daarna pas kritisch op te stellen, ondanks het feit dat wij
ons positief hebben opgesteld ten opzichte van de ontwikke
lingen van het Stadskantoor en de plaats die daarvoor is
gekozen, moeten wij afhaken bij de voorgestelde creatieve
boekhoudmethode, mede omdat de algemene reserve wordt aan
getast tot beneden het niveau dat ons wenselijk voorkomt.
Dit laatste standpunt behoort overigens tot het Collegepro
gramma.
Mijnheer de voorzitter, mijn fractie is van mening dat er
voor ruim 47 miljoen een Stadskantoor moet kunnen worden
gebouwd. Het concernmanagement moet zich daar maar eens
sterk voor maken. Daarmee bedoelen wij, voor alle duide
lijkheid, het college van b. en w.
Wij willen daarvoor graag de volgende motie indienen, die
wij samen met de WD-fractie hebben opgesteld.
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 13 januari 1992,
behandelende het raadsvoorstel vervat in bijlage nr.
20 inzake een aanvullend krediet ten behoeve van de
bouw van het Stadskantoor;
overwegende
dat de financiële positie van de gemeente een verdere
verhoging van het krediet niet toelaat en een verdere
verlaging van de algemene reserve niet gewenst is;
besluit:
het college van burgemeester en wethouders opdracht te
geven het Stadskantoor te realiseren voor een bedrag
van 47.808.900,
en gaat over tot de orde van de dag."
Deze motie is ondertekend door de heer De Beer en mijzelf.
(De Voorzitter: De motie maakt deel uit van de beraadsla
gingen en krijgt volgnr. 2.)
De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, destijds werd het
besluit genomen om de oude Aegon-gebouwen aan te kopen. De
extra miljoenen die dit kostte zouden er op den duur zeker
weer uitkomen. Ook de werkgelegenheid kreeg met de nieuwe
Aegon een extra impuls. De plannen voor de bouw van het
nieuwe Stadskantoor op het voormalige Aegon-terrein riepen
daarna steeds meer vraagtekens op.
De WD-fractie stelde in 1989 voor om een Stadskantoor te
realiseren als turn key-project. Dit voorstel, dat zonder
financiële risico's was, werd terzijde geschoven.
In april 1990 werd een totale investering vastgesteld van
ruim 44 miljoen. De WD-fractie was toen van mening dat
35
een goede behuizing met daarbij efficiëntere bedrijfsvoe
ring te prefereren was boven de bestaande verbrokkelde en
verouderde huisvesting. Wel diende de WD-fractie toen een
motie in om ook de wethouders naar het nieuwe Stadskantoor
te laten gaan. Het leek ons niet bepaald efficiënt om de
wethouders in het Stadhouderlijk Hof te laten, terwijl het
hele ambtelijk apparaat in het nieuwe kantoor werkt. Deze
motie haalde het ook niet.
In mei 1991 kwam de totale investering op bijna 48
miljoen. Dit werd onder andere veroorzaakt door de niet
meegenomen inrichtingskosten van ruim 5 miljoen, waaron
der de aanschaf van een nieuwe telefooncentrale. Extra af
schrijving op de grondkosten met 3 miljoen uit de algeme
ne reserve moest het project nog financieel beheersbaar
houden. De stand van het minimum van deze reserve baarde
ons toen al zorgen. De prijs van 7 miljoen voor 15.500 m2
bebouwde grond leek ons wel reëel.
Het is nu inmiddels 1992 en de officiële aanbestedingen
hebben plaatsgevonden. Nu wordt door het college 5,6 mil
joen meer gevraagd voor diverse overschrijdingen en de post
onvoorzien. Voor de WD-fractie is nu het punt aangebroken
waarop wij niet meer mee kunnen gaan. Hiervoor zijn drie
redenen aan te voeren.
Ten eerste, de raad blijkt niet altijd volledig te zijn
ingelicht. Te denken valt aan de bouwprijzen per vierkante
meter. Op het moment dat die ons werden getoond, bleken die
twee jaar oud te zijn en tot de aanbesteding zijn ze niet
bijgesteld. Bouwrente en grondrente waren zodanig in het
bedrag vervlochten dat eerst nu blijkt dat er verdubbeling
zal gaan optreden. Prijsverhoging voor lonen en prijzen
bleken alleen voor lonen 3J{% te zijn meegenomen, terwijl
wij bijvoorbeeld bij de onroerend goedbelastingverhoging
reeds uitgingen van een stijging van 4,2%.
Ten tweede, er zijn nog steeds enorme financiële risico's
aan dit project verbonden. De inrichtingskosten zijn nog
niet helemaal bekend. Boekwinst op de verkoop van de straks
overbodige gebouwen is nog niet helemaal zeker. Het risico
op prijsstijging is slechts voor de lonen tot 3*s% ingedekt.
Maar vorig jaar bedroeg het verlies op de loon- en materi
aalstijgingen al 1,7 miljoen. Doorrekenen en informatie
uit de bouwwereld meenemend, zou dit collegevoorstel nog
eens 2,5 miljoen te laag zijn ingeschat. Van afkopen van
de risicoregeling wil het college niets weten. Het 1000-
banenplan is niet meegenomen in de bezettingsgraad van het
gebouw. Mogelijk passen alle ambtenaren er niet eens in.
Ten derde, de algemene reserve komt hierdoor ver beneden
het afgesproken minimum en kan zelfs tijdelijk negatief
zijn. De stand van de algemene reserve is rond de 5,4
36