Ik kom dan bij de algemene overwegingen die bij het college een rol hebben gespeeld. Ik zou willen voorstellen dat wij niet gaan praten over het belang van de SVK, dat zijn wij wel eens. Het is een inschatting over of die nuttige instelling gevraagd mag worden een bijdrage te geven aan het oplossen van de problemen waarvoor wij ons gesteld zien. Het ontwerp- Verdeelbesluit, in september 1992 in inspraak gebracht, was een voorstel om een budget van f 19 miljoen vast te stellen. Thans ligt er een voorstel van f 16 miljoen. Dus er is f 3 miljoen bezuinigd. Wij hebben bezuinigingen voorgesteld in het kader van uitstel van investeringen, onttrekkingen aan het fonds en het toerekenen van apparaatskosten. Ik denk dat het goed is om aan te geven dat die middelen voor ruim f 2,1 miljoen zijn gevonden in het niet uitvoeren van de gemeente lijke taken. Wij moeten ons goed realiseren dat het voor f 2 miljoen niet uitvoeren van gemeentelijke taken feitelijk als consequentie heeft dat er een aantal arbeidsplaatsen niet ten laste van de stadsvernieuwing gemeentelijke taken kan worden gebracht. Dat is toch een punt dat ik hier naar voren wil brengen, omdat ik dat ook in de discussie naar externe orga nisaties naar voren wil brengen. Het gaat niet aan om te zeggen als het intern is dan kan dat zo een aantal arbeids plaatsen kosten. Ik ga er ten minste van uit dat de mensen die binnen de gemeente werken belangrijke functies in het belang van de stadsvernieuwing uitvoeren. Zoals gezegd, dan resteert ruim f 800.000,korting op de bijdrage aan derden. Wij hebben serieus geprobeerd om daar waar het het minst pijnlijk is - de heer Heins heeft dat ook naar voren gebracht, de bijdrage aan de corporaties en derge lijke - eerst de grote klap te halen en uiteindelijk moet er dan nog een fors bedrag komen. Wij hadden aanvankelijk een verdeling waar tot uitdrukking kwam hoe de verhoudingen tussen de verschillende posten waren. Dan is het vrij logisch om vervolgens te zeggen, waarom zouden wij als wij moeten bezuinigen daar plotseling iemand gaan ontzien. Ik heb gewe zen op het totaalbeeld waar ongelooflijk fors wordt ingegre pen bij bepaalde sectoren, dan denk ik dat er ook van een externe organisatie mag worden gevraagd om een bijdrage te leveren. In die zin zou ik de motie van de heer Terpstra willen ontraden. Als die motie dan toch wordt aangenomen, waar zou het college dan de bezuiniging het liefst willen zien, om het zo maar eens te formuleren. In dit geval mogen wij er nog een sugges tie voor leveren, meestal krijgen wij niet de kans. Ik kom dan bij de opmerking die door meerdere fracties ge maakt is: welk belang moeten wij aan de rolluiken hechten. Tot voor kort heeft blijkbaar het niveau van het subsidie geen aanleiding gegeven tot het gebruik maken door onderne mers van dit subsidie. Sinds de discussie in de commissie, 68 maar ook toen het voorstel van het college naar voren kwam om een verhoging van de bijdrage per vierkante meter tot stand te brengen, hebben wij twee concrete aanvragen gekregen en een aantal telefonische informaties, waaruit blijkt dat men nu wel geïnteresseerd is. Men moet zich goed realiseren dat het huidige voorstel al een halvering is ten opzichte van het oorspronkelijke bedrag. De aanleiding - en dan kom ik bij de tweede opmerking van de heer Greving - in welke kerntaak dit rolluikenverhaal zou kunnen worden ondergebracht, behalve het voorkomen van crimi naliteit denk ik dat met name het aspect van de sociale veiligheid 's avonds in de binnenstad een heel belangrijke rol speelt. Gezien de uitspraken die daar in het verleden over gemaakt zijn, gelet op de wensen die er nu vanuit het bedrijfsleven liggen, zou ik er niet voor willen pleiten om op dat relatieve kleine bedrag te bezuinigen, te meer daar het om een experiment gaat dat volgend jaar, voorlopig al thans, geëindigd zal worden. Als de raad van mening zou zijn dat de motie moet worden ondersteund, zou ik willen adviseren om dit uit de post Onvoorzien te halen. De heer A.P. Terpstra: Mijnheer de voorzitter, wat betreft de dekking, kan er gezien de argumenten van de wethouder, blijk baar een hoop gebeuren en blijkbaar geldt dat ook voor rol luiken. Wij zijn koud tweeëneenhalve week verder en opeens liggen de verzoeken er, terwijl er vorig jaar nooit een verzoek is geweest. Waar verhoging van subsidie al niet toe kan leiden. Het is niet te hopen dat wij straks f 4 ton nodig hebben. Wij kunnen ermee leven dat de wethouder de dekking zoekt bij de post Onvoorzien. Op zich zijn wij ook wel gevoe lig voor de argumenten als het gaat om de verlaging van f 3 miljoen, waarvan f 2 miljoen door de gemeente zelf opgehoest moet worden. Dat heeft ook consequenties. Toch vinden wij dat de SVK op de een of andere manier ontzien moet worden, gezien de rol die de SVK speelt bij de particuliere woningverbete ring. Dat betekent dat ik voorstel de motie als volgt te wijzigen, misschien kan de wethouder er dan wel mee leven. Het te bezuinigen bedrag op de post SVK niet op f 445.000, maar op f 421.000,vast te stellen. Dan voeren wij dus wel de incidentele bezuinigingen door, maar niet op de apparaats kosten en dat ten laste te brengen van de post Onvoorzien. Die gaat dan, als ik het goed uitgerekend heb, naar f 187.700,Dus f 445.000,wordt veranderd in f 421.000,- het tweede aandachtstreepje wordt doorgehaald en bij het derde aandachtstreepje wordt de f 208.700,veranderd in f 187.700,(De Voorzitter: Ik constateer dat het besluit in de ingediende motie luidt als volgt: besluit: 69

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 35