per definitie alles
heroverwegen lijkt mij overdreven, dan mogen wij er wel een half ambte
lijk apparaat bij aannemen om dat überhaupt te kunnen doen. Wij zien dat
niet zitten.
Verder wou ik nog even snel reageren naar de D66-fractie, omdat die zich
nogal excuseren in hun algemene beschouwingen over het feit dat zij zich
wat bescheiden hebben opgesteld. Met name de argumenten daarbij van, een
grote partij die zo verliest, laten wij die vooral geen zout in de wonden
strooien. Ik denk, hoe teleurgesteld wij ook zijn dat wij verliezen, wij
dat verlies best aan kunnen. Wij zouden het alleen maar op prijs stellen
als de D66-fractie daar niet al te zielig over deed en dat vooral ook
niet als argument aangrijpt om zichzelf bescheiden op te stellen. Wij
hebben liever een partij waar wij tegen aan kunnen dan een partij die
zich bescheiden opstelt. Maar afgezien van ons, denk ik dat de D66-
fractie dat ook verplicht is aan zijn kiezers.
De Voorzitter: Om de discussie wat te vergemakkelijken, eerst mijn
reactie op motie nr. 5 richting CDA-fractie. Die spoort in grote lijnen
met de reactie die mevrouw De Haan heeft gegeven, zonder dat daar rugge
spraak over heeft plaatsgevonden, althans met haar.
De heer Bilker: Mijnheer de voorzitter, alle fracties zijn gisteren
122
begonnen met stil te staan bij de Golfoorlog. Echter op hetzelfde moment
vinden er ontwikkelingen plaats in de Sovjet Unie waar wij ook niet
gelukkig mee zijn. De Baltische staten Litouwen en Letland zijn op
hardhandige wijze te verstaan gegeven dat hun verder streven naar autono
mie niet geoorloofd is. Het leger grijpt in, geweld wordt gebruikt en
doden zijn gevallen. Wij beginnen daar juist over omdat de gemeente
Leeuwarden contacten heeft in de Sovjet Unie, er is zelfs een stedenband.
Er is hier sprake van een aantasting van vrijheid van meningsuiting en
dat is een ernstige zaak. Wellicht zouden wij daar op korte termijn eens
over van gedachten kunnen wisselen in de Commissie Algemene Zaken.
Ik wil kort de algemene beschouwingen langs gaan van de andere fracties.
De PvdA heeft uitvoerig gesproken over de bestuurlijke vernieuwing.
Binnenkort zullen wij daar als raad over komen te spreken. Ik hoor
aanstaande maandag, maar dat lijkt mij wat te snel. Ook wij zullen
daarbij ons aandeel leveren, daarom lijkt het mij verstandig de reactie
op de door de PvdA-fractie genoemde punten in zijn geheel dan te geven.
Wel wil ik ingaan op de motie waarbij sprake is van enkele punten die bij
de Tweede Kamer en bij de regering moeten worden ingediend. Deze motie
zal als een signaalfunctie bedoeld zijn en wat dat betreft vinden wij de
motie wat vroeg omdat vele aspecten daarvan, ik denk aan de gekozen
burgemeester, nog maar in een beginstadium zijn van een verdere discus
sie. Maar afgezien daarvan hebben wij er ook inhoudelijk moeite mee, op
punt 1 van de motie na over het proces van de decentralisatie. Wij zijn
het overigens eens met de burgemeester wanneer hij zegt, dat wij zelf ook
nog de discussie over bestuurlijke vernieuwing moeten voeren en dat deze
motie, met enkele punten die toch niet zo op een achternamiddag vastge
steld kunnen worden, toch enige discussie behoeft. Eerst moet maar eens
grondig worden onderzocht of de stelling juist is dat de politieke
betrokkenheid van de burgers bij de lokale politiek groter wordt als de
burgemeester gekozen wordt, of dat nu door de bevolking of door de raad
gebeurt. Wanneer men zoiets stelt, komt het er op neer dat er in wezen
een wethouder bij komt, een eerste wethouder, die als voorzitter fun
geert, een premier-wethouder. Wij hebben niet de illusie dat als er een
burgemeester gekozen wordt, de betrokkenheid van de bevolking toeneemt.
Tot nu toe hebben wij dat nooit gemerkt, maar wie weet.
Verder zitten er nog behoorlijk wat zaken aan vast die op zichzelf een
hele discussie vergen. Kortom, deze motie krijgt onze steun niet. Het
zijn in onze ogen meer punten voor een discussie dan dat wij er nu een
besluit over zullen moeten nemen. (Mevrouw De Haan: Zo is het ook niet
bedoeld. Het is niet als signaal bedoeld en ook niet als stellingwij
vinden het gewoon echt. Dat klinkt misschien raar.) Zo kijken wij er
tegen aan.
De motie nr. 2 van de PvdA-fractie over de AVI, kunnen wij mee instemmen.
Woorden van gelijke strekking heb ik in mijn eerste instantie ook ge
bruikt. Er is even een probleempje ten aanzien van het besluit waar
gesproken wordt over geen vuilverbrandigsinstallatie op de lokatie van
de voormalige AVI, maar ik neem aan ook elders niet, maar dat is, zo ben
123