komt bij dat het rijk waarschijnlijk bezuinigingen in petto
heeft voor het Noord Nederlands OrkestDit mag niet aange
grepen worden om het Herenakkoord op losse schroeven te
zetten. Er is wat ons betreft geen enkel aanleiding om in
dit stadium nog een titel of jota af te doen van dit
akkoord. Integendeel, Leeuwarden heeft nu lang genoeg zit
ten wachten!
Ik sluit af. Maar niet voordat ik via u, mijnheer de voor
zitter, alle gemeentelijke medewerkers heb bedankt voor de
inzet die zij het afgelopen jaar hebben betoond ten behoeve
van de Leeuwarder gemeenschap.
De heer Bilker: Mijnheer de voorzitter, onze gemeentelijke
samenleving wordt steeds complexer. De vele variaties in
samenlevingsvormen en huishoudens geven een verscheidenheid
aan inkomen, werk en opvattingen.
De overheid moet niet alleen rekening houden met die ont
wikkelingen, maar er ook nog haar beleid op richten. In
deze ontwikkelingen zijn er groepen die buiten de boot val
len, die ook geen boodschap meer aan de overheid hebben. De
goed bedoelde regels en systemen bereiken hen niet meer.
De overheid moet daarom maatwerk leveren, meer toegespitst
op individuele omstandigheden, zodat deze mensen gebruik
maken van onze subsidie- en uitkeringsmogelijkheden, voor
wie ze ook daadwerkelijk bedoeld zijn. Dit betekent dat wij
stapsgewijs op weg moeten, niet alleen naar een nieuwe
sociale vormen, maar ook naar een herijking van ons eigen
beleid, dat flexibel opgezet moet worden, gericht op de
burger die het nodig heeft. Er zal dus een specifieker
onderscheid moeten komen naar individuen en groepen die
meer dan wel minder echt zijn aangewezen op ondersteuning
van de gemeenschap. Zie daar geen geringe opgave, maar wel
een noodzakelijke opdracht. Bovendien nopen de schaarse
middelen ons ertoe.
Vanuit dat perspectief, mijnheer de voorzitter, komen we
dan ook uit bij de zogenaamde kerntaken.
A. Kerntaken
Volgens de CDA-fractie zal in 1992 de discussie moeten
plaatsvinden omtrent de positie en de taken van onze
gemeente ten opzichte van de burgers.
In de verantwoordelijke samenleving zal de gemeente het
verantwoord optreden van mensen en maatschappelijke organi
saties actief moeten bevorderen.
Toch zal je de vraag moeten stellen of de eigen wettelijke
taken die de rijksoverheid ons stelt nog kunnen worden uit
gevoerd zoals ze bedoeld zijn. Bij vele regelingen is er
(nog) sprake van geoormerkt geld. In veel gevallen is dit
14
ontoereikend. Moet je dan als gemeente meer doen, dan er
geld van rijkswege voor beschikbaar is gesteld?
Bij de discussie over kerntaken zal je goed moeten kijken
naar de continuïteit en de kwaliteit van de beleidstaken.
Als blijkt, dat er sprake is van onnodige ballast zal je
dat moeten afstoten. De taken moeten worden doorgelicht op
doelmatigheid, kwaliteit, continuïteit maar ook op de moge
lijkheid van decentralisatie naar het maatschappelijk mid
denveld
Ik wil daar graag een enkel voorbeeld van geven.
Sportorganisaties kunnen door een bescheidener opstelling
van de gemeente veel meer betrokken worden bij het beheer
en onderhoud van accommodaties. En de vraag moet worden
gesteld of de overheid nog wel zo intensief betrokken moet
zijn bij de bouw van accommodaties.
Bij het welzijnsbeleid moet een scherpe analyse opgesteld
worden de eerste prioriteit zal bij de allerzwaksten gelegd
moeten worden; randgroepjongeren, drugverslaafden, thuis-
en daklozen. Dat betekent dus dat de gemeente bij de even
tueel weggevallen ISP-gelden een vorm van compensatie moet
vinden, zodat het werk voor hen die buiten de maatschappij
dreigen te raken, door blijft gaan.
Er vallen in het welzijnsbeleid financieel flinke gaten.
Daarom alleen al is een totale herziening nodig. Dat geldt
zeer zeker ook bij het sociaal cultureel werk. Wat dat
betreft is er dus ook sprake van doorsluizen van verant
woordelijkheden, in dit geval naar het particulier initia
tief en naar maatschappelijke instellingen.
Bij kinderopvang daarentegen is een structuur aangelegd,
die je zult moeten handhaven en versterken. Op deze voor
ziening zal in de toekomst steeds meer een beroep worden
gedaan, alleen al vanwege het feit dat partners meer deel
tijdarbeid verrichten.
In wezen staan alle taken ter discussie. Wij zullen ze alle
tegen het licht moeten houden. De conclusie zal dan moeten
luiden dat wij ze scherp moeten omlijnen en dat ze als ver
trekpunt moeten gelden voor de volgende herwaarderingsope
raties. Immers als het beleidsterrein scherper is geformu
leerd, kunnen ten aanzien van de herwaarderingen ook meer
verantwoorde besluiten worden genomen, omdat die dan
gestoeld moeten zijn op het dan geldende beleid met de
daarin aangegeven prioriteitsstelling. Het spreekt voor
zich dat in die discussie ook het collegeprogram moet wor
den betrokken.
De CDA-fractie is bovendien van oordeel dat bij de beoorde
ling van gemeentelijke kerntaken gekeken moet worden naar
een aanvaardbaar niveau van de belastingdruk voor de bur
ger
Het verder privatiseren van taken die nu nog door de
gemeente worden gedaan moet daar ook bij worden betrokken.
15