Ver
Ver
Ver
Vet
Vet
Vet
Vei
R
Vei
S.
On
C
On
P
Z
E
Ve
Ui
Vt
Or
I
I
A.
Bi
dat gezegd, ook het college heeft gezegd dat er veel op aan te merken is.
Niettemin hebben wij hier in de raad met overgrote meerderheid geconsta
teerd dat er desondanks zoveel ruimte zat in de mogelijkheden die het
rijk ons bood middels het convenant, dat het de moeite waard was om dat
convenant af te sluiten. Ik denk dat het goed is om dat toch even te
zeggen, omdat het anders zo zwart-wit lijkt. Die kritiek is er wat mij
betreft nog steeds, alle fracties hebben wat dat betreft gewezen op het
rapport dat net uitgekomen is, het evaluatierapport van de commissie-
Schaeffer. Het was overigens niet de eerste keer dat de commissie-Schaef-
fer zich zeer kritisch uitliet naar de rijksoverheid toe. Het was mis
schien voorlopig wel de laatste keer, omdat de IPSV in deze vorm ophoudt
te bestaan. Maar de kritiek was duidelijk en is eigenlijk de afgelopen
maanden ook alleen maar duidelijker geworden. Op rijksniveau hoor je erg
weinig meer praten over sociale vernieuwing, wat je er van hoort is
afkomstig van de commissie-SchaefferEr is onlangs nog iets verschenen
van de Minister van Onderwijs en Wetenschappen, maar dat is nu ook niet
direct een voorstel waardoor de gemeente heel veel meer mogelijkheden
krijgt om beleid te voeren. Wat dat betreft denk ik dat de kritiek van
zowel de commissie-Schaefferals van de fracties hier in de raad in de
richting van de rijksoverheid, dat zij het er wat bij laten zitten en dat
er van het elan dat er aanvankelijk was toch niet zo veel meer over is,
terecht is. Ik ben het daarmee eens. Dat is overigens ook de reden
geweest waarom wij destijds meegedaan hebben aan de actie "Wij zetten
door". Ook de VNG is op dit terrein actief en zal dat ook ongetwijfeld
blijven.
Terecht zegt mevrouw v.d. Kloet, ook anderen hebben dat gezegd, dat je
er niet bent met alleen kritiek leveren in de richting van het rijk, maar
dat wij ook de hand in eigen boezem moeten steken. Dat lijkt mij terecht,
ik heb dat in de commissie ook nadrukkelijk onderschreven. Wat je kunt
constateren is dat er veel zaken het afgelopen jaar hebben plaatsgevon
den, met name waar het gaat om het oppakken van een aantal concrete
activiteiten gericht op het opheffen van achterstand. Mevrouw v.d. Kloet
heeft daar een aantal voorbeelden van gegeven, ik zou er nog een aantal
aan toe kunnen voegen, maar u hebt ze allemaal kunnen lezen in de rappor
tage.
Wat je ook kunt constateren is dat met name bestuurlijke vernieuwing een
proces is van veel langere adem. Dat heeft te maken met houding, gedra
gingen en dat zijn zaken die je niet verandert door de knop om te draaien
of door een activiteit te organiseren. Dat is inderdaad een proces van
lange adem. Je moet daar wel heel bewust en heel nadrukkelijk aan werken
maar je moet niet de verwachting hebben dat dat binnen heel korte tijd
zodanig is geregeld dat er geen problemen of strubbelingen meer zijn
tussen gemeenten en burgerij. Overigens ook vanuit instellingen naar de
burgers toe is er denk ik op dat terrein nog het nodige te verbeteren.
In de commissie is daarover uitvoerig van gedachten gewisseld, met name
waar het gaat om het contact dat de gemeente onderhoudt met allerlei
groepen en wijken in de stad. Ik heb daar toen van gezegd dat dat een
proces is van vallen en opstaan, waarin ik overigens vorderingen zie. Een
proces ook waarvan zowel het college als de centrale directieraad zich
14
2
zeer bewust zijn en waarin ook op beide niveaus acties worden ondernomen
om te zorgen dat er voortgang zit in dat proces. Daarin past ook de
waarschuwing om niet uitsluitend veel te investeren in de sociale ver
nieuwingswij ken want dat proces dat loopt naar mijn idee goed. Natuur
lijk zijn daar ook verschillen van mening en strubbelingen, maar ik denk
dat je dat in elk proces van overleg hebt, dat is verder niet zo'n
probleem. Dus dat loopt goed. Maar het risico zit er inderdaad in dat je
daarmee een aantal andere wijken waar ook zaken spelen, misschien wat te
veel op de achtergrond laat komen. Wij hebben allemaal kennis kunnen
nemen van de problemen die er op dat terrein waren met Molenpad en
Hollanderwijk. Gelukkig is dat weer ten goede gekeerd. Maar ik denk dat
wij enerzijds onze zaken intern goed moeten organiseren en aan de andere
kant in de sfeer van opleiding en vorming ook moeten zorgen dat mensen
daar op een goede manier mee om kunnen gaan. Daardoor is het wellicht zo
dat je dat soort problemen voor de toekomst minder zult hebben. Wat met
name belangrijk is in dat kader is dat je over en weer heel duidelijk
bent naar wat je van elkaar kunt verwachten. Voor een deel worden proble
men ook veroorzaakt door onduidelijkheden, onjuiste informatie, niet
precies weten wat je nu wel en wat je niet van de overheid kan verwach
ten, etc. Wat dat betreft ligt er bij ons een taak om ook heel duidelijk
te zijn naar wijken en burgers toe.
Dan heeft mevrouw v.d. Kloet nog iets gezegd over de verdeling van de
middelen voor 1992. Het voorstel is om dat te verdelen in de verhouding
2,5 ton, 2,5 ton 1 ton over de drie cirkels. Ik heb in de commissie
ook gezegd dat wij daar met name voor gekozen hebben omdat wij verwachten
dat het komende jaar het accent vooral zal liggen - en dan het accent
waar het gaat om de geldmiddelen die je nodig hebt - op de eerste twee
cirkels. Mevrouw v.d. Kloet heeft gelijk als zij zegt dat je daarmee ook
al een claim legt voor 1993. Aan de andere kant denk ik dat wij moeten
bedenken dat er behalve uit het Fonds Sociale Vernieuwing ook activitei
ten worden betaald uit heel veel andere gemeentelijke middelen. Dus
eigenlijk zou je de hele zaak op een rijtje moeten zetten om te kijken
of nu echt die sectoren zich zo onevenredig verhouden ten opzichte van
elkaar. Bovendien is gebleken dat in 1991 een aantal zaken wel middelen
toegewezen hebben gekregen, maar nog niet zijn gestart. Die middelen
vallen dus vrij. Wat dat betreft is het vrij besteedbare budget in 1992
denk ik groter dan waar op dit moment vanuit gegaan wordt. In die zin
zitten er dus heel wel mogelijkheden om ook in die sector zorgvernieuwing
in 1992 nog meer te doen dan alleen door die 1 ton mogelijk gemaakt zou
worden.
Overigens zegt mevrouw v.d. Kloet dat zij akkoord is met zowel de vervol
gaanpak als het beleidskader.
Dan kom ik bij de heer Biemans. Hij heeft voor een groot deel eigenlijk
dezelfde punten naar voren gebracht als mevrouw v.d. Kloet. Hij geeft
complimenten aan b. en w. voor het afgelopen jaar. Daar ben ik blij mee.
Een aantal andere fracties heeft dat ook gezegd. Ik beschouw dat ook met
name als een compliment in de richting van de Stuurgroep Sociale Vernieu-
15