De Voorzitter: Ik open de vergadering. Er is bericht van verhindering van de heren Koopmans, Sijbe- sma en Heere, allemaal wegens vakantie. Het is misschien toch goed om heel even een opmerking te maken dat wij eind vorige week het bericht kregen - u hebt dat ook allemaal in de krant kunnen lezen - dat de Minister van Verkeer en Waterstaat de beslissing genomen heeft om de directies Rijkswaterstaat voor de Noordelijke provincies in Leeuwarden te concentreren, ingaande uiterlijk 1 januari 1994. Ik denk dat de wijze waarop die beslissing tot stand is gekomen een schoolvoorbeeld is van een goed samenspel tussen een hoeveelheid van instanties, gemeente, provincie, maar bepaald ook door de inbreng die door een aantal raadsfracties is geleverd in de richting van hun partijgenoten in de Tweede Kamer. Het is prima dat wij dit resultaat hebben gekregen. Ik hecht er toch aan om u bijzonder te bedanken voor de inzet die u hierin in allerlei verbanden hebt geleverd. Punt 1 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. Punt 2, 3 en 4 (bijlage nrs. 142, 143 en 150). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het advies van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en be zwaarschriften. (De heer v.d. Gevel verlaat, om 19.40 uur, de vergadering.) Punt 5 Rondgezonden mededelingen. Sub A, B en C. Deze berichten en deze brief worden voor kennisgeving aange nomen 4 Sub D Dit verzoek wordt in handen gesteld van b. en w. om pread vies Sub E. De heer Heins: Het betreft hier een brief uit de Transvaal- wijk, waar men zich zorgen maakt over wat er nu met het Diaconessenhuis gebeurt of anders gezegd, wat er met de stadsvernieuwing gebeurt. Vorige week is duidelijk geworden dat de aannemer, die daar aan het werk is, uitstel van beta ling heeft gekregen. Desondanks denk ik dat het een goede zaak zou zijn dat naar voren wordt gebracht wat men vanuit het college zou kunnen doen om het werk niet stil te laten leggen of anders gezegd, dat de hele bouw daar zo snel moge lijk wordt afgerond, inclusief de woonomgeving. De heer Timmermans (weth. Het is inderdaad zo dat vorige week een stemming onder de schuldeisers heeft uitgewezen dat er gekozen is voor een definitieve verlening van surséance van betaling. Voor de gemeente heeft dat tot consequenties dat waar wij een exploitatie-overeenkomst hebben met het bouwbedrijf ten aanzien van de ontwikkeling van het terrein van het Diaconessenhuis, wij als inzet hebben het plan con form de overeenkomst tot uitvoering te brengen. Dat betekent dat de gemeente aan het bedrijf Visser en de bewindvoerder zal verzoeken tot nakoming van de overeenkomst zoals wij die hebben gesloten. Voldoen zij daaraan niet, dan ontstaat een nieuwe situatie, dan is contractueel de overeenkomst niet meer aan de orde, maar is de bewindvoerder c.q. het bedrijf gedwongen de opstallen en de gronden te verkopen aan de gemeente en ook dan ontstaat een nieuwe situatie. Maar de inzet is, uitvoering conform het plan. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Sub F, G en H. 5

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 3