daar iets van weten - en dat moet op korte termijn, anders
kunnen wij niet door met onze plannen - zullen wij de commis
sie daarover informeren.
Mevrouw Dikken heeft nog gevraagd naar de naschoolse opvang.
Ik zit mij af te vragen of zij soms de tussenschoolse opvang
bedoelde. (Mevrouw Dikken: Nee.) Naschoolse opvang daarvan
zit de planning in overleg met de SKL in deze rapportage. Of
dat genoeg zal zijn, weet ik niet, een van de uitgangspunten
is, dat wij jaarlijks evalueren en jaarlijks eventueel zaken
bijstellen. Wij kunnen om financiële reden niets doen aan de
tussenschoolse opvang het komend jaar, maar het college heeft
het voornemen om van de f 5 ton die nu wordt verleend en die
structureel is, het volgend jaar f 1 ton af te zonderen om
maatregelen te nemen ten aanzien van de tussenschoolse op
vang
Ten aanzien van de uitspraak over het beschikbaar stellen van
gelden nieuw beleid, heb ik op dit moment kennis genomen. Ik
zal ze mij de volgende week zeker herinneren.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w. mei inachtneming van de toezegging van
de wethouder.
Punt 31 (bijlage nr. 15).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 32 (bijlage nr. 23).
De Voorzitter: Aan de orde is Vaststellen voortschrijdend
Milieu-uitvoeringsprogramma 1993-1996 en werkprogramma 1993.
Mevrouw Dikken: Milieu, een van de hoofdprioriteiten van het
beleid en terecht. Een goed milieu is een belangrijke voor
waarde voor het leven nu en in de toekomst. Iedere keer weer
moeten wij ons afvragen welke effecten het gevoerde beleid
heeft op datzelfde milieu. Voor de tweede keer krijgen wij nu
86
het Milieu-uitvoeringsprogramma in de raad. Veel maatregelen
die er in staan zijn in uitvoering of moeten nog worden
uitgevoerd. Jammergenoeg is er wel een vertraging ontstaan.
Wij als PvdA-fractie zouden graag willen zien dat deze ver
traging de volgende jaren weer wordt ingehaald, zodat een
aantal maatregelen niet verder wordt uitgesteld.
Een paar opmerkingen over het werkprogramma 1993.
Bij de activiteit voorlichting gebruik van open haarden is
terecht een opmerking door de PAL-fractie gemaakt dat het
gebruik van allesbranders nogal wat schadelijke milieu-effec
ten met zich meebrengt. Dat onderschrijven wij. De minister
denkt er dan ook over om met een landelijk verbod op het
gebruik van allesbranders te komen. Wat wij nu vragen aan de
wethouder is het volgende. Is het mogelijk om vooruitlopend
op dit eventuele verbod eens te onderzoeken of het haalbaar
is deze maatregel eerder in onze gemeente in te voeren. Graag
willen wij hierover in een van de eerstvolgende vergadering
van de Commissies Milieu met de wethouder van gedachten
wisselen.
Verder heb ik naar aanleiding van de bedragen die hier staan
voor evaluatie en het inbrengen van het MUP nog een vraag.
In zijn totaliteit gaat het om een bedrag van f 185.000,
dat is nogal wat. Kan de wethouder uitleggen om wat voor
activiteiten het gaat?
Tot slot wil ik nog dit zeggen. Het bedrag van f 5 ton dat in
1993 voor nieuw beleid aan milieu wordt uitgegeven heeft onze
volledige instemming. De PvdA-fractie vindt dat als wij met
het milieu serieuze voortgang willen maken, dit bedrag op
tafel moet komen, ondank de moeilijke financiële positie. Wij
willen ons inzetten voor een schoon milieu en roepen de
andere fracties op om met ons dit geld voor milieumaatregelen
veilig te stellen.
De heer Heins: Ik vind het eigenlijk jammer dat dit punt
helemaal aan het eind van deze agenda staat, omdat dit toch
een belangrijk punt is.
Wij nemen ook al een voorschot op de besluitvorming van
volgende week en gaan akkoord met het besluit om f 5 ton uit
te trekken. Wij hadden graag gezien dat het f 215.000,
hoger was, want dat was nodig volgens het meerjarenprogramma.
De toezegging is gedaan dat dit jaar wordt bezien hoe en wat
het betekent om de opgelopen achterstand van de afgelopen
twee jaar in te halen. Ik ga er voorlopig vanuit dat dit nog
steeds mogelijk is.
87