ontstaat volgens mijn fractie een groot gevaar. Een gevaar dat gastou ders zullen stoppen. Een groter gevaar nog, het zal moeilijk worden om in de toekomst nieuwe gastouders te werven. En met het oog op de 135 plaatsen die gerealiseerd moeten worden, lijkt ons het terugdraaien van 4,-- naar 3,het paard achter de wagen spannen. Ouders zijn dan meer aangewezen op de duurdere dagopvang. Mevrouw Garms zal straks in haar eerste termijn een motie indienen die door mij mede zal worden ondertekend. Mevrouw Dijkstra: Voorzitter, in de commissievergaderingen is al meerdere malen uitvoering gesproken over de Meerjarennota Kinderopvang, daarom wil ik mij thans beperken tot enkele opmerkingen. Ik wil allereerst ingaan op de wens tot verhoging van de vergoeding per uur door de gastouders. Wij hebben nogal een hoeveelheid brieven gehad om dit pleidooi te ondersteunen. Op zich begrijpelijk, want 4,per uur is een alleszins redelijk bedrag. Maar hoezeer wij ook begrip hebben voor de door de gastouders gewenste verhoging naar 4,--, wij zijn op dit moment van mening dat gezien de huidige financiële situatie, juist nu wij in een gigantische bezuinigingsoperatie zitten, het niet verant woord is om op dit moment nog meer geld uit te trekken voor de kinderop vang. Voor alle duidelijkheid, de gemeente draait niets terug, want de verhoging is éénzijdig door het GOB doorgevoerd en naar bleek door onwe tendheid van hun kant niet vastgesteld door de gemeente. Dus is het te betreuren door het GOB dat dit voor de gastouders weer teruggebracht zal moeten worden. Wij zien echter de noodzaak, gezien bovengenoemde, de vergoeding op dit moment op 3,-- per uur te handhaven. Hetgeen niet inhoudt dat onze fractie geen waardering zou hebben voor dit werk. Zeker is opvang in gezinsverband voor ons van belang als ouders daarvoor kiezen, maar helaas is die waardering niet uit te drukken in het beschik baar stellen van meer geld. Gezien het feit dat echter in deze tijd de kinderopvang een enorme groei doormaakt met de daarbijbehorende middelen, mag het duidelijk zijn dat kinderopvang voor ons zeker geen ondergescho ven punt is. Ik heb begrepen dat zo'n 34Z van de gemeenten meer betaalt dan dit bedrag. Wij willen dan ook de landelijke ontwikkelingen afwachten om dan in de toekomst te kunnen bekijken hoe wij hierop inspelen. In de commissie is al gevraagd of wat soepel met de normering van minimaal 8 uur kan worden omgegaan. Met name bij buitenschoolse opvang blijkt in de praktijk dat minder uren soms voldoende zijn. De wethouder heeft hier toen positief op gereageerd, in die zin dat bekeken zal worden of hier mogelijk enige ruimte zit in de door WVC vastgestelde minimumnorm. Wat is de reden dat de subsidiëring van gastouderopvang bij de vraagou- ders thuis wordt afgebouwd? Er kunnen omstandigheden zijn dat het voor keur verdient een gastouder aan huis te hebben, bijvoorbeeld bij een kind dat vaak ziek is. Waarom is dat kostbaarder, vraag ik mij af, de bemidde ling is toch hetzelfde? Graag hoor ik hierover een antwoord van de wethouder. Als vraagouder en gastouder wat op dezelfde lijn zitten, denk ik dat dit niet tot ongewenste consequenties hoeft te leiden in financi ële of juridische zin. Op zich kunnen wij ons vinden in één instelling 26 voor kinderopvang, mits er ruimte overblijft voor het subsidiëren van specifieke vormen van kinderopvang op grond van opvattingen van ouders. In dit geval bedoelen wij de Friestalige en christelijke kinderopvang. Op dit moment is het nog niet duidelijk of deze gesprekken met de SKL tot integratie zullen leiden. Wij willen in ieder geval ruimte hiervoor houden. Bij problemen ontstaat echter een nieuwe situatie die wij dan opnieuw zullen beoordelen. Belangrijk is voor onze fractie dat ouders vanuit hun eigen verantwoordelijkheid voor de opvoeding van hun kinderen in alle ruimte kunnen kiezen voor die vorm van kinderopvang die bij hun levensovertuiging past. Ten aanzien van het plaatsingsbeleid. Wat éénoudergezinnen betreft willen wij pleiten voor waarborgen van kinderopvang. Zeker als men daardoor een baan kan krijgen en daarmee financieel onafhankelijk kan worden. Wij dringen er dan ook op aan dat hiervoor mogelijkheden worden gevonden, daar voor deze mensen particulie re opvang vaak niet te betalen is. Wij vertrouwen er op dat gezocht zal worden naar een oplossing voor de zogenaamde schrijnende gevallen. Mensen met minimuminkomens mogen niet de dupe zijn van deze forse verhoging van de minimum ouderbijdrage. Wij hopen hierover in de commissie nader geïnformeerd te worden als de gevraagde gegevens hierover bekend zijn. Ook ten aanzien van de door onze fractie ondersteunde opmerking dat controle op de kwaliteitsverordening bij de GGD zou moeten liggen, zien wij gaarne voorstellen tegemoet. Met name ten aanzien van de financiering van de kosten van deze controle. Gezien de ontwikkelingen binnen de kinderopvang zal uit de verdere uitwerking en de uitvoering moeten blijken of en hoe wij het plan jaar lijks moeten bijstellen. Voor het overige kunnen wij ons nu vinden in het plan zoals dat voor ons ligt en wij stemmen in met de voorstellen in de raadsbrief. Mevrouw Garms: Precies een jaar nadat in deze raad de Knelpuntennota en de Reactienota Kinderopvang is vastgesteld is nu het Meerjarenplan Kinderopvang aan de orde. Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om de ambtenaren en de instelling een compliment te geven voor de hoeveelheid werk die er is verzet. In de commissie heb ik dit plan steeds deelplan genoemd, omdat hier een deel van de kinderopvangvoorzieningen, zoals bijvoorbeeld peuterspeelzalen, nog niet meegenomen is. Maar de wethouder heeft toegezegd dat de rest binnenkort volgt en dat er in de volgende jaren gewerkt zal worden aan plannen die het totaal aan kinderopvang voorzieningen betreffen. Voor ons ligt een voorstel om de komende jaren de kinderopvang fors uit te breiden. Een goede zaak, want wij kunnen niet anders dan constateren dat er in de loop van de jaren een enorme vraag is ontstaan die het huidige vooorzieningenpakket ver overstijgt met als gevolg lange wacht lijsten. Het rijk heeft middels de Stimuleringsmaatregel Kinderopvang willen stimuleren meer werk te maken van kinderopvang, waar wij als 27

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 14