de beleidsbepaling vindt er politieke controle plaats.
Wij zijn in de afgelopen jaren regelmatig benaderd door
burgers die vinden dat zij door het college of het gemeente
lijk apparaat niet serieus zijn genomen. Het verwoorden van
dat soort signalen in raadscommissies en raad is net zo'n
belangrijke taak als meedenken, promoten en het vertolken van
beleid op beslissingen.
Dit houdt concreet in dat wij ons in de komende tijd kritisch
blijven opstellen ten aanzien van de uitwerking van deze 23
beleidsaanbevelingen en de in gang gezette cultuurverande
ring.
Even als reactie op wat de heer Den Oudsten zei: wij vinden
dat de raad de vinger aan de pols moet houden en niet het
college alleen.
Wij vinden de startnotitie een goede nota waarmee een gereed-
schapkist is samengesteld met vele instrumenten voor een
vernieuwing van het bestuur die erg noodzakelijk is.
De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, in uw inleiding
schrijft u zelf al dat er geen reden tot paniek is. Dat
klinkt mij beter in de oren dan de kreten die ik om mij heen
hoor over crisis in lokale politiek enz. Dat gaat mij veel te
ver. Uit allerlei publikaties blijkt namelijk dat de geringe
belangstelling voor de politiek niet een op zichzelf staand
feit is. Ook de belangstelling voor het verenigingsleven
neemt af. Vele verenigingen hebben de grootste moeite om hun
ledental op peil te houden, om van het krijgen van voldoende
vrijwilligers maar te zwijgen. Toch vindt ook de WD-fractie
dat er geprobeerd moet worden om de relatie tussen samenle
ving, politiek en ambtelijke organisatie te verbeteren.
In deze startnotitie wordt een aantal aanbevelingen gedaan
waar de WD-fractie niet achter staat.
Op bladzijde 3 van de raadsbrief bij het tweede aandacht
streepje schrijft u: "Aan het houden van een referendum moet
geen hoge prioriteit worden gegeven". Terwijl u 6 regels
verderop schrijft: "Een raadplegend referendum is het middel
bij uitstek om de kiezer een directere invloed te geven".
Daar gaat het nu juist om. Wat doen wij met die uitslag? Bij
een raadplegend referendum wordt de bevolking naar haar
mening gevraagd. Als men zich niet houdt aan die uitslag, zal
dat al gauw als kiezersbedrog worden ervaren. Maar bij de
belofte de uitslag over te nemen, wordt de besluitvorming uit
handen gegeven. Dat is in ieder geval in strijd met de Grond
wet. In een parlementaire democratie behoort het primaat van
de besluitvorming bij de gekozen volksvertegenwoordigers te
16
liggen. Die hebben het laatste woord.
Aan het gemeentepanel hebben wij geen behoefte. Er is geen
raad naast de gemeenteraad nodig. Het geld dat hiervoor nodig
is zou gebruikt kunnen worden om wat meer concrete dingen te
doen, bijvoorbeeld het verbeteren van de publieke tribune en
de geluidsinstallatie in de raadszaal.
Om het besturen op hoofdlijnen zo goed mogelijk te laten
verlopen, is het nodig om bevoegdheden van de raad aan het
college te delegeren. Wij zullen als raad moeten voorkomen
dat onze positie wordt aangetast en zullen per onderdeel dit
moeten bekijken.
Bij de evaluatie van de commissies wordt ook het eventueel
als volwaardig lid zijn van de commissies van steunfractiele-
den meegenomen. Wij zijn daar geen voorstander van. Via de nu
geldende inspraakregelingen kunnen deze steunfractieleden
voldoende aan de discussie deelnemen.
Om te komen tot een gedegen aanpak om ook de jongeren te
bereiken stelt u voor om dit te doen in overleg met jongeren
organisaties. Maar, en dat hebben wij ook al bij eerdere
gelegenheden gezegd, dit mag niet via het inschakelen van het
onderwijs, zonder dat deze er op voorhand bij betrokken
wordt
Rekening houdende met de door mij gemaakte opmerkingen kunnen
wij instemmen met het besluit.
De heer Greving: Mijnheer de voorzitter, het doel van be
stuurlijke vernieuwing is het vergroten van de betrokkenheid
en de medezeggenschap van de burgers ten einde een optimale
relatie tussen samenleving, politiek en ambtelijke organisa
tie te bewerkstelligen. Kort samengevat heeft op gemeentelijk
niveau de samenleving, het samenspel van de burgers, al dan
niet georganiseerd in groepering met eigen doelstellingen op
veel gebieden, via politieke partijen en verkiezingen ver
trouwen uitgesproken in een aantal bestuurders, die te zamen
als raad binnen de daarvoor gegeven wettelijke kaders en
bevoegdheden de gemeente besturen, daarbij bijgestaan door
het ambtelijk apparaat, dat beleidsvoorbereidend en uitvoe
rend bezig is.
De gemeenteraadsleden hebben zich via verkiezingsprogramma's
vooraf gebonden aan politieke doelstellingen. Op de uitvoe
ring daarvan zullen zij voortdurend door de burgers beoor
deeld worden. Bestuurders zitten er niet voor zichzelf, maar
moeten voortdurend gevoed worden door signalen uit de samen
leving om goed te kunnen besturen. Burgers zullen zich ver
antwoordelijk moeten weten voor elkaar en zullen hun ideeën
17
