Wij hebben vervolgens opnieuw die afweging gedaan, zoals wij dat ook in de commissie hebben gedaan. Het gaat om een con serverend bestemmingsplan, dat erken ik, in een bestaand gebied. Er zijn ook veel argumenten voor om heel voorzichtig om te gaan met de rechten en plichten. Het betekent wel dat je toch ook regelmatig in aanraking zult komen met nieuwe initiatieven die bij nadere beoordeling, wat mij betreft, dan ook terecht en goed kunnen worden afgewogen. In dit geval heeft dat geleid tot dit voorstel. Mevrouw Van Ulzen: Mijnheer Heins, ik heb in eerste instantie al gezegd dat wij natuurlijk absoluut degenen die daar willen bouwen niet willen hinderen. Ook mij is bekend dat die plaats er nu niet erg mooi bij ligt. Daar gaat het ook niet om. Ik moet zeggen dat het mij in zekere zin genoegen doet dat de wethouder enigszins geprikkeld reageert, want meestal sust en kalmeert hij en weet hij toch altijd beter hoe of het moet. Waar wij bezwaar tegen maken, is tegen onnodig beperkende voorbereidingsbesluiten en mijnheer Heins, wij hebben abso luut geen bezwaar tegen water in de wijn te doen. (De heer Ten Hoeve: Maar wat bedoelt mevrouw Van Ulzen dan met de betreffende voorbereidingsbesluiten? Ook haar fractie heeft met dit bestemmingsplan ingestemd en daarmee is er een proce dure, om na gewijzigd inzicht of andere situatiesdaarop in te spelen. Dat is dan verder omgeven met zorgvuldige procedu res waar mensen die wel in hun belangen geschaad worden beroep tegen aan kunnen tekenen. Dat weet mevrouw Van Ulzen ook allemaal wel. Maar zij stelt een bestemmingsplan vast, vervolgens wijken wij daar verantwoord van af, denk ik, is nu de conclusie dat zij zegt, toen heeft de VVD-fractie het goed gedaan en vanavond stemmen wij hier tegen, want dit is ver keerd? Want dat verwacht ik dan.) Nee, het spijt mij, er is misschien toch iets met het gehoor van de heer Ten Hoeve aan de hand. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 22, 23 en 24 (bijlage nrs. 158, 159 en 160). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. 48 Punt 25 (bijlage nr. 161). De Voorzitter: Aan de orde is Voorbereidingsbesluit ex arti kel 21 van de Wet op de ruimtelijke ordening voor het perceel Oostergrachtswal 109 te Leeuwarden. Mevrouw Van Ulzen: Ook hier geldt hetzelfde als bij punt 21. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 26 (bijlage nr. 163). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 27 (bijlage nr. 166). De Voorzitter: Aan de orde is Herinrichting Wilhelminaplein en omgeving. Mevrouw Van Ulzen: Wij hebben waardering voor het initiatief van de D66-fractie. Maar wij moeten nu een schetsontwerp vergelijken met een uitgewerkt plan waardoor er, voor ons althans, teveel ontbreekt om een vergelijking te maken. Er is een prijsvraag geweest, dat is in de commissie ook uitgebreid aan de orde geweest. Andere inzenders zijn met motieven omkleed niet in aanmerking gekomen als prijswinnaar, maar een ander tussengeschoven plan kan daarvoor wel in aanmerking komen. De kosten, voor zover vergelijkbaar, zijn onzes inziens niet geringer. Ik wil uitdrukkelijk stellen dat dat voor ons belangrijk is omdat mijn fractie er belang aan hecht als er inderdaad een goedkopere oplossing mogelijk zou zijn. Dat kan ook niet anders, want wij hebben ten slotte in deze stad op dit moment geen reserves meer en wel een aantal prestigieuze projecten onder handen, waarvan wij nu nog niet weten, wel hopen, dat deze binnen de kostenramingen blijven. 49

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 25