Or
Verk
Verv
Verv
Verv
Verk
Verv
Verv
Ru
Ver\
Scl
Ontt
Ont(
ph
Za
Er
Ver
Uitj
Oi
Punt 18 (Bijlage nr. 209).
De Voorzitter: Aan de orde is vaststelling van het bestemmingsplan
"Nieuwesteeg/Oude Doelesteeg en Zuiderstraat"
De heer Schreuder: Mijnheer de voorzitter, wij hebben in de Commissie
Stadsontwikkeling een voorbehoud gemaakt ten aanzien van het bezwaar
schrift nummer 4 van Bronger BV. Nadere afweging van belangen heeft er
toe geleid dat wij kunnen instemmen met het bijgestelde collegevoorstel.
Doorslaggevend is de woonfunctie en de handhaving van een beheersbaar
leefmilieu in de directe omgeving van de desbetreffende gronden nu en in
de toekomst.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van b. en w.
Punt 19 en 20 (bijlage nr. 203 en 205)
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van b. en w.
Vei
Ont
D
B
Ad
Cl
F
B
Be
Punt 21 (bijlage nr. 213).
De Voorzitter: Aan de orde is voorstel aanpassing criteria verkoop
woningwetwoningen.
De heer Schreuder: Mijnheer de voorzitter, de fractie van D66 is van
mening dat er geen dringende redenen zijn om op dit moment de criteria
van de gemeente inzake de voorwaarden en de handelswijze voor de verkoop
van woningwetwoningen aan te passen. Principieel zijn wij van mening dat
dit geregeld moet worden in een volgens ons noodzakelijk en gewenst
convenant c.q. bestuurlijke overeenkomst tussen de gemeente en de desbe
treffende verhuurders. Ook wordt vooruit gelopen op een nog nader te
ontwikkelen volkshuisvestingsplan. Deze principiële stellingname betekent
dus dat voorlopig de bestaande gemeentelijke regelgeving gehandhaafd
dient te worden.
44
2
Mevrouw Van Ulzen: Wij vinden het terecht dat er afstand genomen wordt
van de onzes inziens wat discriminerende maatregel dat zittende huurders
niet zouden kunnen kopen. Wij zijn het er mee eens, dat dat nu wel kan.
Wat de WD-fractie betreft vinden wij dat er helemaal geen inkomenstoets
moet worden aangebracht. Wij zijn het verder eens met dit voorstel.
De heer Heins: Ik heb iets meer woorden nodig, omdat ik een motie aan
wil kondigen. Dat behoeft enige toelichting.
Het is van de PAL-fractie bekend dat wij altijd heel kritisch staan ten
aanzien van verkoop ~n woningwetwoningen. Histo-isch gezien komt de zorg
van de gemeente voor de volkshuisvesting met name in de huursector naar
voren. Het behoud en verbeteren van de kwaliteit van de huurwoningen
staan als doelstellingen daarbij voorop. Het afstoten van gesubsidieerde
huurwoningen door sloop of verkoop moet volgens ons worden gezien als een
verlies, als een fout. Nu de woningmarkt echter ontspannen is geworden,
moeten wij constateren dat wij met teveel dure huurwoningen zitten,
huurwoningen die zijn neergezet in een periode dat de prognoses voor
Leeuwarden de bocht uit vlogen. Ik spreek over tien vijftien jaar
terug. Jaarlijks moesten er van het toenmalige gemeentebestuur honderden
woningen worden gebouwd. Onwillige corporaties werden tegen elkaar
uitgespeeld. Leeuwarden moest groeistad worden. Uit die periode stammen
veel huurwoningen die nu leeg staan en die nu voor verkoop in aanmerking
komen. Op die wijze mag men er ook wel eens naar kijken.
De PAL-fractie vindt dat er, voorafgaand aan de besluitvorming om tot
verkoop over te gaan, heel serieus moet worden gekeken naar mogelijkhe
den tot huurverlagingIn het rapport over de leegstand in Camminghaburen
wordt een aantal oorzaken van leegstand genoemd. De meest belangrijke
oorzaak van leegstand is een ongunstige prijs-kwaliteitsverhoudingJe
krijgt te weinig woning, woongenot of wooncomfort voor de maandelijkse
huur die je betalen moet. Daardoor kan de huurwoning niet meer concurre
ren met bijvoorbeeld koopwoningen en worden het doorgangshuizen voor
mensen die op een kans wachten om een koopwoning in bezit te krijgen. Het
gevolg is dan een hoge mutatiegraad, veel leegstand en een weinig stabie
le buurt. Huurverlaging kan daarbij uitkomst bieden, maar dan wel met een
fors bedrag. Niet met tientjes, want met een a-sociale huurverhoging van
Heerma zijn die effecten na enkele jaren toch weer om zeep geholpen. Een
huur van minder dan bijvoorbeeld 600,-- blijkt nog enigszins te kunnen
concurreren en aantrekkelijk te zijn, maar om dat te bereiken moeten
corporaties vaak flink veel geld toeleggen op een woning en dat is voor
deze veelal armlastige huurbazen geen goede bedrijfsvoering. Pas als de
vijf corporaties iets verder kijken dan hun neus lang is en nauwer gaan
samenwerken of zelfs fuseren, kunnen de financiële risico's van huurver
laging eerder gedragen worden. Maar zij concurreren elkaar liever dood
en daar plukken de huurders op den duur de wrange vruchten van door
achterstallig onderhoud en hoge huren.
45